Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde. Jaargang 13(1894)– [tijdschrift] Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Inhoudsopgave Beiträge zur Geschichte der erzählenden Litteratur des 16. Jahrhunderts von Johannes Bolte. Labberdaan - abboerdaen. Van den os op den ezel. Gard en gaarde. Il diest voir. Een fragment van den Perchevael. Dubbeld'-u, dubbel'-u. Vondeliana Van den os op den ezel dalen. Kleine tekstverbeteringen. Fragment van een vocabularius medegedeeld door A. Beets. Kaauw-jy-ze, kaujyze. Beiträge zur Geschichte der erzählenden Litteratur des 16. Jahrhunderts von Johannes Bolte. Vondeliana De wrake van Ragisel. ‘Van ons Heren wonden’ naar een Brugsch handschrift. Wie is de schrijver van het treurspel: ‘De moord der onnoozelen’? 't Zeventiende der Limburgsche Sermoenen. Nederduitsche spreekwoorden. Een nieu liedeken vande negen soldaten, Die op Vrybuydt gingen, unde worden alle gaer gheuangen. Boontje komt om zijn loontje. Boendale's sterfjaar. Boegseeren. Dietsche verscheidenheden. Vondel en het Shakespeare-sonnet. Noch einmal ‘Van dat edele lant van Cockaengen.’ Dubbeld'uw = baljuw? Bede van een binder. Waar P.C. Hooft zijn ‘Larissa’ leerde kennen. De etymologie van Skr. vÄnara. Hilic, huwelijk enz., vechtelic, feestelic. ‘Een nieu liedeken vande negen soldaten’. Naschrift. Ort, orten. Beekum; bêken. Nieuwe Middelnederlandsche fragmenten. Collatie van Maerlants Kerken Clage. Uit bibliotheken en archieven. Oudsaksische genesis vs. 288 (huoam). Bladvulling. Shakespeare-sonnetten bij Vondel. Twaalf begroetingen aan de werktuigen der passie. Dietsche verscheidenheden.