Het eerste deel van de Amsterdamse mengel-moez(1658)–Anoniem Eerste deel van de Amsterdamse mengel-moez, Het– Auteursrechtvrij Inhoudsopgave Aan alle zangh-lievende, Thaliaas opdracht, aan onze kunst minnende Juffers. Het eerste deel Van de Amsterdamse mengel-moez. Kusjens. Vryheydts-Loff. Lauwer-krans, Op 't Verjaaren van mijn Spits-Broeder D. Questiers. d' Insteller van 't Rondelen. Toon: La fronde. Op een tamboers Zilver-schildt. Op mijne afbeeldinge in het kleen door Philips de Koning. Mey-vrucht. Rondeel van twee in een. Grand marchant. Op 't Af-beeltzel van den geestigen Poëet, David Questiers, aan den Schilder. Rond-om lelijk, oft vuile-bruids dans. Aan mijn Huysvrouw. Minne-zang. Op 't lacchend af-beeldzel van den kluchtigen Toon-eel-speelder Jan Meerhuysen, anders Jan Tamboer. Toon: Tweede Karileen. Gril. Oll. Nieuwe-jaar, Van twee Festoennen Hoorentjens en Schelpen aan AH. ende IB. Onderscheyt van Koningin Kristina, en Olivier Protector. Op de Poëzy van Paus Urbanus d'achtste, aan alle Poëten. Apollo. Clio. Euterpe. Erato. Thalia. Polyhymnia. Terpsichore. Calliope. Melpomene. Uranie. Stemme: Ie vousdrois bien, ô Cloris. Stemme: La gredeline &c. Op de uytstekende schoonheyt, van den volmaakte Iufvrouwe Juffrouw N.N. Toon: Iefuis, vostre beaute, Brengh-Rondeel. Oubollige Lijf-artz. Verwacht-Rondeel. [Ach Echo antwoort doch op 't geen dat ik u vraeg] De kreupels willen voor. Stemme: O wijn wat bistu, &c. Aan Iuffrouw Katharina Questiers, op het leenen van haar potloot. Toon.: Almande. Ontknoopte droom aan Iuffr. M. Broederlyk-hart aldus ontslooten Op 't verjaaren van mijn waarde Zuster Katharina Questiers, den 21. in Slacht-maandt. Klinkert. Aan een reukeloos Tand-trekker Die uyt Zusters mond een goede voor een quade Kies trock. Minne-liet. Op de af-beeltzels Van F.D. Schilder, ende H.V. Beelthouwer. Stronte-gedans. Stem: Naar dien mijn Godlijckheydt. Voois: Nova. Toon: Box-voetje. Verlooren Arbeidt. Bedaerde kusjens. [Ian die verzuipt al wat hy Iaarlijcx windt] Bacchus vreugd. Venus-vreughd. Geen van beyden. Stemme: Repica. Op een Grij Zaardt die zijn derde vrouw trouwde. Uyt het Frans. Toon: Vn & deux & trois, &c. Stemme: Robbertini, &c Aen een luidrugtigen hinderpaal in myn rijmen. Toon: 'k Heb mennich Pint en Kan. Stemme: O Flora ydel is u roem. Antwoort op 't voorgaande. Iets geestigs in den Hage voorgevalle. door den Heer P.C. Hooft. Voyse: Ik hoor de grendeltjes al van de deur. Toon: La duebesse. Stemme: Amarante. Op Ian Gnor. Stemme: Robertin. Wan-hoop. Op de konst en aardigheden van Juffr. Catharina Questiers. Voois: A boite &c. Geboorts-vermaningh aan Juffrouw M.V. Op het lachend afbeeltzel van Jan Tamboer. Grill. Antwoord op zyn tÿdt geveldt Gelt veel beter dan reed gelt. Stemme: Petite Royaal. Voise: Ameril mijn waerde Son. Minne-zught. Iuffers Minne-zugjes. [Ick veel de minne brandt in myn gemoet] Quaaden-raad ‘zy versmaad Geboorte vermaaningh, aan de E. Inffr. Catharina Qvestiers, Is Jaarigh desen 21. November, 1657. Toen Iuff H: K. my verweet een gebore Lichtmis te weezen. Toon, La mostarde reformé. Stemme: Nova. Op een zeylwagen, zy spreeckt. Ernst. Op de schildery van Iuffrouw Catharina Questiers, afgebeelt door F.D. Op het selve afbeeltzel. Noch op het zelve. Toon: Kristine, &c. Stem: La mostarde nouvelle. Op Pieter perfect. Toon: Hey wat hoordmen, &c. Op een tekeningh van Mars en Venvs. Stemme: Als Atlante doode, &c. Ol. Slot-Rondeel. Drukfouten in dezen ingeslopen, die moeten aldus gelezen of gesongen worden. Register.