O rijkdom van het onvoltooide(1977)–J.H. Leopold– Auteursrechtelijk beschermd Inhoudsopgave Woord vooraf I Verzen tijdens Leopolds leven gepubliceerd [Laat de luiken geloken zijn] [Gij, eersteling, hebt neergezien] [‘O, als ik dood zal, dood zal zijn] [Die nacht van zelfvernedering] [Laat ik nu leggen lichte dingen] Paul Verlaine I 2 [In teere schaduw zilverblauw] [Hoe duizendvoudig lief en zacht] [Een stille dag is om mij heen] [De lente valt dan in een oude stad] [Mij is 't alsof de takken frissche blaren] Panisch [Om mijn oud woonhuis peppels staan] Staren door het raam [Een sneeuw ligt in den morgen vroeg] Kerstliedje Uit: morgen Rondels I 2 3 Ballade De molen Regen Lucretius De rerum natura II. 1-61 ΟΙΝΟΥ ΕΝΑ ΣΤΑΛΑΓΜΟΝ... Uit: Oostersch [1] [De lippen van het water leggen zich] [En toen zij van mij opstond en de haren] [O nachten van gedragene extase] Uit: Oostersch [2] [Mijn boom heeft kweeën tegen ooft] Laatse wil van Alexander [Jezus, die door de wereld ging] Duizend en een nacht 2 Verzen uit de nalatenschap [O, dat de bloemen onzer jeugd] [Omgang met menschen, nabuurschap] [Mijn hart neemt velerlei gestalten aan] Saadi [Waar zal den tak van lauwer zwaar] 1 2 3 4 [In de bleeke wangen als violen] Voor Tokkelsnaren I 2 3 Arioso [Des avonds als de waters klaarder blinken] [O rijkdom van het onvoltooide] [Uw voeten zijn als liggende leeuwinnen] [Een mond, die vaag van lichte dingen sprak] [O brug, hoog omgebogen, wie betraden] 1 2 3 [Bewogen vlakte van Irdîn] Alfabetisch register op de beginregels