Natuurlyke historie van Holland. Deel 5(1805)–J. le Francq van Berkhey– Auteursrechtvrij Inhoudsopgave Berigt aan den binder, wegens het plaatsen der Platen, in dit Vijfde Deel. Drukfeilen. Natuurlijke historie van Holland. Tweede afdeeling. Eerste hoofdstuk.Beschrijving van de Beenwording, het Rif, Geraamte en Beendergestel der Koeijen. Tweede afdeeling. Tweede hoofdstuk.Behelzende de uitwendige kenbare gedeelten der Ledenmaten, Spieren en verdeelingen eener Koe, mitsgaders derzelver benamingen in de huishoudelijke spreekwijzen der Vleeschhouwers en Landlieden. Tweede afdeeling. Derde hoofdstuk.Beschouwing van het Herssengestel der Koeijen, deszelfs vaten, zenuwen, aderen en slagaderen, boezem en mergdeelen, mitsgaders het gansche zenuwgestel door het geheele ligchaam der Koeijen, volgens Thomas Willis; met verbeteringen. Tweede afdeeling. Vierde hoofdstuk. Vervolg op de verhandeling over het herssengestel, zoo als uit deszelfs verlengdmerg, het gansche weefsel der zenuwen, door de uit- en inwendige deelen en ingewanden zich verspreidt, met geheel nieuwe afbeeldingen. Tweede afdeeling. Vijfde hoofdstuk.Waarin, volgens de waarnemingen en afbeeldingen van J. Casserus Placentinus en anderen, met vrijmoedige verbeteringen, het gehoor der Koeijen uitvoerig wordt beschreven. Tweede afdeeling. Zesde hoofdstuk.Uitvoerige en meest vernieuwde Ontleedkunde van het oog en de gezigtdeelen der Koeijen. Tweede afdeeling. Zevende hoofdstuk.Ontvouwende en beschrijvende de bijzonderheden van de reukdeelen der Koeijen, met geheel nieuwe afbeeldingen. Tweede afdeeling. Achtste hoofdstuk.Handelende over de zintuigelijke deelen van den smaak, der chijlmaking, het gebit, de tong en het verhemelte der Runderen. Tweede afdeeling. Negende hoofdstuk.Behelzende nadere bijzonderheden over het zintuigelijk gevoel der Runderen, met vergelijkende aanmerkingen op dat van den Mensch en andere Dieren. Naberigt.