lei zaken in het land, en drongen zij er bij de landsheer op aan dat hij zich aan de wet hield op zijn woord van eer, zowel ten opzichte van knechten als van heren, en of het nu om een mens of om bezit ging.
Bij mijn weten zijn zo de landsheren ontstaan. Niet voor hun eigen belang, maar voor het algemeen belang van het volk. Het volk stelde hen aan als bestuurders, zodat zij het volk te allen tijde zouden beschermen en beveiligen tegen geweld en uitwassen. Zij moesten ervoor zorgen dat ieder kreeg wat hem toekwam. Zelf moesten zij met hun gezin leven van de rente die de mensen hun jaarlijks gaven van hun onroerende goed en van de geldboetes. Zo heeft het volk het bepaald. En als de landsheer meer bezit of ander loon, hoe groot of klein ook, zou afnemen van de mensen, dan zou hij volgens het recht dezelfde straf krijgen als anderen. Heerschappij was op deze regels gegrondvest.
Bedenk daarom goed, heren, wat u doet, als u het leven of de bezittingen ontvreemdt van onschuldige mensen. U begaat een veel grotere misdaad dan de mensen over wie u rechtspreekt en die u zou laten ophangen. U verdient dezelfde dood als zij. Want het recht staat boven u; u bent dienaar van het recht. En het recht kan u uw leven ontnemen, of u nu keizer of koning bent. Houd dit voor ogen. Zorg er daarbij op verstandige wijze voor dat zowel arm als rijk recht wordt gedaan in uw gerechtshof, want in de hemel zetelt een Rechter Die uw rechtspraak geheel doorziet en begrijpt. En Hij zal die niet vergeten, maar Hij zal u in de hemel of in de hel meten met de maat waarmee u hier hebt gemeten.