O rijkdom van het onvoltooide(1977)–J.H. Leopold– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 49] [p. 49] Uit: Oostersch [1] [pagina 51] [p. 51] [De lippen van het water leggen zich] De lippen van het water leggen zich verliefd, verlustigd op den rondom open gewelfden kring; zij komen toegeslopen en dringen op en rekken zich... Gesneden in den alabasten rand is er een vers van een zoo uitverkoren zoetheid van woorden, dat de zin verloren wegdeinde in dit bedwelmende verband. Een strofe, die in jubel zich verhief en dan zich strengelde en zich ging winden tot een beschaduwing van de beminde, van het besloten, zinsbetoovrend lief. En zwijmend onder alle heerlijkheden benadert nu een weeke en vochte mond de kostlijke syllaben, snikte en vond er zijn besterven, stom teruggegleden. Vorige Volgende