Het eerste deel van de Amsterdamse mengel-moez

[p. 72]

Aan Iuffrouw Katharina Questiers,
op het leenen van haar potloot.

EEn Potloot gaeft ghy my, daar met ik heb geschreven,
Maar dit, begaaftste Maaght, kan werden uytgevreeven.
Doch weet, dat uwe Naem gedrukt is in mijn hart,
Daar uyt, door tydenslyt, sy noit gewreeven wert.

H. Bruyno.