Verzamelde gedichten (1922-1943)(1947)–Jan Campert– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 97] [p. 97] De derde ‘Il n'y a que les passions qui transforment la vie’ François Porché. Het licht wordt lichter en de nacht deinst achter 't stroomende gordijn en ieder ding in het vertrek - een vaas, een boek, een half glas wijn - herwint zijn eigenlijken vorm, die in het donker ging teloor maar anders toch en niet vertrouwd als gistren en den dag daarvoor, alsof in het bestaand verband dat langzaam tusschen ons ontwaakt' een andere aanwezigheid zich openbaart en kenbaar maakt. Ik strek mijn hand: de slanke vaas die op de lage tafel staat, verbergt in het doorgloeide glas - o onuitspreekbaar diep verraad - een heimelijker kleur en gloed, een fonkling nieuw, een schaduw meer, zij werd een ander ding vannacht, vervreemd van gistren en weleer. Het boek waarin ik eenmaal las, den ruigen, hand-vertrouwden band, de zware druk, 't vergeeld papier, mij als mijn eigen ziel verwant, krijgt in dit-zelfde oogenblik een onherkenbaar-vreemd gelaat, zooals een vriend die van ons ging wel keert maar dàn te laat. [pagina 98] [p. 98] En in een donker voorgevoel beur ik een spiegel van den grond en staàr en als verblind ik schrik... zijn dit mijn oogen en mijn mond?... Wie nam de vesting van dit hart en heeft het eigen rijk vergroot, dat zij zich blindlings overgaf op leven en op dood? - - Zij rust terzijde, een slanke hand ligt achteloos en als verdwaald wit en voortreflijk op de borst, die rustig rijst en rustig daalt, het haar dat het gelaat omkruift, de oogen achter oogleên neer, de wimpers en de smalle mond, een kleine voet zoo vlinder-teer... Het licht wordt lichter en de dag zal straks volkomen zijn ontwaakt. Ik weet hoe haàr aanwezigheid zich openbaart en kenbaar maakt in ieder ding van dit vertrek: een vaas, een boek, een half glas wijn... Het licht wordt lichter en de dag staat achter 't stroomende gordijn. Vorige Volgende