Het leven van Guido Gezelle, Vlaamschen priester en dichter(1923-1924)–Aloïs Walgrave– Auteursrecht onbekend Inhoudsopgave [Deel 1] Aan den lezer Boek I De vormingsjaren 1830-1854 Kiem en bloemknop 1. Huis en lucht 2. Stam en ouders 3. Kindertijd 4. 'T Collegie ‘Den Duine’ 5. Ver van huis 6. Zwellende konpjes 7. Roeping 8. Hooger weten 9. Verborgen leven Boek II Leeraarsleven te Rousselare 1854-1860 Eerste dichterbloei 1. Priesterlente 2. Met boeken en menschen 3. Taalgroei 4. Zang en zorg 5. Eigen wegen 6. Uit de oudheid 7. Christen dichtschool 8. Jong met de jeugd 9. Zielen leiden 10. Gevaren 11. Kruisen 12. Kruisbloemen Boek III Christen Vlaanderen voor Engeland 1860-1865 Rijpe vruchten 1. Het Engelsch seminarie 2. Studie en strijd Boek IV Onderpastor - volksleeraar Brugge 1865-1872 Door zon en regen... 1. Op Sinte-Walburge 2. Dichten en daden 3. In tranen zaaien 4. Gelukt... of mislukt? Verbeteringen [Deel 2] Boek V De kortrijksche onderpastor Stille genezing 1872-1881 1. Crisis 2. Nieuwe wortels schieten 3. Hergroenen Boek VI De dichterlijke taalspeurder Begin van den tweeden bloei 1882-1890 1. Voor de vrije taal 2. ‘Een lent van vaerzen’ 3. Voor het volk Verwikkelingen (1885) 5. Huldeblijken 6. Stille roem Boek VII Vlaanderen's priesterlijke dichter Volle bloei 1890-1899 1. Beata solitudo 2. Tijdkrans 3. Kortrijksch leven 4. De milddadige dichter 5. Zonnewende 6. Levensavond Boek VIII In het Engelsch klooster en in de eeuwigheid Laatste levensvruchten kerkhofblommen 1899 1. Zielenvader 2. Het heengaan 3. Kerkhofblommen 4. Onsterfelijk Verbetering