Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdinterferentieEtym: Oudfrans s’entreferir = tegen elkaar stoten < Lat. inter = tussen en ferīre = slaan, stoten, treffen. Het woord kreeg terminologische status in de fysica om het effect aan te duiden van golven of stralen die met elkaar botsen en op elkaar inwerken. Naar analogie hiermee vond de term ingang in de taalkunde om aan te geven dat twee- of meertalige sprekers de talen in hun geest nooit volkomen gescheiden kunnen houden, waardoor in hun uitingen in één taal vormen of kenmerken van de andere taal zullen opduiken. Dit kan gebeuren op verschillende niveaus: klank (spreken met een accent-2), woordenschat (leenwoord, barbarisme, calque), idiomatische uitdrukkingen (idioom), grammatica (fouten tegen morfologie of syntaxis) en algemene stijl (geheel van subtiele kenmerken waardoor zelfs een grammaticaal correcte tekst kan aanvoelen als ‘vertaald’, of als een ‘Duitse’ tekst, enz.). Talige interferentie komt voor in verschillende situaties. In gemeenschappen met veel meertalige sprekers en contacten zal interferentie frequent en collectief optreden, waardoor ze tot taalverandering kan leiden: het resultaat van de interferentie wordt het ‘nieuwe normaal’ in de taalgemeenschap. Een bekend voorbeeld is de interferentie tussen Nederlands en Frans die leidde tot de Brusselse streektaal. Ook bij onervaren vertalers vindt men vaak sporen van interferentie (vertaals) en daarnaast treedt interferentie vanuit de moedertaal systematisch op bij het leren van een vreemde taal (zie in dit verband exofonie). In de didactiek van het vreemdetalenonderwijs beschrijft men interferentie soms als ‘negatieve transfer’ tussen moedertaal en vreemde taal, leidend tot een zgn. tussentaal (Eng. interlanguage). Interferentie manifesteert zich m.a.w. doorgaans ongewild en geldt vaak als ongewenst, zeker in een normatieve taalopvatting die staat op het correcte gebruik van een ‘zuivere’ standaardtaal. In de letterkunde kan interferentie bewust en doelmatig gebruikt worden met een aantal functies. In postkoloniale literaturen vertegenwoordigt ze het taalkundige facet van de culturele hybriditeit. Meer in het algemeen kan ze ten dienste staan van karakterisering, couleur locale en humor. Dit laatste vindt men in het steenkolenengels dat Rudy Kousbroek ten beste geeft in het volgende voorbeeld: There was once a poor woodchopper. This woodchopping, he said one day to his woman, there sits no dry bread in it. I work myself an accident the whole day, but you and our twelve children have not to eat. Daarnaast wordt interferentie vanuit een vreemde taal vaak gebruikt in romans, films, enz. om te simuleren dat het personage in de fictionele werkelijkheid ‘eigenlijk’ die andere taal spreekt (heterolinguïsme). Een correcte interpretatie moet daarom rekening houden met de gebruikscontext van de uiting: als twee Russische personages in een Nederlandse tv-serie met elkaar converseren in een Nederlands met sterk Russisch accent, spreken ze dan ‘in het echt’ imperfect Nederlands of hun moedertaal? Zie ook tekstinterferentie en translanguaging. Lit: F. Grosjean, ‘An attempt to isolate, and then differentiate, transfer and interference’ in International journal of bilingualism 16 (1), p. 11-21.
|