Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdediteursfictieVorm van mystificatie waarbij de auteur de tekst presenteert als een 'authentiek' document dat hij of zij gevonden zou hebben, en waarvan hij of zij dan de editeur of tekstbezorger zou zijn. Dit kan gebeuren als een strategie van defictionalisering (fictie), m.a.w. om het 'waarheidsgehalte' en dus de geloofwaardigheid van de tekst te versterken. Vanaf de vroege geschiedenis van de roman (Cervantes, Defoe...) lijkt het procédé nauw verweven het het genre. Subgenres als dagboekroman, de briefroman en de pseudovertaling vertonen specifieke varianten van de editeursfictie. Het gebruik van de editeursfictie impliceert een type van kaderverhaal, waarbij de editeur als primaire verteller fungeert en door citaat (inbedding) het woord geeft aan de schrijvers van de brieven, dagboekfragmenten, manuscripten, enz. De editeur kan zijn rol vervullen op discrete wijze, zodat de aandacht van de lezer steeds gericht blijft op de documenten zelf, maar hij kan ook meer de aandacht trekken op zijn eigen rol als tekstbezorger (d.m.v. inleiding, voetnoten, commentaren, indexen, enz.). Een bekend voorbeeld van dit laatste is Pale fire (1962) van Vladimir Nabokov, waarin een gedicht van de fictieve dichter John Shade postuum wordt geëditeert door de excentrieke en narcistische literatuurwetenschapper Charles Kinbote. De editeursfictie dient hier niet om de werkelijkheidsillusie te versterken, maar functioneert integendeel binnen een complex spel van metafictie, waarbij de geëditeerde tekst en de commentaren van de editeur samen de lezer telkens weer op een dwaalspoor brengen. Een Nederlandstalig voorbeeld is ook de roman De lotgevallen van Ferdinand Huyck (1840) van Jacob van Lennep, waarin Juffrouw Stauffacher wordt opgevoerd die, zoals Van Lennep het wil doen voorkomen, hem het manuscript levert dat hij pas veertig jaar na het overlijden van de hoofdfiguren erin openbaar mag maken. Lit: J. Herman & F. Hallyn (red.), Le topos du manuscrit trouvé: actes du colloque international (1999).
|