Verzamelde gedichten (1922-1943)(1947)–Jan Campert– Auteursrecht onbekend Inhoudsopgave Jan Campert I Refereinen (1922) Sonnetten Van het vreemde klooster Herfst-avond Het masker Beelden Stad Haven ‘Pastorale’ Pierrot Schooierslied Arlequinade Carmen Film Zwervers-liefde Fragmenten II Verzen (1925) [I-II] Liederen [I-V] Uw zachte minnen Gestalten Ruth De stervende La princesse De genezende Yevonne I Yevonne II De dienaren III De avond Brevier Kort brevier Erkenning Afscheid Het bericht Scheiding O hart, laat af... Terzinen [I-III] III De bron (1927) Herdenken Episoden Alleen Ochtend De winst De stemmen Bezinning Stervende soldaat Het oordeel Kwatrijnen Een nacht Sehnsucht ‘Improvisation’ Lucifer's klacht Afscheid Het halssieraad Het eeuwige lied Het verloren pad IV Het verliefde lied (1928) Het verzonken eiland De brief Een nacht Drie beelden De derde Het klein geluk Het antwoord Het verliefde lied Rust Andere verzen Ontwaken Het lied van den wijn Oordeel Herfst De profundis V Verwilderd landschap (1936) Een hovenier De aftocht Heillooze wandeling Voorjaar In een klein dorp Oude tuin November De tweede droom Twee kwatrijnen Een graf In memoriam sororis Bloemen Een kind Verlaine sterft Momentopname Vrouw aan het venster Kinderen in het park Geef haar een ster Op een balcon Schiermonnikoog Lied Tegen den avond Overnacht Winternamiddag Intérieur Sonnet Het huis en de wind Liaison Sonnet Portret VI Huis en herberg (1941) Een amsterdamsch lied De drie vluchtelingen Het klein hotel Amsterdamsch raadhuis Poëtisch journaal (Juni 1936 - Januari 1937) [I-XIX] Sonnetten [I-VII] VII Sonnetten voor cynara (1942) [I-XXI] VIII Verzets-poëzie (1933-1942) Ballade der verbrande boeken Het lied der achttien dooden Hollandsch lied Een rebelsch lied Vlerken des snellen doods... IX Vertalingen (1939-1942) [Sonnetten] Toen en nu Tranen De arend en de mol Als gij oud zijt... Non sum qualis eram bonae sub regno cynarae Op goeden vrijdag X Ongebundelde gedichten Toelichting De luiden lach en andere verzen I. De luiden lach II. Liedje III. Voor jou IV V VI VII Liederen van geloof Mijn hart is een oude viool Weemoed Uit ‘zomerliederen’ Uit het boek: jouw lichte komen Na de mis In memoriam Louis Couperus Het kind Beeldnis Klooster-verzen Wandeling Boomen in bergen Sonnet Aandachtig lied Maria van magdala Na een nacht Praeludium Maria Bezinning Een avond Een avond Kom nader, kind... Het oogenblik Als elken avond... Drie kwatrijnen Lied Wintermiddag Wintermiddag Lied Matroos Lied In memoriam J.H. Leopold Een nacht Les amours passés De stad Meisje Jeu de grace De late winst Strophen ‘Die alte geschichte’ Meisje Geef mij uw hand... Een eenzaam lied Aanvang Het gericht Goeie reis! De jonge dooden Lof van den bols In memoriam Karel van de Woestijne Tegenzang over een aanvaardbaar heden De ondergang van willigelangerak Oudejaarsavond 1929 of het gesprek in ‘de wellevende pelikaan’ Oude kwatrijnen I Einde der reis Les grognards Zomeravond Een oud man biecht... Een kind Heldere ochtend... Thuiskomst De dwaas (Fragment) Infante [Dek haar oogen toe ...] Bloemen Brief aan Jan Greshoff Adieu Het doode meisje Vervreemd van deze wereld... Voorjaar Sonnet Geboorte-zang Aan den vooravond van het regeeringsjubileum van H.M. de Koningin Kerstlied Voorjaar Spiegel en schaduw Schreiend kind De brink Een doode Lof van walcheren Afkortingen