Boeck van surgien(1928)–Thomas Scellinc– Auteursrecht onbekend Inhoudsopgave [Boeck van surgien] [Incipit summa artis Cirurgie cum practica Thome umbra medici de thenismonte que thomasia vocatur. Incipit prohemium.] [Hier beghint deerste tractaet van onsen boec Capittelum 1]. [Capm. 2. van den wonden int vleysch die menigherhande syn hoemen se sal vergaderen]. [Camp. 3 van den simple wonden die gheen letten en hebben van den 7 die te voren gheseit syn]. [Capittelum 4 van langhe wonden die ghehouwen sijn met zwaerden of met andere instrumenten]. [Capm. 5 van wonden in die pesen in die arme in die voete ende handen dwars over ghehouwen met swaerden of anderen wapenen]. [Vanden pesen dit sijn die medicijn die oirberlic sijn ten wonden die in die pesen sijn of vallen]. [Capm 6 van wonden daer die bene mede sijn ghewont]. [Capm. 7 van den hooft wonden daert shersenbecken mede ghewont is of te broken]. [Vanden anathomie ende sceppenisse van den hoefde]. [Vanden hersenbecken alst ghebroken is]. [Medicyn die versachten doen alle zweringhe van wonden.] [Camp. 8 dat ghelijct contrarie alder ouder vroeder meesters]. Camp. 9 vanden scorfden hoofden ende van moertdranc. [Camp. 10 van hair weder te doen wassen]. [Capm. 11. Die dieten van den hoeft wonden]. Capm. xii bloet te stelpen [dat uten wonde comt]. Ulceren. Capm. xiij vander ghemeender disputacien der wonden ende vanden sweeren die men heet ulcera. Capm. xiiij. [Waer om ende bi wat sake dat die wonde merren te ghenesen langhe. Ende wat hem letten mach]. [Capm. 15. Vanden wonden die in die lenden sijn, die die doot betekenen ende hoemense bekennen sal]. [Vanden wonden in die borst of inden rugghebeen]. Capm. xvi vanden wonden [in den buuc] daer die darmen uut gaen hoemen doen sal. Camp. xvii vander anthonomie [van den buycke ende] van den darmen. Capm. 18 vanden ghescutte van doerne ende van die ghelike. Capm. [18]. van allen ulceren int gemeen ende hoemense bekennen sal. Capm. xix vander summen ende va[n]der ghemeender cueren van allen fistulen. waer dat sij sijn. Capm. xx vander somme ende vanden cueren van allen den canckeren ende van haren occusoene. [Hier beghint dat anderde tractaet ende alre eerst wat een aposteme is ende van hoe menighe occuzoene of saken]. Hier beginnen die capittelen van den anderen tractaet van surgien van allen den appostemen ende van haren occusuene ende met haren namen sonderlinge [oic van allen ghebrokenen leden ende ontsette leden] ende die curen. Ende dat tractaet hout over al .xxxix. capittelen. Capm. i vanden appostemen sonderlinge met haren namen Incipit tractatus secundus wat appostema is. [Ende van hoe menigher occuzoene of saken dat si comen]. Capm. .ii. van flegmon. Capm. van couden apostemen [te doen rijpen]. Capm. iiii van antrax van carbunculus die cueren ende die differencie. Capm. v van herusipula [die cuere der of]. Capm. .vi. van formien te curreren. Capm. .vij. de igne persico [dats quade vier]. Capm. .viij. van noli me tangere [die] cuere. Capm. ix. van herpos estiomnes dats die wolf. Capm. .x. van couden apostemen ende [die] sinia [hieten]. Capm. .xi. van cancer ende saphiros van beiden [die differencie]. Capm. .xii. van bubo dat siin claporen. Capm. .xiij. testudo dats een bollior. Capm. xiiij [van bossum] dat is den cossum. Capm. .xv. van nata [die curen]. Capm. .xvi. van scrofelen ende van gla[n]dulen. Capm. .xvij. van den scrofelen te cuereren sonder sniden met medecinen. Capm. .xviij. van den scrofelen hoe men werken sal met sniden. Capm. .xix. van glandulen te cuereren met snidene. Capm. .xx. van exteroghen te cureren. Capm. .xxi. van allen ghebroken leden [ende ghemeenlic te cureren]. Capm. .xxij. van allen den ghebroken leden sonderlinghe te cuerreren ende eerste vander kinnebacken. Capm. .xxiij. vanden ghebroken halskake ende die cuere. Capm. .xxiiij. van ghebroken ribben die cuere. Capm. .xxv. van ghebroken adiutorium. Capm. .xxvi. van ghebroken armen vanden elleboghe nederwaert. Capm. [xxvij] vanden ghebroken dien. Capm. xxviii van ghebroken been beneden die knien. Capm. .xxix. van leden die ontset siin uut den gheweere hoe mense weder insetten sal ende curerense. Capm. .xxx. vander kinnebacke uten gheweere. Capm. .xxxi. vanden ontsetten scouderen. Capm. .xxxii. vanden ontsetten ellenboge. Capm. .xxxiii. vander hant uut den lede. Capm. .xxxiiij. vanden vingheren uut den lede die cure. Capm. .xxxv. van den rugbeen uut den gheweer die cure. Capm. .xxvi. vander hopen si uut den gheweer is die cure. Capm. .xxxvii. vander knie dat uut den lede es. Capm. .xxxviij. vander kniescive die uut den lede is die cure. Capm. .xxxix. vanden voet als hi uut den lede es die cure. Hier begint capitel van den derden boec. Capm. .i. vanden anathomien vanden oghen die cure. Capm. vanden lopenden oghen die tranen die cure. Capm. vander liesen die op doghen wast. Capm. van naglen op die oghe die cure daeraf. Capm. vanden bloede int oge die cure. Capm. vanden catharacteren in dogen [uut te doen]. Capm. vander nasen cuere. Capm. vanden stanc vander nasen [die curen der of]. Capm. van bloede te stelpen ter nasen. Capm. van allen onghemaken die comen moghen in die lippen. Capm. vanden tantvleesche [dat verrot is of vervult of versworen] de cure. Capm. vanden tantsweer [die comen mach van veel manieren] die cuere. Capm. vanden onghemake van der tonghen van ranula die cuere. Capm. 6 van al den onghemake van den mont. Captm. 5. Vanden squinancien ende van haren specien van benen of benen of anderen inder kele Capm. vander doofheit van den oren. Capm. van tunicus arum [van die oren die ruten ende blasen]. Capm. vanden bloede dat uut den oren loept ende vanden quaden. Capm. .vii. van alle die weringhe die in den aensicht pleghen te comen. Capm. van impetigo ende serpigo. Capm. van morpheam ende ictericiam. Capm. .x. vanden crausel [of jocsel]. Capm. .xi. van lusen. Capm. .xii. vander laserien die cuere daer af. Capm. van pocken ende masersocht. Capm. .xiij. van gheveniinden beesten die biten ende steken. Capm. van verwoeden hontsbeten. Capm. vanden steken vanden byen. Capm. van steken van scorpijoenen [d'welker tweer natueren is]. Capm. .xiiij. vanden water die cuere. Capm. .xv. van den spenen. Capm. vanden aersdarme die uutgaet. Capitelum van fistelen int aersgat [die comen van wonden]. Capm. .xvj. vanden steen. Capm. .xvi. vanden ghescoerden de cure. Capm. vanden ghescoerden om den navel. Capm. .xvij. van den ghescoerden de cure. Capm. vanden ghescoerden te cureren met cauterien [of met snidene]. Capm. .xvij. van hernia die is gheheiten sconula ende van haren specien. Capm. vanden onghemaken vanden vede die cuere. Capm. vanden ghenen die hebben beide mans ende wiifs sceppenisse. Capm. .xviii. van brande te maken. Capm. .xix. vanden curen die verbrant siin [of verscroeyt van vier of van water]. Capm. .xx. van spasma. Hier begint die vierde tractaet van onsen boeke ende is dat leste ende die anthidodaris van surgien. Capittilum dat eerste [van den medicinen repercussive]. Capm. .ij. vanden medicinen die resolveren [ende matureren]. Capittelum .iii. van medecinen die mondificeren [ende reynigen]. Capm. iiii. vanden medecinen die vleesch doen wassen. Capm. .v. vanden medecinen incarnative aggregative dat is vergaderen ende conglutinative. Capm. .vi. vanden medecinen die consolideren ende siggilleren. Capm. .vi. vanden medecinen die corroderen [ende cauteriseren]. Capm. vj van [wonden] drancken te maken. Explicit cyurgie thoma umbra medecina de tesmonte quae thomasia vocatur.