Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdillustratieEtym: Fr. illustration = verluchting < Lat. il-lustrare = verlichten, aanschouwelijk maken, versieren. Toelichting op een tekst of tekstgedeelte d.m.v. een afbeelding (prent) via één van de grafische technieken (ets, gravure, litho, tekening, foto enz.). Vaak echter heeft de illustratie niet alleen het doel iets nader toe te lichten, maar speelt zij een rol in de boekproductie om de uitgave te verfraaien, soms zelfs zodanig dat tekst en illustratie los van elkaar komen te staan. Men gebruikt in dat geval ook wel de termen boekverluchting of illuminatie. Voorbeelden van illustraties zijn de middeleeuwse miniatuur en de randversiering, en het latere vignet-2. Uiteraard komen veel illustraties voor in emblemataboeken, maar ook in liedboeken en plaatsbeschrijvingen. Bekende boekillustratoren uit de 17de eeuw zijn o.a. Hendrick Goltzius, Crispijn van de Passe, Jacques de Gheyn, Claesz Jansz Visscher, Willem Buytewech, Adriaen van de Venne en Romeyn de Hooghe. Echte illustraties ter toelichting van de tekst kan men bijv. aantreffen in naslagwerken, monografieën en geïllustreerde tijdschriften. Een aardig voorbeeld vormen ook de illustraties van De Vries bij de Natuurlijke historie voor de jeugd (1872) van De Schoolmeester. Kinderliteratuur en jeugdliteratuur zijn over het algemeen ook ruim van illustraties voorzien (zie in dit verband ook prentenboek). Bekende illustratoren van kinderboeken zijn Rie Cramer, L.W.R. Wenckebach, C. Jetses, Nelly Bodenheim, Fiep Westendorp, Jet Boeke, Mance Post, Carl Hollander en Dick Bruna. Een sterke koppeling van illustratie en tekst vindt plaats in het stripverhaal. Voor tijdschriftillustratie werd in de 19de eeuw gebruik gemaakt van de houtgravure, soms zelfs met als voorbeeld een foto, bijv. in de Katholieke Illustratie. In feite behoort de illustratie als boekverluchting tot het terrein van de bibliologie. Lit: D. Wouters, Over het illustreeren van leesboeken voor kinderen (1913, herdruk 1977) E. de la Fontaine Verwey, De illustratie van letterkundige werken in de XVIIIe eeuw (1934) D. Diringer, The illuminated book, its history and production (19672) D. Bland, A history of book illustration (19692) A. Witte, De vormgeving van het boek (19702) H. de la Fontaine Verwey, ‘De gouden eeuw van de Nederlandse boekillustratie, 1600-1635’ in Id. Uit de wereld van het boek, dl 2 (1976), p. 49-75 F. van der Linden, De grafische technieken (19905) R. Kuipers, ‘Het gezicht van het kinderboek’ in H. Bekkering e.a. (red.), De hele Bibelebontse berg (19902), p. 541-585 A.S. Korteweg (red.), Kriezels, aubergines en takkenbossen. Randversiering in Noordnederlandse handschriften uit de vijftiende eeuw (1992) M. Altena, ‘Verslaggeving of verbeelding?’ in Jaarboek voor Nederlandse Boekgeschiedenis 3 (1996), p. 111-123 E. Braches, Nieuwe Kunst en het boek: Een studie in Art Nouveau (2003) H. van Nierop e.a. (red.), Romeyn de Hooghe; de verbeelding van de late Gouden Eeuw (2008) S. de Bodt (red.), De verbeelders. Nederlandse boekillustratie in de twintigste eeuw (2014) I. Haywood, Susan Matthews & Mary L. Shannon (red.), Romanticism and illustration (2019).
|