Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 12
(1986)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd5504. 1641 december 14. Aan N. van Reigersberch.Ga naar voetnoot1Mijnheer, Aire is geaccordeert Zaterdagh laestleden,Ga naar voetnoot2 't volck uitgegaen daegs daernae. D'oo[r]zaeck waerom die stadt wat eer is overgegaen dan men hier verwachte, is geweest dat veel provisie van eedbaere waeren zijn bedorven geweest. Veele ziecten hebben oock veelen van het garnisoen wechgenomen tot bij de 1700 van 3000. Den geweeste gouverneurGa naar voetnoot3 is bij den coninck ge- | |
comen ende wel ontfangen als zich wel hebbende gequeten. Alles gaet nu in garnisoen. Doch den grave van GranseiGa naar voetnoot4 belegert noch een casteel tuschen Neufcastel ende La Motte, om La Motte mettertijdt te benauwen. Die van Pont-à-Mousson hebben van nieuws den eed gedaen aen den coning. Hertogh CarelGa naar voetnoot5 is te Homburg, zijn volck ten deele in de garnisoenen, ten deele in den Hondsruck in den Nederpals. Hohentwiel werdt beschoten ende de keiserschen hebben haer daer wel getrencheert, zoodat zij van het casteel niet zeer en connen beschaedight werden. De Switzers blijven in groote dispuiten over 't verzoeck van den ambassadeur van VrancrijckGa naar voetnoot6 om eenige lichting aldaer te doen tot het tegenwoordige oorlogh. De protestantsche Switzers zeggen dit te zijn conform het verbont met Vrancrijck aengegaen, de roomsgezinden zeggen dit te strijden met de verbonden aengegaen met het rijck, met de huizen van Oostenrijck, Bourgogne ende hertogen van Milan. Doch de roomschgezinden gelijck zij de minste zijn in getal connen het tegen d'andere quaelijck opzeilen ende hebben uit vrese ingetrochen eenige sauvegarde die zij hadden aengeplackt in het bisdom van Basel. Den grave van HarcourtGa naar voetnoot7 comt uit Italië herrewaert. Den marescal d'EstréeGa naar voetnoot8 heeft bevel van den coning ontfangen van zich met het oorlogh van den hertogh van Parme niet te moeien. Den hertogh van ParmaGa naar voetnoot9 is van nieuws geciteert te Rome te comen in persone onder sauvegarde; blijft in wapenen ende zoozeer, dat den paus vrese hebbende alle dage meer ende meer volcx zendt in het Boulonnees ende Ferrarees, doch den hertogh van ModenaGa naar voetnoot10 met den gezeide hertogh van Parme gesproocken hebbende raedt hem tot submissie ende den hertogh van FlorenceGa naar voetnoot11 heeft met den ambassadeur van VrancrijckGa naar voetnoot12 op zijne wegh nae Rome gesproocken om middelen te vinden tot accommodement. De questie van den paus met Luca is weder opgebarsten. Ende te Rome blijft men noch in deliberatie, off men den ambassadeur die uit Portugael in Italië is gecomenGa naar voetnoot13 als een conincklijcke ambassadeur zal aennemen. Den marescal de BreszéGa naar voetnoot14 gaende om viceroy te zijn vanwegen Vrancrijck in Catalogne, is in het Roussillon gearriveert, alwaer de machten van beide partijen gezegt werden zeer gelijck te zijn, bij de zevenduizent te voet, negenhondert paerden. Den coning van Vrancrijck belooft aen de Catelans groote hulp tegen de voorzomer tot negenduizent te voet, tweeduizent paerden. Den prins van MonacoGa naar voetnoot15 zal zijn duc et pair de France. RochelleGa naar voetnoot16 werdt tot een bisdom gemaect. Den coninck doet oock lichting van eenige nieuwe Duitsche regimenten te voet ende te paerd. Men zegt dat de prince Thomas zal het commandement vanwegen Spaegnië hebben tegen Portugal ende LeganesGa naar voetnoot17 in Catalogne. | |
De Fransoisen van Savern hebben eenige paerden becomen die bij de stadt van Straesburg gezonden wierden aen hertogh Carel. Den hertogh van Guise heeft getrouwt eene van Grimberge, weduwe van Bossu;Ga naar voetnoot18 laet de princesse AnneGa naar voetnoot19 zitten ende heeft querelle met den hertogh van Elboeuf.Ga naar voetnoot20 't Casteel bij La Motte is genoemt Baseille ende is nu bij de Fransosen becomen. Den marescal de Breszé in het Roussillon sterckt Argillers ende in Italië werdt als een middel tot de paix voorgeslaegen een huwelijk van de dochter van Parme met de zoon van Thadeo Barbarini, gouverneur van Rome.Ga naar voetnoot21 14 Dec. 1641. | |
In dorso schreef Reigersberch: Broeder de Groot, den 14 Decemb. 1641 uyt Paris. |
|