Verzamelde gedichten (1922-1943)(1947)–Jan Campert– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 115] [p. 115] V Verwilderd landschap (1936) [pagina 117] [p. 117] Een hovenier Landschap, verwilderd onder zon en wind, dat door een woekerkruid werd aangevreten, gedoemd om sneller nog te zijn vergeten dan wien geen sterveling ooit heeft bemind. Een looden lucht des daags en in den nacht het smachtend jammeren der dieren langs de verzande bedding der rivieren - o hart, mijn hart, en wat hebt gij verwacht? - Een hovenier, een hoeder van 't gewas, van boomen, bloemen en het lage gras, die zonder hem zouden zijn omgekomen. Een hand die leidt, een mond die woorden spreekt, waarin een late deernis openbreekt als water, klaar en stroomende vernomen. Vorige Volgende