De grondsteenen van een vaste regieringe(1621)–Johan de Brune (de Oude)– Auteursrechtvrij Inhoudsopgave Toe-eygeninge aende Ver-eenighde Nederlanden. Vriendelicke Leser, gunstighe Heeren, Mede-burghers ende Landghenooten: De grond-steenen van een vaste regiering. Het eerste boeck. In-leydinghe. Dat de Gods-diensticheyt ende Rechtveerdicheyt, de eenighe oorsaken ende middelen van een vaste, heylsame regieringhe zijn. Cap. I. Van de Religie int ghemeen, ende bysonderlick, welcke de ware zy. Cap. II. Dat de Religie de eerste grondt-steen is van alle heerschappien. Cap. III. Dat de Religie in alle regieringen, nootsakelick is. Cap. IV. Dat de Religie hooch-nuttich is, tot versterckinghe end' vermeerderinghe van alle heerschappien. Cap. V. Hoe billick het is, dat de Religie in alle ghemeenten betracht end' onderhouden werde. Cap. VI. De plichten der Overheyden in Religions saecken. Cap. VII. Ernstige aen-clachte, over de mis-bruycken end' ghebreken der Neder-landers, in materie van Gods-dienst. Cap. VIII. De grondt-steenen van een veste regiering. Het tweede deel. Van de Rechtveerdicheyt; end' bysonderlick van hare uytnementheyt, end' nootsaeckelickheyt. Cap. I. Van de Rechtveerdicheyt der Overheden teghen hare onderdanen. Cap. II. De plicht der Overheyden, in rechtveerdighe uyt-deylinghe van eere end' staet. Cap. III. De plichten, die de onderdaenen haer[e] Overheyden schuldich syn. Cap. IIII.