Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdminuskelschriftEtym: Lat. minusculus = nogal klein. Term uit de paleografie voor een lettersoort die zich ‘tussen vier lijnen’ laat schrijven, dat wil zeggen dat minuskels onderling in lengte verschillen omdat sommige een schacht naar beneden hebben (bijv. g, p, q) en andere letters een schacht naar boven (bijv. b, d, k). Daartussen zitten schachtloze letters (bijv. e, o, u). In het dagelijks spraakgebruik noemt men een minuskel een kleine letter, in de typografie (drukkunst) zit hij in de onderkast. Onze minuskel gaat via de humanisten (humanistisch schrift, littera antiqua, romein) terug op de Karolingische minuskel. Naast minuskelschrift kennen we ook majuskelschrift.
Minuskelschrift fragment uit ca. 970. [bron: B. Engelhart & F. de Clercq, 50 eeuwen schrift (19652), p. 150].
Lit: B. Engelhart & J.W. Klein, 50 eeuwen schrift (19882) J.L. van der Gouw, Oud schrift in Nederland (19933) .
|
|