Fragmenten
I
‘Der wereld schoonheid is eindeloos.’
P.C. Boutens.
Als met de eerste sterren het geheim der nachten rijpt tot den sidderenden droom van schoonheid, die onwerklijk schijnt, - bloeit als een vuren waarheid het geluk der dagen in onze harten open, en de bezinning onzer levens richt zich op dit eéne: dat eindloos alle schoonheid is. -
Kind, de sterren-zwermende nachten, de lente-verzadigde dagen zijn wegen, schoonheid-verblind, - hun doel is eenvoudig en klaar. - Zie, hoe de branding der tijden bloesemend breekt in stijgende rust en onzer handen deemoed: stil in de verlaten rijkdom van ons beiden. - Achter ons verzonken de wereld, als een machtloos geweld, en de smeeking hunner stemmen: een gebed in de nacht. - Bezin U, kind, laten wij keeren, want geluk is voor òns niet alleen. -