Strofen en andere verzen uit de nalatenschap van Andries de Hoghe(1932)–P.C. Boutens– Auteursrecht onbekend Inhoudsopgave Ten geleide Aan *** Strofen Eerste strofe Tweede strofe Derde strofe Vierde strofe Vijfde strofe Zesde strofe Zevende strofe Achtste strofe Negende strofe Tiende strofe Elfde strofe Twaalfde strofe Dertiende strofe Veertiende strofe Vijftiende strofe Zestiende strofe Zeventiende strofe Achttiende strofe Negentiende strofe Twintigste strofe Een-en-twintigste strofe Twee-en-twintigste strofe Drie-en-twintigste strofe Vier-en-twintigste strofe Vijf-en-twintigste strofe Zes-en-twintigste strofe Zeven-en-twintigste strofe Acht-en-twintigste strofe Negen-en-twintigste strofe Dertigste strofe Andere verzen Ween niet... Nog voor der oogen... Laat aan mijn nederlaag... Gij moet mij wel beminnen... Dit is van liefde... Mag ik... Nu is het werk volbracht Nu weet ik, lief,... Ik weet, als ik zal liggen in den dood Driehonderd waren wij... Vergeef... Beginregels verantwoording
Auteursrecht onbekend