Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdtroop-1Etym: Lat. tropus < Gr. tropos = wending (ook in muziek en stijl) < trepein = wenden. Term uit de retorica voor een woord dat gebruikt wordt in een betekenis die het eigenlijk niet heeft, maar waarop die betekenis wordt overgedragen, wanneer het de plaats overneemt van een woord dat die betekenis wel heeft. Een troop of trope impliceert dus betekenisverandering; dit onderscheidt hem van de stijlfiguren, waarin woorden hun eigen betekenis houden. Oorspronkelijk was troop elke ‘beeldende’ manier van uitdrukken, een vervanging van de gewone voorstelling door een ‘figuurlijke’. Zulke versierende (ornatus), beeldrijke zegswijzen verstarden tot vaste formules en kregen ieder een eigen naam toebedeeld. De term is enigszins in onbruik geraakt, mogelijk omdat de inhoud voor sommigen vrijwel samenvalt met de groep stijlfiguren die als gedachtefiguren bekend staat. Zie ook beeldspraak. De belangrijkste tropen zijn de perifrase, waarbij het woord vervangen wordt door een verklarende, eufemistische of accentuerende omschrijving; de litotes, de versterkende omschrijving door ontkenning van het tegendeel; de hyperbool of overdrijving; de emfase, met een nadrukkelijke omschrijving op indirecte wijze te verstaan geven; de synecdoche, de vervanging van een woord door een deel i.p.v. een geheel (pars pro toto) of een meervoud i.p.v. een enkelvoud (singularis pro plurali) e.d. te noemen; en de metonymie, waarbij een gevolg de oorzaak, de maker het gemaakte e.d. vervangt. Het synoniem is geen troop in de strikte zin, maar een semantisch alternatief: het maakt gebruik van het feit dat een taal vaak meer woorden heeft voor hetzelfde begrip, waarbij overigens wel sprake kan zijn van een sfeer- of betekenisnuance. Lit: G. Ueding (red.), Historisches Wörterbuch der Rhetorik, dl. 9 (2009), kol. 809-830 J. Oosterman, 'Elk lied was een troop, een variant op een vorig lied' in J. Muijres & E. Op de Beek (red.), Op de hielen: opstellen over recente Nederlandse en Vlaamse literatuur (2014), p. 96-116.
|