Den nieuwen lust-hof (1602)

Den nieuwen lust-hof

(1602)–Michiel Vlack– rechtenstatus

Auteursrechtvrij

Inhoudsopgave

[Deel 1] Dedicatie.

Den Drucker tot d'aenschouwers van desen Boeck.

[Door liefden reijn]

[Jeught wilt vrueght in u doen blijcken]

[HElaes wie klaegh ick nu 'tverdriet]

[WT die twee clare lichten]

[TSa, tsa beleght de haven]

[GOddinne, soet, di'ck minne// moet// soo ghy o waerde vrouw]

[V Treckent wesen, en claer ghesicht]

[GOd schiep de man inden beginne]

[LIef int secreet, mijn jonck hert krencken doet]

[VRaegt yemant of ick min ofte niet]

[DEn winter strangh// die 'therte bangh]

[EEn reyn maghet zeer delicaet]

[DAer staet een in mijn hert alleyn]

Een nieuw-jaer-liedt int amoureus:

[ALleen mijn sinnen staen]

Sonnet tot Momus.

Madrigal: Tot d'onbekende.

Nieu lied, tsamen sangh eens vryers en vrysters,

Nieu liedt; t'samen sangh eens vryers en Vrysters,

Nieu liedt: Tsamen sangh eens vryers en vrysters,

Nieu liedt om singhen door een trali,

[SChoon lief idoon]

[DOor een// alleen]

[O Venus brand, wat condy maecken]

[Bedruct in noot// ben ic tot allen stonden]

[IN dees landou// weet ick een vrou]

[VErblijt Venus dienaren]

[CVpidos schicht// O Venus nicht]

[ICk min van herten]

[AEnhoort// en spoort// lief schoone]

[OCh swaar// verdriet en pijn]

[DIck heb ick mijn Lief ghebeden]

[DIe Mey die ons de groente geeft]

[Dees soete tijdt]

[EEn oude Quene cluchtich]

[AEnmerckt hoe zeer dat ghy doorvliet]

[DIe 'tgoet boven de deughde mindt]

[Deel 2] Sonnet.

M. V. door Balade aan zynen V. H. M.

Ghemeyn Bruylofts lied

Bruylofts Tafel-liedeken.

Tafel-liedt tot danckbaerheydt.

Ghemeen liedt: Op de tonghe:

Bruylofts Tafel-lied

Gemeijn liedt. Op de deught.

Gemeen lied, op de drie trouwen:

Ghemeen liedt. Op den aardt der Wyzer en onwyzer vrouwen.

Gemeen lied. Opde gierigheyt.

Gemeen liedt, op 'svleys lust.

[Zes liedjes in handschrift toegevoegd]

Over het gehele werk

organisaties

Goudsbloem