Verzamelde gedichten (1922-1943)(1947)–Jan Campert– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 66] [p. 66] Bezinning Soms brengt een enkel uur het zeker weten wat tusschen hen werd omgebracht, hij dacht dat in der jaren wilde jacht die oude pijn al was vergeten. Maar als de nachten duist'ren in de straten, der huizen gevels schijnen doof en blind, komt met het vleugen van den koelen wind die ééne droom, die hem niet wil verlaten. Hij ritselt door de vensters van zijn ziel naar binnen en als de wind door 't weifelend gordijn zoo prevelt hij zijn schuchtere refrein van teeder, onvolgroeid beminnen, totdat hij niets meer weet dan naakt-bewogen, 't verloren lied, dat hij nog ééns belijdt en enkel schouwt in de ontstelde eenzaamheid een scheem'rend handen-paar en stille oogen. Vorige Volgende