Lekenspiegel(2003)–Jan van Boendale– Auteursrechtelijk beschermd Inhoudsopgave Proloog Proloog van het Eerste boek 1 Hier begint het eerste boek van de Lekenspiegel 2 De aard van God 3 Drie hemelen 4 De negen engelenkoren en de val van de engelen 5 Het mezen van engelen 6 Onze engelbewaarders 7 Wat de aard is van de kwade engelen en wat zij doen 8 Het firmament 9 De zon en de maan 10 De andere planeten 11 De rondheid van de aarde 12 Het vagevuur 13 De straffen in de hel 14 De redenen voor de folteringen 15 De aard van de mensheid 16 De aard van het lichaam 17 De aard van de ziel 18 Meer over de ziel 19 Welke macht de ziel heeft 20 Hoe de ziel het lichaam verlaat 21 Hoe God Adam schiep en over het aardse paradijs 22 Hoe Adam Gods gebod brak en over de listigheid van vrouwen 23 Hoe Adam het paradijs verliet en wat dat voor ons inhield 24 Hoe Adam leefde nadat hij uit het paradijs was verdreven 25 Over maagdelijkheid en het huwelijk 26 Adams kinderen en over belastingen 27 Hoe Kaïn Abel doodsloeg en over afgunst 28 Over hebzucht 29 Over Adams kinderen en Sets nakomelingen 30 Noach en zijn kinderen en over Gods wraak 31 Hoe het eerste volk leefde en over matigheid 32 Over de kracht en eigenschappen van wijn 33 Noachs kinderen en waarom men vader en moeder moet eren 34 Hoe men een stad of een land dient te besturen 35 Hoe de eerste landsheren werden aangesteld 36 Over Abraham en de verdorvenheid van de joden 37 Over gehoorzaamheid 38 Onze voorvaderen en wat er om de duizend jaar geschiedt 39 De openbaring van de Heilige Kerk en over het joodse volk 40 Het ontstaan van vele rijken 41 De grote rijken van vroeger 42 Het ontstaan van Rome en hoe Aeneas daar arriveerde 43 Hoe Romulus koning werd 44 De koningen die na Romulus regeerden in Rome 45 Mozes en de Tien Geboden 46 Koning David en wat er gebeurde 47 Salomo en diens eerste vonnis 48 De afgoden van het volk en over de verdorvenheid van de joden Proloog van het Tweede boek 49 Het begin van het Tweede boek 89 Over twee heerschappijen, over Petrus en Paulus en over andere zaken 90 Het Onzevadert en de betekenis van dit gebed 91 Het Ave Maria in het Nederlands 92 Het credo in het Nederlands 99 De Heilige Kerk en keizer Karel de Grote 100 De betekenis van de Kerk en van de priesterlijke gewaden 101 De betekenis van de mis 102 De betekenis van de zeven getijden 103 De zeven tijdperken en het onderscheid in tijd 108 Over Maria en Johannes de Evangelist 109 Johannes de Evangelist en Johannes de Doper: hoe twee klerken erover twistten wie de belangrijkste was 110 Een exempel betreffende O Intemerata Proloog van het Derde boek 111 God liefhebben 112 Voor alles: God dienen 113 Normen en waarden van de mens 114 Hoe mensen zich in gezelschap dienen te gedragen en andere adviezen 115 Over beleefdheid en over doen of laten 116 Wat is beter: rijkdom en eer of armoede? 120 Hoe man en vrouw met elkaar moeten omgaan 121 Hoe men kinderen dient op te voeden en hoe jonge mensen zich moeten gedragen 122 Wat rechters en heren moeten weten 123 Zeven eigenschappen die heersers moeten bezitten 124 Wat voor mensen heersers in hun adviescollege moeten opnemen 125 Schrijfkunst en wetenschap 126 Hoe dichters moeten dichten en wat ze moeten kunnen 129 De vier categorieën mensen zonder wie de wereld niet zou blijven draaien 130 Vijf soorten liefde 131 Hoe de mens zichzelf moet liefhebben 132 Waarom en waartoe men over bezit moet kunnen beschikken 133 Moet men vrienden en familie helpen? 135 Is het een zonde om lekker te eten en te drinken? 136 Luieren en werken 137 De discussie tussen de stedeling en de zoon van de ridder 138 Wat is beter: goed of kwaad doen of geen van beide? Proloog van het Vierde boek 144 De geboorte van de Antichrist 145 Op melke manieren de Antichrist het volk zal bedriegen 146 Hoe Henoch en Elia met de Antichrist in discussie gaan en hoe Christus hem zal doden 147 De vijftien tekenen van de Dag des Oordeels 148 Hoe Onze Heer naar het Laatste Oordeel zal komen 149 Over de vrees voor het Laatste Oordeel en hoe de kwaden naar de hel verwezen zullen worden 150 Hoe de rechtvaardigen met God naar de hemel zullen gaan Epiloog Nawoord Verantwoording Bronnen en literatuur Toelichting