Verzamelde gedichten (1922-1943)(1947)–Jan Campert– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 5] [p. 5] Herfst-avond Valer de dagen, die scheem'rend zich bezinnen op wat een sterke zomer brandde aan hun wet, toen d'uren, groeiend tot een rijp en schoon beginnen, den luiden zegen hunner tochten hebben ingezet. Waar alle nachten als een donker-vreemd gebed stegen tot waar de sterre-steenen winnen hun heimlijk vuur... en aard's gespreide bed verstilt onder d'extaze van een ademloos beminnen... Valer de dagen... zie, hoe een siddrend ongeduld schrijnender bloeit onder den raadsel-schoonen schijn van droefenis, die àl geluk en leed verhult; en door de tijden, die geweldloos sterven achter 't avondland, rest enkel nog de steun van hart's vertraagd refrein, dat d'eindloosheid der heem'len over onze oogen spant. Vorige Volgende