lucht doel ik op de wind, die men in het geheel niet kan zien, maar die men wel kan voelen. Hij is zo sterk en zo snel dat hij huizen en bomen kan doen omwaaien en het schip op zee doormidden kan splijten met meer schade dan honderd mannen zouden kunnen veroorzaken. De wind brengt de grote, zware zee in beweging. De wind kan dit alles doen met zijn kracht en toch voelt hij zacht aan. Dit is heel wonderbaarlijk. De wind lijkt op Onze Heer die men niet kan pakken of aanraken. Maar Hij werkt de hele dag; wat niemand kan. Geloofd moet Hij te allen tijde zijn!
Verder wil ik u laten weten dat stemmen en andere geluiden ook etherische zaken zijn. Men kan ze niet zien en ook niet aanraken, maar het gaat door de oren naar binnen en maakt van geen enkel ander zintuig gebruik. De oren zenden het geluid naar het hart door, zoals u hiervoor hebt kunnen lezen.
Als de ziel het lichaam moet verlaten, gaat alles wat etherisch was met haar mee: lucht, vuur, horen, zien, stemmen. Er blijven dan slechts twee stoffelijke zaken over: vlees en bloed. Het bloed verandert in water en trekt onmiddellijk in het vlees. Het vlees rot weg en wordt aarde, maar de etherische zaken vangen hun reis terug aan, want zij hebben niets met de aarde te maken en zijn niet aan rot onderhevig. Hierover zou men u veel meer kunnen vertellen, maar ik wil het nu laten rusten en terugkeren naar de ziel.