Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 12
(1986)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd5054. 1641 februari 9. Aan N. van Reigersberch.Ga naar voetnoot1Mijnheer, De gemeente hout hier doot de coninginne-moeder van Vrancrijck.Ga naar voetnoot2 Te hoof wil men daervan niet weten; oock eenige brieven uit Engellant seggen alleenelijck dat sij sieck is. Ende daerentusschen gaen hier voort de magnificentiën ende vreuchden van ballets, bals ende alles wat daerbij dient, den coning ende de coninginne daerbij sijnde, alwaer monsieur d'HarcourtGa naar voetnoot3 geen cleine recompense heeft gehadt van sijne diensten, dansende in figure van Hercules gevolgt bij de Victorie ende Fama. Turijn ende Arras sijn daer treffelijck gerepresenteert, met de strijden ter zee ende te lande. Mijnheer den cardinael vraegde aen den coning off dat alles sijne Majesteit wel behaegde ende alsoo den coning seide jae, seide den cardinael dat het dan wel was, dewijl dit alles nergens anders toe en was ingestelt als om te representeren 's conincx geluck. Dit is geschiet op de fiansailles. De bruiloft van den hertogh van Anguien ende maidamoiselle de BresséGa naar voetnoot4 sal gehouden werden Maenendagh toecomende. Daernae sal de coninginne-moeder misschien doot sijn ende haest vergeten. 's Conincx broederGa naar voetnoot5 is op dese vreuchd van de fiansailles niet geweest. D'heer Erlach werdt hier noch opgehouden met hoope van hem een clein leger te geven, waertoe ick garen soude helpen. Maer de principale intentie is in sijne absentie OssenvilleGa naar voetnoot6 vast te stellen te Brisac. Don Francesco de MelosGa naar voetnoot7 seit overal in Duitschlant dat met de Sweden licht is te accorderen. In Italië is alles noch in stilte ende schijnt alles aldaer sich te stellen in een lang bestant in die quartieren, de princen van Savoie trachtende tot neutraliteit, de hertoginne van MantuaGa naar voetnoot8 | |
ende andere princen van Italië, hoewel bij Vrancrijck seer sijnde gesoll[i]citeert, blijvende geresolveert haer te houden bij gelijcke neutraliteit, den paus wel sijnde met Vrancrijck, niet quaelijck met Spaegnië. In 't rijck van Napels blijckt groot mescontentement van den adel. Veele landen werden verlaeten om de groote lasten, soodat daer licht een revolte soude connen vallen, gelijck in Catalogne, in Portugael ende, soo men hier ons wil doen geloven, in Andalousië onder de protectie van den hertogh de Medine Sidonie.Ga naar voetnoot9 Doch alle sulcke saecken hebben haere onseeckerheit, insonderheit in den beginselen. Want hoewel men uitstroit dat wij hier haest sullen hebben een ambassadeGa naar voetnoot10 van Jan de Vierde, coning van Portugael, ende dat Madera ende Tercera sich aen zijne zijde hebben verclaert, soo hooren wij, dat in Portugael noch groote oneenicheit is, dewelcke aen de Hollanders schoone occasie sal connen geven om haere saecken te verrichten in Brasyl, haer meester te maecken van de Baia de Todos los Sanctos ende van Rio Genero, ende daernae met de Portugesen in Oost-Indië, soo deselve de partij aennemen van dien nieuwen coning, limyten te maecken ende in vrede te leven. De Catelans die hier sijn,Ga naar voetnoot11 meenen dat Barcelona twee maenden sal connen tegenhouden. 't Sal veel sijn, soo in die tijdt het secours te land ende ter zee can daer comen. Eenige meenen dat hetselve werdt geretardeert om de Catelans te doen comen in meerder noot ende daerdoor tot grooter verbintenisse aen Vrancrijck. 't Oorlogh schijnt vooralsnoch te gaen nae 't graefschap van Bourgogne. Die van 'tselve graefschap solliciteren seer in Switserlant om door de intercessie van de Switsers, die bij oude tractaten tot defensie van hetselve graefschap sijn geobligeert, te becomen de neutraliteit.Ga naar voetnoot12 Maer de Switsers ende Grisons sijn van seer cleine consideratiën in desen tijdt. De roomsche Switsers claegen seer over de Spaignaerden vanwegen het heenkeren van eenige haere trouppes, wanbetaeling van de anderen ende generalijck gebreck in 't onderhouden van de tractaten. De protestantsche Switsers sijn ten uiterste jalours van Vrancrijck ende oversulcx het mistrouwen soo groot sijnde is de vrundschap clein. In de Grisons is de Spaensche partij buiten twijffel de sterckste ende sal noch stercker werden, doordien Zambra die Planta had omgebracht,Ga naar voetnoot13 gevangen sijnde beschuldigt als complicen die van de reliquie [sic]; waeren van de Fransche partij, soodat de Fransche partij daer sal vaeren als te Luydick, waervan de meeste oorsaeck is, dat de Fransoisen meenen soo sterck te sijn, dat sij op cleine vrunden niet seer en hebben te letten; maer veel cleintges maecken een groote. Den comte PhilippoGa naar voetnoot14 blijft in de Bois de Vincenne ende sijn op desen tijdt bij de Fransoisen, die de sterckste sijn te Turijn, in het casteel gevangen gestelt oock den oom van deselve comte Philippo ende des ooms secretaris om alle de secreten van don Philippo te ontdecken, ende dat in weerwil ende met groote droefheit van mevrouw van Savoie, suster van den coning, in haeres soonsGa naar voetnoot15 eigen stadt, daer sij regente is ende om in die regence gemainteneert te werden de partij van Vrancrijck heeft aengenomen. Uit Turckie hooren wij dat daer verwacht werdt een gesante uit Polen; oock een uit PersiënGa naar voetnoot16 om de paix vast te maecken, sijnde, soo men seit, den Persiaen in desen tijd seer considerabel als vrede hebbende met den mogorGa naar voetnoot17 ende alle zijne naebuiren. | |
In Hongaren is wat misverstaat geresen door eenige coursen van de keisersche Hungaren op de Turcksche grentzen aldaer, waerover den bassa van Buda seer hooch heeft uitgevaeren tegen den keisersche resident die sich aldaer onthout.Ga naar voetnoot18 Doch sulcke saecken gebeuren seer veel in die quartieren ende werden door desadveu seer licht gerecht. Men spreect hier van de verandering van de oudste dochter van Engellant in plaetse van de tweede om te huwelijcken met den jongen prins van OrangiëGa naar voetnoot19 ende van de intentie van den graef van Soisson, die om Sedan ende den hertoghGa naar voetnoot20 niet te langer lastigh te sijn sich retireert nae de Vereenigde Nederlanden, van sich te huwelijcken aen de dochter van den prins van Orangië.Ga naar voetnoot21 Den hertogh van VendosmeGa naar voetnoot22 is verduistert; off hij de wegh genomen heeft nae de Vereenigde Nederlanden off nae Engelant, werdt getwijffelt. 't Is beter in den vogelsanck te sijn als in den ijserclanck.Ga naar voetnoot23 't Schijnt dat Hohentwiel weder gebloqueert werdt. In 't Barrois hebben de Fransoisen eenige van de vijanden geslagen. Jan de WaertGa naar voetnoot24 is op 't casteel van Nancy ende drinckt alle dage op de gesontheit van den marescal Horn. 9 Febr. 1641.
Ick sal seer garen van uE. verstaen de Engelsche tijdingen ende die confronteren met hetgunt ick hier uit den ambassadeurGa naar voetnoot25 sal connen verstaen, alsoo BlonGa naar voetnoot26 op mij quaelijck tevrede sijnde aen mij niet en schrijft. Maer overal blijckt dat den coning van Engellant de procedueren van het parlement tegen sijne dienaers improbeert, maer niet en can beletten, 'twelck een seer dangereuse constitutie is voor den coninck, voor sijne dienaers ende voor het rijck. Wij hooren dat de roomschgesinden stout werden in Yrlant. De bischoppen connen sonder den staet t'onderste boven te keeren in Engelant niet afgestelt werden, maer wel besnoeit, daer den adel blijde om sal sijn door jalousie, ende de steden, die vol sijn van puritains, sullen haere lust daeraen boeten. De Oostindische Compaignie soude naer mijn advys best doen met de saecke te verblijven aen de justitie van Venetië,Ga naar voetnoot27 welcke presentatie soo redelijck is dat niemant binnen ofte buiten 's lands daer tegen can hebben. Soo dat niet vallen wil, dienen sij evenwel niet te accorderen anders als al wat tot desen tijdt disputabel is daerin besluitende. Soo den graef van Soissons in Hollant comt ende sich, soo men hier meent, wilt alliëren aen den prince van Orangië, soo soude met eens de questie tuschen den prins ende den hertogh van Longueville, swager van den graef van Soissons,Ga naar voetnoot28 aengaende de principauté van Orangië afgemaect connen werden. De pretensie is soo heel niet te verachten. | |
Het desseing van die van Hollant tot beveiling van de zee is loffelijck, maer sal niet lichtelijck connen werden uitgevoert door het beletsel van deghenen die het oorlogh te land meest estimeren ende sooveel gelds haer mogelijck is derrewaert trecken. Dit heb ick hierbij gestelt noch eens herlesende uE. brief van den 21,Ga naar voetnoot29 alsoo wij dese mael geene en hebben gehadt apparentelijck door uE. absentie. | |
In dorso schreef Reigersberch: Broeder de Groot, den 9 Febr. 1641. |
|