Nieu lied-boeck ghenaemt den nieuwen en vrolijcken Amstelredamschen doele-vreught(1627)–Anoniem Nieu lied-boeck ghenaemt den nieuwen en vrolijcken Amstelredamschen doele-vreught– Auteursrechtvrij Inhoudsopgave Den nieuwen ende vrolijcken Amstelredamschen Doele-vreught. Verciert met verscheyden minne-deuntgens, ende andere vermaeckelijcke ghesanghen. Een nieu liedeken, [Comt Phoebus met u vergulde waghen] Een nieu liedeken van dijck-vellen, [Al waer ick soo bemint als d'algoedighe Goon] [Wack're herders vrolijck] [Dirckje Maet ay wat een pret] [Fillis quam Philander teghen] [Och Haesje, men schat] [Ick heb voor desen] [O eenigh voedsel van mijn jeught] [Pronckje van dees Maeghden] [Dat men nu eens van drincken spraeck] [Cvpid', onlanghs ghele'en] [Kluchtighe, tuchtighe Herderin] [O cierelijcke cieraet] [Reyn maeghdeken met eeren] [Moy meysje ick heb voor desen] [Ach moord'resse, straffe hedr'rinne] [Wackere voetjes die u tret] [Op 'swerelds bodem soud' men niet vinden] [Abra die te boven gaet] [Galathea staect u snelle vlucht] [Op een morghen-stondt ghewesen] [Ach schoone Kerieckelia] [Al hebben de princen haren wensch] [Het glas van mijn geneught] [Wel dus bedroeft joncvrou] [Nu merck ick klaer voor oogen] Bruyd lofs liedeken, Register: Aen-wijsende de liedekens van den Nieuwen Amstelredamschen Doele-vreught.