De Taalgids. Jaargang 5(1863)– [tijdschrift] Taalgids, De– Auteursrechtvrij Inhoudsopgave Over de begrippen en voorstellingen, die ten grondslag liggen aan de woorden, welke volk, wereld, mensch beteekenen. Over de oorspronkelijke beteekenis van het zoogenaamde koppelwoord (zijn), en de wijze, waarop de eerste menschheid zich het worden en bestaan gedacht heeft. Over het onderscheid tusschen de woordorde van den oordeelenden en die van den wenschenden zin, alsmede over de kracht van zekere oratorische wendingen in de orde der woorden. Aan de Redactie van 't Nederlandsche Woordenboek. Nog iets over anders in de profasis van hypothetische zinnen. Je of jen? Grammatische Hoofdstellingen. Het zelfstandig naamwoord. Bakboord. Over de onderlinge verhouding der verbogene en der onverbogene vormen van dezelfde woorden in de woordvorming en de spelling. Duitsch, Nederduitsch, Nederlandsch, Friesch, Hollandsch. Bladvulling. Over de Naamvalsuitgangen: hun wezen en hunne beteekenis, hunne geschiedenis en de kritiek, aan welke zij onderworpen zijn geworden. Over den tongval der Nieuw-Nederlandsche Klassische Schrijvers. Beantwoording van eenige vragen. Vragen . Nederduitsche spreekwoorden. Over den grond van de verscheidenheid van klank in de verschillende vormen der ongelijkvloeijende werkwoorden. Hoe in onze taal vergoed is, wat door het afslijten der naamvals-uitgangen was verloren. Den Heere L.A. te Winkel. Losse aanmerkingen betrekkelijk woorden, bij Vondel voorkomende. Over het begrip Letter, en de wijze, waarop de letters door de spraakwerktuigen gevormd worden. Het Gothische Vokaalstelsel. Over de wijzigingen, welke de gothische vokalen hebben ondergaan. - Over klankwijziging en klankverschuiving in het algemeen. Beer, beren en beeren. Boekbeschouwing. Zaakregister. Woordregister.