Werken. Deel III(1934)–Jan van Ruusbroec– Auteursrecht onbekend Inhoudsopgave Inleiding Verbeteringen en aanvullingen <Vanden blinckenden steen> of <Vanden vingherlinc> of <Vander volmaectheit der kijnder Gods> <Vanden blinckenden steen> of <vanden vingherlinc> of <vander volmaectheit der kijnder gods> * Thema van het onderhoud: het volmaakste leven is een synthese van vier elementen. * * Eerste deel: korte uiteenzetting der drie eerste elementen * * Tweede deel. Bizonderheden over het derde element, het God-schouwende leven. * * I. Rol van genade en medewerking in het God-schouwende leven. * * II. De vereeniging met God is geen vereenzelviging. Vierderlei onderscheid in de aanvoeling Gods. * * III. De mystieke Godsschouwing staat niet gelijk met de gelukzalige. * * IV. Ter Godsschouwing moet men Jezus volgen op den Thabor der bloote gedachte * * V. Zes trappen ter Godsgenieting, als samenvatting van al het gezegde. * * Slot. Het vierde element van het volmaakte leven: algenoegzaamheid. * <Vanden vier becoringhen> <Vanden vier becoringhen> * over de geestelijke misleiding * * Inleiding * * I. Beschrijving der vier heerschende vormen van misleiding. * * II. Hoe men deze en alle vormen van misleiding te boven komt. * <Vanden kerstenen ghelove> <Vanden kerstenen ghelove> * Proloog * * Eerste deel. Korte verklaring der XII artikelen * * Tweede deel, Uiteenzetting van het laatste artikel * * Narede * <Vanden VII sloten> <Vanden VII sloten> * of: een dag echt kloosterleven binnen het slot * Proloogvers. * I. Echt kloosterleven is dienst van God. * * II. Grondslag en richting van een heilig leven * * III. Het morgengebed en de h. mis * * IV. De h. communie en de liefdevereeniging met God * * V. Heiliging der dagtaak, inzonderheid bij ziekendienst * * VI. Heiliging der ziekte * * VII. Heiliging van den omgang met de medezusters * * VIII. Heiliging van den maaltijd * * IX. De omgang met de buitenwereld en de geest der clausuur * * X. Uitweiding over de inkeering en de vereeniging met God * * XI. Kloostergeest in de kleeding tegenover de moderne ontaarding * * XII. Heiliging van den avond in de overlezing van drie boekjes * * Slotvers. * Een spieghel der eewigher salicheit <Of: vanden heilighen sacramente> Een spieghel der eeuwigher salicheit <of: vanden heilighen sacramente> * of: de opgang naar God, met, in en door Christus * * Proloogvers * * Inleiding. * * De drie staten van het geestelijk leven * * I. Eerste staat: het aanvankelijke deugdleven * Die ierste partye van menschen. * II. De staat van overgave aan Gods wil, in en door Christus * dit es van der andere partyen van menschen. * III. De eucharistie. haar begrip en haar rol in het geestelijk leven, en onze verhouding tot haar. * * IV. Derde staat. het medeleven met het Goddelijke leven. * Slotvers. Van .vij. trappen in den graed der gheesteleker minnen. Van .vij. trappen in den graed der gheesteleker minnen. * Proloog. * * I * Dit es de ierste trappe. * Gelijvormigheid met Gods wil. * * II * Dit es die andere trappe. * Vrijwillige armoede. * * III * Dit es de derde trappe. * Zuiverheid van ziel en lichaam. * * IV * Dit es de vierde trappe. * Ootmoedigheid en haar vier dochterdeugden als een fontein met vier rivieren. * * V * Dit es de vijfte trappe. * Adel aller deugd, door het nastreven van Gods eer in het inwendige leven. * * VI * Dit es de seste trappe. * Het Godschouwend leven in zijn eerste moment: de vereeniging met de drieeenheid. * * VII * Dit is de sevende trappe. * Het Godscouwend leven in sijn tweede moment: de genieting van Gods wezenheid. * * Narede. * <Dat boecsken der verclaringhe> Of <Vander hoechster waerheit> of <Van hoeghen scouwen> of <Samuel> <Dat boecsken der verclaringhe> of <Vander hoechster waerheit> of <Van hoeghen scouwen> of <Samuel> * Proloog * * Eerste deel de middellijke vereeniging in genade en in glorie. * * Tweede deel de onmiddellijke vereeniging in het schouwend leven. * * Derde deel. De Godsgenieting en de vereeniging zonder onderscheid. * * Narede. * Woordenlijst.