De Nieuwe Oost-Indische rooseboom(1784)–Anoniem Nieuwe Oost-Indische rooseboom, De– Auteursrechtvrij Inhoudsopgave Aan de Zangers en Zangeressen. De Nieuwe Oost-Indische Rooseboom. Een Nieuw Lied, of Stigtelyke Zamen-Spraak. Een Nieuw Lied, op het arriveeren van de Oost-Indische Scheepen, en van het Zwieren der Matroozen. Een Nieuw Vermakelyk Lied, Een Nieuw Lied. Op de Ligtmissen. Nieuw Lied, van een bedroogen Boer. Courant, of Mond-Gevegt. Een Nieuw Lied, op ’t Huwelyk van haare Doorlugtige Hoogheeden, den Heer Prins Karel van Nassau Weilburg, en de Princesse Carolina van Oranje en Nassau, &c. &c. Vreugde-Lied, op het gelukkige bevallen van de Princes van Nassau Weilburg, van een Jonge Prins, in ’s Haage den 18 December 1760. Zang, op het Admiraal Schap, der Kattenburger-Haven. Een Nieuw Lied, tot Lof van den Landman. Een Aardige Vryagie, tusschen Harmen en Tryn. De Vriendschaps Lof. Een Amoureus Lied, van ’t Melk-Meisjen. Een aardige Klugt, die er is voorgevallen op de Koog, van een Man die zyn Vrouw voor 30 Gulden heeft verkogt, aan een Potte-Boer, die daar kwam Ruilebuiten. Een t’ Zamenspraak, tusschen een Jonkman en een Jonge Dochter. Vreugde Galm aan Frederik de Grooten. Een Nieuw Lied. Een Nieuw Lied, op het uittrekken der Soldaten. Sang van Philis. Een Nieuw Lied, op de Schoonheid van Diana Een Nieuw Vermakelyk Amoureus Lied. Een nieuw Lied, van de Agtkante Boer. Een Nieuw Minnaars Klagt. Het Haagsche Naay-Meisje, of het Amsterdamsche Juffertje. Het Haagsche Officiertje, en deszelfs Leven. Een Nieuw Herders Lied. Mey-lied. Een Nieuw Lied, van het Haagsche Officiertje. Een Nieuw Vermakelyk Waale-Lied. De Nieuwe en Vermakelyke Arlequin, verhalende zyn Leven en Bedryf, met een wel bekende Dienstmeid van Amsterdam. Een Nieuw Lied, tusschen Bruid en Bruidegom. Een Nieuw Pleizierig Jagers Lied. Een Samenspraak, tusschen een Koning en een Herderin. De Dwalende Herder. Een Nieuw Lied van een Jonkman, en een Jonge Dochter. De Zingende Liere-man, met zyn Rarekiek-Kasje. Minne-Zang. Register.