Johan de Brune de Oude (1588-1658). Descriptieve auteursbibliografie
(1990)–Wim Hendriks, Jenny Mateboer, P.J. Verkruijsse– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 230]
| |
Objectieve bibliografie
| |
1623-01Venne, A. v[ande ]. ‘Middelburchse Lauwer-hof, ofte rust-plaetse, van Mercurius, ende des selfs aenspraecke tot alle const-beminders’. In: A. v[ande] Venne. Tafereel van sinne-mal. Middelburgh, Ian Pietersz vande Venne, 1623. fol. Aj r - A iiij v. (facs.-ed. 1982). * Noemt op fol. Aiiij r De Brune: ‘De Bruyn, verlicht de jeucht, van uyt de minne suchten / Te climmen voort, en voort, tot borgerlijcke tuchten; / En stiertse met zijn dicht tot inde Hemels-feest, / En hout sich hier beneen, noch besich met zijn geest.’ | |
[pagina 231]
| |
1627-01[Gomarus, Franciscus ]. De Euangelio Matthaei, quanam lingua sit scriptum, dissertatio ejusdem. Clariss. ac consultiss. viro D. Iohanni Brvneo, J.U. Doctori, & Senatori Middelburgensi, in perpetuum, amicitiae mutuae, monumentum, dedicata. In: Gomarus, Franciscus. Examen controversiarum, de genealogia Christi [...]. Groningae 1627, p. 58-69. (Amsterdam, UB: 418 e 39). * Opgedragen aan: ‘Clariss. ac consultiss. viro, D. Johanni Brunaeo, J.U. Doctori, & Senatori Middelburgensi, in perpetuum, amicitiae mutuae, monumentum, dedicata’. Zie ook 1929-01. | |
1632-01[Schut(t), Peeter]. Schvt-vvaerheyt Teghens het valsch Verkeerspel [...] by den logen-rijcken Ian vander Veen door Godt mijn Schut. Z.pl. 1632. * ‘Brun'’ fol. A ij r. ‘Godt mijn Schut is waarschijnlijk de ken-spreuk van Peeter Schutt’ [register Schut], aldus A. Keersmaekers. Geschiedenis van de Antwerpse rederijkerskamers in de jaren 1585-1635. Aalst 1952. p. 66-68. Zie ook 1957-02 Keersmaekers. | |
1632-02Burchoorn, I. Bataviersche Mey-spel ghespeelt by de ionge Batavieren van 'sGraven-Hage, op het iaer 1632 [vignet] In 'sGraven-Hage, [lijn] Gedruckt by Isaac Bvrchoorn, boeck-drucker, woonende op het Speuy, alder-naest de Keyser, M D C XXXII. 4o. (UB-A: 687 D 22) * Fol. A2r (p. 3): opdracht aan ‘alle ziel-begaefde konst-voedende Poeten, mijne E.E. aengename vrienden’. Burchoorn noemt Cats, Heinsius, Vondel, Hooft, Coster, Huygens, Westerbaen, Nootman, A. vande Venne, Krul, Starter, Bredero, Duyrkant, Velden en ook ‘de Bruyn’ als tot hen behorend. | |
1634-01De Oude Chronijcke ende Historien van Zeelandt Beschreven door wijlen Heer Jan Reygersbergh, van Cortgene. Van nieus met eenighe Byvoechsels, mitsgaders met de figueren der Graeven van Zeelandt vermeerdert. Middelbvrch, Zacharias Roman, 1634 (Haerlem, Adriaen Roman). (Utrecht, AB: S.oct.5181). * p. 343-348: Catalogue ofte Lijste, van de Gheleerde Mannen. | |
1642-01Mathijsz, Vincent. ‘Tot den liefhebbenden leser’. In: Vlissings redens-lust-hof, beplant met seer schoone en bequame oeffeningen. [...]. Tot Vlissinge, by Iacob Iansz Pick, boeck-verkooper op de Beurs. Anno MDCXLII. (UB-A: 976 B 17) * Op fol. (**) recto worden ‘nu in onsen tijdt d'Heer Heyns, d'Heer Cats, d'Heer Hugens, de Bruyne’ genoemd als inspirators van de Vlissingse rederijkers. | |
1643-01Catalogus universalis. No. 7. Hoc est designatio librorum, qui in Foederatis hisce Belgii Provinciis à mense Julio anni proximè elapsi ad Julium usque hujus anni MDCXLIII, vel novi vel emendatiores & auctiores in lucem prodierunt. Dat is: Een vertoogh van de meeste boecken, die sedert naest voorleden Julio tot op Julium deses teghenwoordighen jaers onses Heeren MDCXLIII in dese Vereenigde Nederlanden, ofte gantsch nieu, ofte verbetert ende vermeerdert, gedruckt ende uytghegeven zijn. Amstelredam, Broer Iansz, 1643. [facsimile-uitgave Utrecht 1986]. * Onder nr. 133 staat vermeld De Brunes Ziel-gerechten, Middelburg, Zacharias Roman, in-12o (zie 1027). | |
1644-01Reygersbergen, Johan. Chroniick van Zeelandt [...], nu verbetert ende vermeerdert door Marcus Zuerius van Boxhorn. Dl. l. Middelburch 1644. (Middelburg, ZB: Zeeuws Doc.-centrum, kostb. werken). * De Brune p. 158, X 7 r. | |
1649-01Heule, Christiaen van. De CL. psalmen des Propheten Davids Van P. Dathenus gedicht, En nu verbetert door - . Leyden 1649. (Amsterdam, OB: TB 205 F 23.) * fol. *2 v: ‘Iohannes de bruyne’ wordt genoemd. | |
1651-01Catalogus universalis. No. 15. Hoc est designatio librorum, qui in Foederatis hisce Belgii Provinciis, ab initio anni proximè elapsi ad currentem usque an. Dom. MDCLI, vel novi vel emendatiores & auctiores in lucem prodierunt. Dat is: Een vertoogh van de meeste boecken, die sedert den aenvangh van 't laetst voorleden tot op het teghenwoordighe jaer onses Heeren Iesu Christi 1651. in dese Vereenigde Nederlanden, ofte gantsch nieu, ofte verbetert ofte weder herdruckt uytghegeven zijn. Amstelredam, Broer Iansz, 1651. [facsimile-uitgave Utrecht 1986]. * Onder nr. 129 staat vermeld Davids Psalmen, Amsterdam, Theunis Jacobsz, in-12o (zie 1035). | |
1651-02Voetius, Gisbertus. Exercitia et bibliotheca, studiosi Theologiae. Editio secunda, priore auctior & emendatior. Ultrajecti 1651. (Amsterdam, UB-VU: XI 05734). * Schrijvend over de psalmbewerkingen, waardeert Voetius die van Johan de Brune op p. 529 als volgt: ‘Sed nunc omnes omnium inventiones superavit nova, ingeniosa, & erudita industria Ampliss. consultiss. & multiplice eruditione excultissimi viri D. Johannis de Brune Illustr. Zelandiae Ordd. syndici, qui purum putum textum sacrum ex hebraeo expressum, numeris tamen adstrictum, & cantui ecclesiastico adaptatum dedit’. | |
1652-01A[itzema], L[ieuwe] v[an]. Herstelde Leeuw, of Discours over 't gepasseerde in de Vereenigde Nederlanden in 't Jaer 1650, ende 1651. Amsteldam, Jasper Adamsz. Star, 1652. (Utrecht, AB: S.oct.3563). * p. 534 over De Brunes ontwerp van een gedachtenispenning (zie 1040). | |
[pagina 232]
| |
1653-02Arcerius, Iohannes. ‘Na-reden’. In: Charles Richardson. Uyt-breydinge der woorden Matth. cap. 26. v. 75. handelende vande bekeeringe des Apostels Petri. Eerst inde Engelsche tale beschreven door D. Charles Richardson ende nu in het Nederduyts overgeset door T.W. bedienaer des Goddel. woordts. 2e dr. Franeker, Iohannes Arcerius, 1653. * Op fol. H6v noemt Arcerius ‘Jan de Bruyne uyt Zeelandt’ naast Hooft, Huygens en Vondel als de belangrijkste ‘kloeke hoofden’. | |
1655-01Westerbaen, Jacob. Davids Psalmen in Nederduytsche Rijmen gestelt. 's Graven-hage, Anthony Tongerloo / Iohannes Tongerloo, 1655. (Utrecht, AB: 131 Q 10). * In de Voor-reden, fol. *8r - **3r, gaat Westerbaen uitvoerig in op De Brunes psalmvertaling (zie 1035). | |
1655-02Liens, Cornelis. Eerste en tweede deel van de Kleyne werelt: vervatende De verborgen oorsaack der minne, Onderhandelinge van de ziele, en Waare proef der selviger onsterffelijckheyt. In rijm te samen gestelt door mr. Cornelis Liens, drost van de baronie van Martians-dyck, en bailliou van Scherpenisse, etc. Tot Amstelredam, by Jan Janssen. 1655. (Amsterdam, UB: 1820 F 19). * Op fol. C2v noemt Liens dichters als ‘Heyns, Cats, Hoofs-Constantijn, / Hooft, Brêeroo, Vondel, *claer in 't Bruyn, Poëten zijn / Stil 'tondervragen’, die naar het voorbeeld van Ronsard, Escouteaux en Petrarca over de liefde geschreven hebben. In margine staat: ‘*I. de Bruyne’. Op fol. Q3r ‘de Bruyne’. | |
1655-03Vondelen Voorlooper, I. van [= Pieter van Gelre???]. Overwegende den Sin ende Inhout vande Voorreden gestelt voor de Psalmen Davids, Gerijmt door Iacob Westerbaen [...]. Amsterdam 1655. * Reactie op 1655-01: De Brune wordt in bescherming genomen tegen de kritiek van Westerbaen op zijn psalmvertaling. Zie ook 1996-01. | |
1656-01Bruno, Henrick. Davids Psalmen, Na de Nieuwe Oversettinge, Op even veel Veersen, op de selfde Wijsen, als van Dathenus, en geheel op Noten, en op een sleutel gestelt, gerijmt door Henrick Bruno, Con-Rector tot Hoorn. Amsteldam, Kornelis de Leeuw, 1656. (Utrecht, AB: 107 C 6). * In de Voor-Reden, (a)5v, deelt Bruno mee gebruik gemaakt te hebben van De Brunes vertaling: ‘ende somtijdts oock den Hoog-Achtbaren en door-geleerden Heere Jan de Brune, Pençionaris van de Edele Mogende Heeren Staten van Zeelandt, om een gelijck-sinnig woordt, my tot de voet-maet dienstig, uyt te vinden.’ (zie 1035). | |
1657-01Deutekom, Ant. Het Boeck der Psalmen, En eenige andere Lofsangen: Door Last van de H.M. Heeren Staten Generael Der Vereenigde Neder-landen, ende volgens het Besluyt van de Synode Nationael, gehouden tot Dordrecht inde Iaren 1618. en 1619. Uyt de Oorspronckelijke Tale, nevens den ganschen Bibel, in onse Nederlandsche getrouvvelik overgesett; En Nu, Op de gewone Wijsen van het Kerklik gezang gebracht, met even zoo veel versen, Door Ant. Deutekom, Musiçien. Uytrecht, 1657 (Wtrecht, VVillem VVier). (Utrecht, AB: 107 B 25). * In de Voorreden, fol. *6r, wordt het oordeel van De Brune over de psalmvertaling van Marnix geciteerd. | |
1658-01Simonides, Simon. Ouranopolites, ofte Verhemelde ziele [...]. In II Stucken. Rotterdam 1658. (Amsterdam, UB: 1024 J 16). * Het tweede stuk, dat ‘door Godts zegen’ later zou verschijnen, is vermoedelijk nooit gepubliceerd. Citaten uit De Brune: Spreeck-woorden p. 180, 187; Embl. p. 22, 182-183, 327, 336; Grond-steenen p. 389; en het één jaar eerder verschenen Banket-werk p. 253. | |
1658-02Cocquius, A. Theologiae praxis. De ware practycque der Godt-geleertheit. Utrecht 1658. * Citeert op p. 813 De Brune. | |
1658-03Weeckelijcke courante van Europa/Oprechte Haerlemse Courant, 12 november 1658. * ‘Tot Amsterdam, by Jan van Duysbergh, Boeckverkooper op den hoeck van de Stilsteegh, achter het Stadthuys, is ghedruckt en werdt uytghegheven, [...] Item, Bancket-werck van goede Ghedachten, door de Heer Johan de Brune; Raedt-pensionaris van den E: Hove van Zeelandt. In 12. [...].’ | |
1660-01Oosterwyck, V. van. Het Mom-Aensigt Van De Doodt Afgetrocken, Ofte Bewys-Redenen Dat een Christen voor de Doodt niet en heeft te vreesen: By maniere van een t' samen-sprekingh tusschen Titum, en Timotheum. Door V.v. Oosterwyck. Rotterdam, Arnout Leers, 1660. (Utrecht, AB: F.oct.2039). * Verwijst in de voetnoten 8 maal met zeer uitvoerige citaten naar Banket-werk, en 1 maal naar de Emblemata, nl. op fol. A4r, A6r, E1v, E2r, E4v, F3v, F4r, F8v en H1v. | |
1660-02Boëtius, G. De prophetische duyve met een olijf-taxken. Dl. 1. Leeuwarden 1660. * Citeert op p. 120 De Brune. | |
1666-01D[issel]B[urgh], D[irck] A[driaensz] v[an]. De CL Text-psalmen des konincklijcken Propheten Davids [...]. Tot Delf, By Anthony van Heusden, Anno 1666. (Amsterdam, OB: TB 206 B 19). * Tot Delff, Gedruckt by Cornelis Maertensz Blommesteyn, Ao 1667. Op fol. 4r wordt de psalmbewerking van ‘de Heer Bruyne in Zee-landt’ genoemd. In het lofdicht: ‘Dien Bruno in Zeelant’, waarmee De Brune en niet Bruno bedoeld kan zijn. | |
1666-02Simonides, S. Noodige boetsprake. 's-Gravenhage 1666. * Citeert op p. 61 en 290 De Brune. | |
1668-01Catalogus van de naer-gelaten boecken, van Zalr. Zacharias Rooman, bestaende in veelderhande talen en faculteyten, soo gebonden als ongebonden, als-mede sijne sorteringe by hem gedruckt. Die verkocht sullen werden met den stocke, aen den meest-biedende, ten huyse van de Weduwe en Erfgenamen, op den 24. Julij 1668. Middelburg, de Weduwe en Erfgenamen van Zalr. Zacharias Rooman, woonende op den Burght, 1668. (Wolfenbüttel, HAB: Bc Kapsel 7(11)). * Bij de boeken ‘Theologici in Octavo’ worden genoemd op A1v nr. 41 ‘Psalmen de Bruyne’, op A2r nr. 51 (2x) ‘Grontsteen van een vaste regeeringe’; nr. 116 ‘Ziel-gerechten/ Jan de Bruyne’ en nr. 138 ‘Psalm-boeck de Bruyne’, op A2v nr. 155 ‘Gront van een vaste Regeeringe’; nr. 164 ‘Gront van een vaste Regeeringe’, 193 ‘Ziel-gerechten/ Jan de Bruyne’, 214 ‘Spreucken Salomons de Bruyne’ en nr. 230 nogmaals een ‘Psalmboeck de Bruyne’. Bij de Theologici in Duodecimo staat op B1v onder nr. 121 ‘Psalmen de Bruyne’; nr. 205 ‘Ziel gerechten de Bruyne’. Bij de Miscellanei in Octavo staat onder nr. 76 ‘Bancket werck de Bruyne/ 1. en 2. Deel’; nr. 96 is een ‘Zeeuwsche Nachtegael’. De Miscellanei in Duodecimo vermelden onder nr. 15 ‘Spreeck-woorden/ J. de Bruyne’; nr. 138 ‘C. Huygens/ledige uyren’. Bij de ongebonden theologische boeken bevindt zich nr. 79 en 324 ‘J. de Bruyne Ziel gerechten/ in 8’, nr. 220, 229 en 468 ‘Psalmen Davids/ de Bruyne/ in 8’, nr. 314 ‘Psalmen de Bruyue[sic]/ en Dat. in 12’. Bij de Miscellanei Boecken onder nr. 17 ‘Spreeck-woorden J. de Bruyne/ in 12’, nr. 110 ‘Hemels-feest de Bruyne’, nr. 123 een ‘Zeeuwsche Nachtegael/ in 16’, nr. 263 ‘Satyra/ of kostelijck Mal aen J. Cats/ in 4’, nr. 264 ‘Zeeuwsche Nachtegael/ in 4’, nr. 265 ‘Grondtsteen van een vaste Regeeringe J. de Bruyne’, nr. 352 ‘Bancket Werck de Bruyne/ eerste en tweede deel/ in 8’. | |
1669-01Witz, Hermannus. Twist des Heeren. Met sijn wyngaerdt, [...] bepleydt door -. Leeuwarden 1669. (Amsterdam, UB-VU: XI 06555). * Citaat uit Banket-Werk op p. 321, uit Embl. op p. 395. Dit werk is herhaaldelijk herdrukt, maar die herdrukken zijn niet verder verwerkt omdat geen aaneensluitende reeks gevonden is. | |
1673-01Triglandius, Jacobus, Abrahamus Heydanus & Johannes Coccejus. [Consilium over De Brunes psalmvertaling]. In: Johannes Coccejus. Opera omnia theologica. Operum Johannis Coccei [...] tomus sextus. Amstelodami 1673 [Afd.] Consilia, p. 3-4. (Amsterdam, UB: 245 A 6). | |
[pagina 233]
| |
* Consilium Anno Christi 1651. die 11. Novemb. | |
1677-01Cocquius, A. Theologia practica. De werckige Gods-geleertheydt. Vlissingen 1677. * Citeert op p. 55, 64, 88 en 116 De Brune. | |
1679-01Pars posterior Bibliothecae variorum & insignium librorum, theologicorum & miscellaneorum [...] D. Gisberti Voetii. Utrecht 1679. * Van De Brune: Psalmen Davids. | |
1681-01Visscherus, Johannes. Hemelsche zielen-vanghst [...]. Amsterdam 1681. (Amsterdam, UB: 347 B 8). * Citeert ook De Brune een en ander maal: Banket-werk p. 41-45, 71, 134, 290; Embl. p. 177. | |
1686-01Ghysen, Hendrik. Den hoonig-raat der psalm-dichten, ofte Davids psalmen [...]. t'Amsterdam 1686. (Amsterdam, OB: TB 208 A 16). * De Brune wordt genoemd in de Voor-reeden, fol. *3r; de uitgave t'Amsterdam 1708 heeft die Voor-reden niet. | |
1689-01Cocceius, Johannis. Opera omnia theologica, exegetica, didactica, polemica, philologica, 120 circiter tractatibus (...) Johannis Cocceius. Editio secunda, ab inumeris mendis (...). Francofurti ad Moenum, Typis & impensis Balthasaris Christophori Wustii, 1689. 7 delen. (Utrecht, AB: ligkast 6: 19). * Tomvs sextvs, Afd. 7, Consilia, p. 1, bevat het advies over De Brunes Psalmvertaling van 11 november 1651. | |
1690-01Bizot, [Pierre]. Medalische historie der republyk van Holland. [Vert. d. Joachim Oudaan Fransz.]. Amsterdam 1690. p. 202-203. (Middelburg, ZB: 1045 D 12). * Op de hier aangehaalde pagina's komt de naam van De Brune niet voor, al is hij de auteur van de tekst van een hier besproken munt uit 1651. Zie over deze munt: 1974-02 Van der Meer. Zie verder 1040 en 1726-01 en 1825-02. | |
1694-01De Magistraet der Stadt Middelburgh, die geregeert hebben sedert anno 1560. Middelburgh 1694. (Middelburg, ZB: 1108 C 46). * Bij de jaren 1634 t&m 1638 wordt ‘Johan [ook: Iohan en Ian] de Bruyne’ genoemd bij de ‘Raden’. | |
1696-01Smallegange, M. Nieuwe cronyk van Zeeland. Dl. 1. Middelburg 1696. (Utrecht, AB: S.fol.1506). * fol. Ee2r: bij de Zeeuwse geleerde mannen: ‘Johan de Brune, geboren binnen Middelburg, en aldaer eerst Secretaris van sijn Vaderlijke Stad, ten laesten Raed-Pensionaris van de Heeren Staten van Zeeland, heeft geschreven, seer heerlijke Poemata, aengenaem Banket-werk, Spreek-woorden, &c.’; | |
1698-01Benthem, Henrich Ludolff. Holländischer Kirch- und Schule-Staat. 2 dln. in 1 bd. Franckfurt usw. 1698. (Amsterdam, UB: 1753 J 23). * Over De Brunes psalmbewerkingen p. I 318-319. | |
1700-01Moonen, A. Poëzy. Amsterdam, François Halma; Utrecht, Willem vande Water, 1700. (Utrecht, AB: Z.qu.134). * Op p. Mmmm 1v een opdrachtgedicht ‘Aen den heer Aelbrecht Munning’, hem aangeboden samen met een exemplaar van De Brunes Banket-werk. | |
1717-01[Royen, J. van ]. W. Sluiters Eenzaam Buitenleven met aantekeningen en zinnebeelden verrykt. Benevens zijne Vreugde- en liefdezangen [en zijn Eenzaam huis- en winterleven]. Amsterdam 1717. (Amsterdam, UB: 1073 G 21). * Over de toewijzing aan Van Royen zie: C.M. Geerars. ‘Willem Sluiters “Eenzaam buitenleven” geëmblematiseerd.’ In: NTg 49 (1956), 166-168. Geerars noemt De Brune niet, maar Van Royen heeft blijkbaar overvloedig uit De Brune geput. Zie ook 1930-01. | |
1720-01Tuinman, Carolus. De oorsprong en uitlegging van dagelyks gebruikte Nederduitsche spreekwoorden [...]. [Eerste deel]. Middelburg 1720. * fol. 4r: Johan de Brune. | |
[pagina 234]
| |
1722-01[Heussen, H.F. van]. Oudheden en gestichten van Zeeland: behelzende de oudheden, opkomsten, en benaamingen van de eylanden onder Zeeland behoorende, en van de Steden en Dorpen, in die eylanden gelegen: beneffens de Stichtingen der geestelijke Gebouwen, Kerken, Abdyen, Kloosteren, Kapellen: de Kerk- en Klooster-oversten, geleerde Mannen, enz. Uyt het Latijn vertaald, en met Aantekeningen opgehelderd door H.V[an] R[ijn]. Leiden, Christiaan Vermey, 1722. 2 dln. (Utrecht, AB: H.oct.58). * In dl. 1 op p. 180 De Brune genoemd als secretaris en raadpensionaris, en als auteur van het Banket-werk. | |
1726-01Loon, Gerard van. Beschryving der Nederlandsche Historipenningen: of beknopt Verhaal van 't gene sedert de Overdracht der heerschappye van Keyzer Karel den Vyfden op Koning Philips Zynen Zoon, Tot het sluyten van den Uytrechtsen Vreede, In de zeventien Nederlandsche Gewesten is voorgevallen. Gedaan en opgesteld door Gerard van Loon. 's Graavenhaage, Christiaan van Lom, Isaac Vaillant, Pieter Gosse, Rutger Alberts, Pieter de Hondt, Dl. 2. 1726. (Utrecht, AB: H.G. fol. 31, 1-4). * Op p. 362 verslag van het beëindigen der Grote Vergadering van 1651, plus een weergave van het ontwerp van De Brune voor een gedenkpenning t.g.v. die vergadering. Zie hierover 1040, 1825-02 en 1974-02. | |
1726-02Tuinman, Carolus. De oorsprong en uitlegging van dagelijks gebruikte Nederduitsche spreekwoorden. Middelburg 1726. (Middelburg, ZB: 1102 C 16). * De Brune fol. *6r Voorreden. | |
1730-01Huydecoper, B. Proeve van Taal- en Dichtkunde. In Vrymoedige Aanmerkingen op Vondels Vertaalde Herscheppingen van Ovidius waar achter volgen eenige Byvoegsels en Verbeteringen, een kort Bericht wegens de letter Y, en twee Bladwijzers. Amsterdam: E. Visscher, J. Tirion, 1730. (Utrecht, AB: Moltzer 1 K 10). * Voor de woordverklaringen wordt o.m. gebruik gemaakt van De Brunes Emblemata. Op p. 407-408 i.v. ‘wielingen’; p. 499 i.v. ‘reden’; p. 540 i.v. ‘engenisse’. | |
1732-01Le Long, Isaac. Boek-zaal der Nederduytsche Bybels [...]. Amsterdam 1732. (Amsterdam, UB: Inst. 113). * p. 771: Proverbia of de Spreuken van Salomon, Middelburg, Moulert, 1619 (zie 1001). | |
1734-01La Ruë, Pieter de. Geletterd Zeeland, verdeeld in drie afdeelingen, bevattende in zig de Schryvers, Geleerden en Kunstenaars, uit dien Staat geboortig. met bygevoegd Levensverhaal der Voornaamsten onder dezelve. Samenvergaderd en in orde geschikt door Pieter de la Ruë. Middelburg: Michiel Schryver, 1734. (Utrecht, UB: Biohis. K 21-175). * Op fol. **3v, vs. 21-24, De Brune vermeld in het drempeldicht van Jacobus Willemsen. | |
1737-01Koelman, J. Natuur en kentekenen van de liefde tot den H. Jezus. 3e dr. 's Gravenhage: Gerardus Winterswyk, 1737. (Utrecht, AB: EAG 418 con). * p. 126: ‘Alleen wenste ik van de geparaphraseerde en uytgebreyde Psalmen by ons gebruykelyk, Dat heen waren uyt onze kerk, en dat geen andere gezongen wierden, dan die den text zuyverlyk en enke- | |
[pagina 235]
| |
lyk bevatteden, gelyk Johan de Bruyn, Raadpensionaris van Zeeland, die al over veertig jaaren heeft in druk gegeven’ (zie 1035). | |
1739-01Andriessen, A. ‘Naamlyst der genen, die alle Psalmen van David in Nederlandtsche Dichtmate overgebragt hebben’. In: Maandelyke Uittreksels 49 (sept. 1739), p. 295-315. (Utrecht, AB: 89 zz Boek odr). * De Brune (nr. 7 en 8) op p. 302-303. | |
1741-01La Ruë, Pieter de. Geletterd Zeeland: verdeeld in drie afdeelingen, bevattende in zig de Schryvers, Geleerden en Kunstenaars, uit dien Staat geboortig, met bygevoegd Levensverhaal der Voornaamsten onder dezelve door Pieter de la Ruë. Tweede druk, met eenige noodige Veranderingen en ettelyke Vermeerderingen; zynde hieragter ook geplaatst de Byschriften op de Groote en Smalle steden van Zeeland. Middelburg, M. en A. Callenfels, 1741. (Utrecht, UB: Biohis. K 21-174). * De regels over De Brune in het drempeldicht van Willemsen staan nu op fol. **4v, r. 21-24. De bio- en bibliografische informatie over De Brune staat nu op p. 41-46, en is verbeterd, en uitgebreid. [Een andere uitgave op groter papier, gedateerd 1742, verscheen eveneens bij Callenfels.] | |
1744-01[Le Long, Isaäc]. Bibliotheca selectissima, Sive Catalogus librorum [...] // Een uitgezochte Bibliotheeck van de allerraarste Boecken [...]. Amsterdam 1744. * Het ex. Amsterdam UB 2581 D 21 is gezet in een band met op de rug: ‘Catalogus bibliotheek Isaac Lelong’; dit ex. bevat in margine prijzen. Bij de ‘Libri in octavo & minori forma’: p. 14: De Spreuken Salomons / uyt de Hebreeusche in de Nederd. Tale overgheset... Middelb. by Simon Moulert 1619. in 8.; p. 107: Item [=De Psalmen Davids] Sangs-wijse / sonder Rhym / door Johan de Brune. Middelb. by Zach. en Mich. Roman 1644. Dito tweede Druk, verbetert / en de Psalmen van Datheen tegens overgestelt. Amst. by Theunis Jacobsz. 1650. in 12.; p. 222: Banketwerk van goede gedagten. Middelb. 2 delen in een. in 8.; Zielgeregten. Leeuw. 1660; 't zelfde / waar agter Poirters-masker [sic] van de Wereld. J. en L.v. Bos. Kerkgeheymenis. Dord. 1662. in 8. 1660. | |
1750-01Gool, Johan van. De nieuwe schouburg der Nederlantsche kunstschilders en schilderessen [...]. 'sGravenhage 1750. (Middelburg, ZB: 1085 A 13-1). * Over ‘Afbeeltsel’ van Johan de Brune door Willem Eversdyk p. 43. | |
1750-02Jöcher, Christian Gottlieb. Allgemeines Gelehrten Lexicon, Darinne die Gelehrten aller Stände sowohl männ- als weiblichen Geschlechts (...) in alphabetischer Ordnung beschrieben werden. Heraus gegeben von Christian Gottlieb Jöcher. Bd. 1. Leipzig 1750. * Kol. 1421 ‘de Brunes, oder Bruno’. Contaminatie van de Oude en de Jonge. [Reprint 1960]. | |
1751-01Hedendaagsche historie, of tegenwoordige staat van alle volkeren, vervolgende de beschrijving der Vereenigde Nederlanden, dl. 11-22 = Tegenwoordige staat der Vereenigde Nederlanden, dl. 1-12. Amsterdam, Isaak Tirion, 1739-1772. 12 dln. Dl. 9: Behelzende eene beschryving van Zeeland. Met eene kaart, Plans van Steden en kunstige Printverbeeldingen versierd. 1751. (Utrecht, AB: I.oct.111-122; reprint 's-Gravenhage 1969). * p. 59, over Raadpensionaris De Brune: ‘Deeze was een zeer geleerd Man en goed Digter, van welken veele braave Werken het ligt zien.’ | |
1756-01Andriessen, Andreas. Aanmerkingen op de Psalmberymingen van Petrus Dathenus in welke uit het algemeen gebrek van taal- en dichtkunde, onheblyke wantaal van Psalm tot Psalm voorkomende, en ongelykvormigheidt aan den text derzelver onbestaanbaar Gebruik, en Noodtzaaklykheidt der Veranderinge vertoont en aangedrongen wordt. Door Andreas Andriessen, Predikant te Vere. Middelburg, Louis Taillefert, Dz. / Amsteldam, Dirk onder de Linden, 1756. (Utrecht, AB: 129 D 5). * Op fol. ***4r-v een deel aangehaald uit De Brunes voorrede bij zijn Psalmvertaling 1644. Op p. 13-15 nogmaals een (uitgebreidere) aanhaling uit dezelfde voorrede. | |
1763-01Vulder, Albert de. Onzydige en zeedige aanmerkingen; [...] Strekkende zoo wel tot ophelderinge en bevestiginge, als tot weerlegginge van het Beredeneert vertoog [...]. Rotterdam 1763. (Amsterdam, OB: TB 205 A 22. * Johan de Brune: p. 7, 35, 52 (hier: ‘het sieraad van 't geletterd Zeeland’). Zie ook 1762-01. | |
1764-01Le Long, Isaac. Boek-zaal der Nederduitsche Bybels [...]. 2e uitg. Hoorn 1764 [2 dln., doorgepagineerd]. (Middelburg, ZB: 1090 E 6). | |
[pagina 236]
| |
* p. 771: Proverbia, of de Spreuken van Salomon. Middelburg, Simon Moulert, 1619. 8o (zie 1001). | |
1764-02Andriessen, Andreas. Bedenkingen op het Beredeneerd vertoog, over de noodzakelykheid en beste wyze ener veranderinge of verbeteringe in de thans in gebruik zynde psalmberyminge, [...]. Middelburg [1764]. (Amsterdam, OB: TB 208 B 38.). * p. 33 Johan de Brune. Zie ook 1762-01. | |
1765-01Paquot, [J.N.]. Mémoires pour servir à l'histoire littéraire des dix-sept provinces des Pays-Bas, de la Principauté de Liège, et de quelques contrées voisines. Tome 1. Louvain 1765. (Utrecht, AB: C.oct.135). * Op p. 227-229 bio- en bibliografische gegevens over De Brune. | |
1766-01Probus. Vertoog over het nuttig Gebruik en ontstichtend Misbruik van het psalm-gezang in den openbaaren Godsdienst der Protestanten. Met eene vergelyking van de oude en hedendaagsche berymingen der Psalmen [...]. Amsterdam M.DCC.LXVI. (Amsterdam, OB: TB 212 G 7). * fol. A r: ‘J. de Bruine’ wordt genoemd. | |
1767-01Cats, Jacob. De Gedichten, van de Heer Jacob Cats, die in zyn Werken niet gevonden worden. Als meede Alle de Lof- en Rouw-Gedichten, en Graf-Schriften, op de Heere Jacob Cats. Leyden, Hendrik van der Deyster, 1767. (Utrecht, AB: 132 B 14 con). * Op p. 11: Aen-spraecke Aen den Overleden Heer Mr. Johan de Brune. | |
1769-01Cats, Jacob. Nuttelyck Huys-Boeck. Beneevens alle de overgebleven gedichten. Leyden, Hendrik van der Deyster, 1769. (Middelburg, ZB: 1086 A 21). * Op p. 264: Aen spraecke aen de overleden heer Mr. Johan de Brune. | |
1770-01[Wagenaar, J.] Vaderlandsche historie, vervattende de geschiedenissen der [nu] Vereenigde Nederlanden, inzonderheid die van Holland, van de vroegste tyden af uit de geloofwaardigste schryvers en egte gedenkstukken samengesteld, met konstplaaten en kaarten opgehelderd. Tweede druk. Dl. 12. Amsterdam, Wed. Isaak Tirion, 1770. (Utrecht, AB: S.oct.256). [1e dr. Amsterdam, 1752-1759.] * Op p. 148, in het verslag van de Grote Vergadering van 1651, wordt vermeld welke last de raadpensionaris Joan de Brune kreeg. | |
1770-02Broeckhoff, J.P. Dicht- en zedekundige zinnebeelden en bespiegelingen. Versiert met een-en-vyftig koperen plaaten. Amsterdam 1770. (UB-A: 605 H 21). * Citeert de Brune op p. 9 en 65. | |
1774-01J.H.H. ‘Redevoering over de Nederduitsche welsprekendheid en dichtkunde.’ In: Letteroefeningen [...] Diligentiae omnia. Amsterdam 1744. p. 285-322. (Amsterdam, UB: 308 E 25). * De Brune p. 292. | |
1777-01Iperen, Josua van. Kerkelyke Historie van het Psalm-Gezang der Christenen: van de dagen der apostelen af, tot op onzen tegenwoordigen tyd toe; en inzonderheid van onze verbeterde nederduitsche Psalmberyminge: uit echte gedenkstukken saamgebragt door Josua van Iperen. Dl. 1. Amsterdam, Wed. Loveringh en Allart, 1777. (Utrecht, AB: H qu. 79). * Op p. 174-176, 182 en passim bespreking van De Brunes Psalmvertaling. | |
1779-01Gravezande, Adrianus 's. De Unie van Utrecht herdacht, in eene kerkrede over Ps. CXXXIII:1b. Benevens eenige Geschiedkundige bijvoegselen, betreffende Het Ontzet der Stad Leyden (...) ten grooten deele uit echte ongedrukte stukken te saam gebragt door Adrianus 's Gravezande. Middelburg, Pieter Gillissen, 1779. (Utrecht, AB: H.oct.601). * Op p. 74 over ‘de Bruijne’ en op p. 252 biografische informatie over Willem Roelsius. Hij is de aangehuwde grootvader ‘van den beroemden Johan de Bruine’ over wie vervolgens verdere biografische informatie wordt verstrekt. | |
1779-02Schultens, Henricus Albertus. Oratio de studio Belgarum in literis Arabicis excolendis. Lugduni Batavorum 1779. p. 27. (Amsterdam, UB: 1720 C 3). | |
1781-01H.Z. Het schouwtooneel van deugden en gebreeken, beschouwende de staat des menschelyke levens, in dichtmaat voorgesteld. Met Plaaten. Amsterdam, Johannes Sluyter en zoon, 1781. (Amsterdam, UB: 2007 C 15). | |
[pagina 237]
| |
* Ex.: LBU/KUN: Rar. LMY H. Z 1. Voorin zit een strookje uit een antiquariaatscatalogus(?): ‘RARE. 73 emblematical poems, 12 of which with a plate. - Cf. Landwehr [1970] 67’. - Uit een aantekening in potlood voorin ontcijfer ik het volgende: Glasgow UB [...] Maxw. Library bezit ex. van 1770 (A'd Anton Eichorn). Deze uitgave (1781) is een titeluitgave van de druk 1770. | |
1782-01Huydecoper, B. Proeve van taal- en dichtkunde [...]. 2e dr. door F. van Lelyveld. Dl. 1. Leyden 1782. p. 80, 349. (Amsterdam, UB: O 81-39 (ook: 610 C 31)). | |
1784-01Huydecoper, B. Proeve van taal- en dichtkunde [...]. 2e dr. door F. van Lelyveld. Dl. 2. Leyden 1784. p. 24, 463, 464. (Amsterdam, UB: O 81-40 (ook: 610 C 32)). | |
1787-01Kok, Jacobus. Vaderlandsch woordenboek. 2e dr. Dl. 8. Amsterdam 1787. p. 1109. (Amsterdam, UB: Bibl.inf. 949.20R). | |
1788-01Huydecoper, B. Proeve van taal- en dichtkunde [...]. 2e dr. door F. van Lelyveld. Dl. 3. Leyden 1788. p. 127, 236. (Amsterdam, UB: O 81-41 (ook: 610 C 33)). | |
1797-01Engelen, E. ‘Eenige zaaklyke vergelykingen, tusschen de oude, en hedendaagsche dichters.’ In: Nieuw algemeen magazijn, van wetenschap, konst en smaak 4/2 (1797), p. 901-928. (Amsterdam, UB: Z 7495). * De Brune p. 921. | |
1799-01Chalmot, J.A. de. Biographisch woordenboek der Nederlanden: Bevattende de Levensbeschrijvingen van voorname Staatsmannen, Krygshelden, Geleerden in allerleije vakken van Wetenschappen, Digters, Schilders en andere Konstenaren en verder, Zodanige Personen, die door de ene of andere daad, zig beroemd, of aan den Vaderlande verdienstelijk hebben gemaakt veelal verzeld van hunne Karakterschetzen, zeldzame Anekdoten die men elders te vergeefs zal nasporen, onpartijdige beoirdeling hunner Daden, optelling hunner Schriften, en aanwijzing der Schrijvers welke van hun gehandeld hebben. Opgemaakt (...) door J.A. de Chalmot. Dl. 5. Amsterdam, Johannes Allart, 1799. (Utrecht, AB: B.oct.1251). * Op p. 68-70 bio-bibliografische informatie over De Brune. | |
1805-01Scheltema, Jacobus. Staatkundig Nederland: een woordenboek tot de biographische kaart van dien naam. Dl. 1. Amsterdam 1805. * Op p. 180 biografische informatie over De Brune. | |
1808-01Scheltema, Jacobus. Anna en Maria Tesselschade, de dochters van Roemer Visscher. Amsterdam 1808. * Op p. 45-46 wordt de Wetsteen toegeschreven aan De Brune de Oude. Op p. 163 de dwaling rechtgezet, maar: ‘daar de geest van de Wetsteen, van het werk, Jok en Ernst, en zijne gedichten, bij elkander uitgegeven, alle overeenkwamen met den geest van de geschriften bij De la Rue [...] aan den Raadpensionaris toegeschreven, zag ik geenen genoegzamen grond, om van mijne opvatting af te gaan.’ | |
1808-02Vries, Jeronimo de. ‘Antwoord op de vraag: Welke zijn de vorderingen [...].’ [Dl. 1]. In: Werken der Bataafsche Maatschappij van taal- en dichtkunde 3 (1808). * De Brune p. 187-189. | |
1809-01‘Werken der Bataafsche Maatschappij van Taal- en Dichtkunde. IIIde Deel. Zijnde het Antwoord op de Vraag: Welke zijn de vorderingen [...]? Door Jeronimo de Vries.’ In: Algemeene Vaderlandsche Letter-oefeningen 1809, Ie stuk, p. 107-118. * Bespreking van 1808-02. De Brune wordt genoemd op p. 113. | |
[pagina 238]
| |
1810-01Vries, Jeronimo de. Proeve eener geschiedenis der Nederduitsche dichtkunde. Dl. 1. Amsterdam 1810. * Op p. 187-188 De Brune geroemd, vooral als schrijver van zinnebeelden. [2e dr.: 1835-02]. | |
1821-01Kampen, N.G. van. Beknopte geschiedenis der letteren en wetenschappen in de Nederlanden van de vroegste tijden af, tot op het begin der negentiende eeuw. Dl. 1. 's-Gravenhage 1821. * Op p. 202-203 De Brune kort vermeld als schrijver van zinnebeelden; tevens zijn Psalmvertaling en Banket-werk genoemd. Zie ook dl. 3 (1826-01). | |
1821-02Witsen Geysbeek, P.G. Biographisch anthologisch en critisch woordenboek der Nederduitsche dichters. Dl. 1. Amsterdam 1821. * p. 440-442: genoemd als schrijver van de Emblemata en als Psalmvertaler. ‘Zijn Tafereel van de Liefde (in de Zeevsche Nachtegael) toont dat hij een regte misogamus moet geweest zijn.’ | |
1824-01Bowring, John and Harry S. van Dyk. Batavian anthology; or, Specimens of the Dutch poets; with remarks on the poetical literature and language of the Netherlands, to the end of the seventeenth century. London 1824. * Ook verschenen: Groningen 1825. De Brune p. 205-209 [met tekst uit ‘Veirzjes’ van Jan de Brune de Jonge!] | |
1825-01Bowring, John and Harry S. van Dyk. Batavian anthology; or, Specimens of the Dutch poets; with remarks on the poetical literature and language of the Netherlands, to the end of the seventeenth century. Groningen 1825. * Ook verschenen: London 1824. De Brune p. 205-209 [met tekst uit ‘Veirzjes’ van Jan de Brune de Jonge!] | |
1825-02Collot d'Escury, H. baron. Holland's roem in kunsten en wetenschappen. 2e dr. Dl. 2. 's-Gravenhage/Amsterdam 1825. * Op p. 89 wordt over de ‘Groote Vergadering’ van 1651 vermeld dat ‘De Brune, een man van veel geleerdheid en smaak’ het voorstel voor het slaan van een penning had gedaan; zijn ontwerp stemde overeen met dat van Cats; het zijne was echter al gereed en werd gebruikt (zie 1040). | |
1826-01Kampen, N.G. van. Beknopte geschiedenis der letteren en wetenschappen in de Nederlanden [...]. Dl. 3. Byvoegsels en reg. p. 346. * Zie ook Dl. 1 (1821-01), p. 202. | |
1826-02Siegenbeek, Matthijs. Beknopte geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. Haarlem 1826. * Op p. 131-132 informatie over De Brune, genoemd als schrijver van de Berijmde keurspreucken van Salomon en de Emblemata, en als Psalmvertaler. | |
1826-03Wiselius, S.I.Z. De tooneelspeelkunst, inzonderheid met betrekking tot het treurspel [...]. Amsterdam 1826. p. 39-40. | |
1827-01‘De gouden eeuw is niets anders dan de (denkbeeldige) herinnering aan een verlaten land, doch hetwelk nog het voorwerp is eener tedere gehechtheid.’ In: De Echo, aan leering en gezellig onderhoud gewijd ([1827]), no. 2, p. 43-48. * ‘De titel van het Sinnewerck van Johannes de Brune (1589-1658): “Tot uijt-druckinge en verbeteringhe van verscheijden feijlen onzer eeuw,” geeft genoeg te kennen wat in dat werk te vinden is, zonder dat wij dit door proeven behooren te betoogen. -’ | |
1828-01Keur van Nederlandsche letteren. [Eerste jaargang], deel 9, nr. 49. Amsterdam [1828]. | |
[pagina 239]
| |
* Enige biografische gegevens op p. 4. Teksten merendeels ontleend aan Emblemata (zie 1064). | |
1829-01Bowring, John. Iets over de Hollandsche taal- en letterkunde. Leeuwarden 1829. p. 42. | |
1830-01Feller, F.X. de. Geschiedkundig woordenboek, of beknopte levensbeschrijvingen van mannen, die van het begin der wereld tot op onzen tijd, zich door vernuft, begaafdheden, deugden, dwalingen of misdaden beroemd of berucht gemaakt; [...]. Naar het Fransch. [...] Dl. 5. 's-Hertogenbosch 1830. p. 465. | |
1835-01Kampen, N.G. van. Handboek van de geschiedenis der letterkunde bij de voornaamste Europische volken in nieuwere tijden. Dl. 3. Haarlem 1835. p. 66-67. | |
1835-02Vries, Jeronimo de. Proeve eener geschiedenis der Nederduitsche dichtkunde. 2e dr. Dl. 2. Amsterdam 1835. * De tekst op p. 37-38 is gelijk aan die van de 1e dr. (1810-01). | |
1837-01Bibliotheca Hulthemiana ou catalogue méthodique de la riche et précieuse collection des livres et des manuscrits délaissés par Ch. van Hulthem. Gand 1836-1837. 5 vols. * In de collectie-Van Hulthem, nu op de Koninklijke Bibliotheek Albert I te Brussel, bevinden zich uit de bibliografie nr. 1008: de Zeeusche Nachtegael 1623 (nr. 23916); nr. 1055: de Emblemata, uitgave Latham (24406); nr. 1011: 2 exx. van Valerius (26425 en 26427) en nr. 1022: 2 exx. van Eyndius (29102 en 29103). | |
1839-01Broes. ‘Hoe toch heeft de psalmberijming van Datheen nog een anderhalve eeuw na de Dordrechtsche Synode zich staande gehouden, en dat wel tegen over de vijf en twintig nieuwe, doorgaans betere berijmingen?’ In: Maandschrift voor Christenen van den beschaafden stand 3 (1839), 545-569. * p. 550 Johan de Brune. | |
1840-01Jager, A. de. ‘Bijdragen tot de kennis der Nederduitsche spreekwoorden [I].’ In: Taalkundig magazijn 3 (1840), p. 83-128. * Nieuwe wyn en Banket-werk op p. 89. | |
1843-01Biographie universelle ou dictionnaire de tous les hommes qui se sont fait remarquer par leurs écrits, leurs actions, leurs talents, leurs vertus ou leurs crimes, depuis le commencement du monde jusqu'à ce jour; [...]. Par une Société de Gens de Lettres. Tome 1. Bruxelles 1843. p. 198. | |
1850-01Willems, J.F. ‘Bijlage V’. In: Reinaert de Vos. Episch fabeldicht van de twaelfde en dertiende eeuw. Met aenmerkingen en ophelderingen van J.F. Willems. 2e dr. Gent: F. en E. Gyselynck, 1850. * Bijlage V, ‘Nederlandsche Spreekwoorden van den vos, den wolf, enz.’: op p. 298-300 spreekwoorden uit J. de Brunes Nieuwe wyn, 1636. [Nog niet in de eerste druk van 1834; niet meer in de ‘Ooievaar’-uitgaven van 1958 en 1970]. | |
1851-01D[am van] N[oordeloos?], V[an]. ‘[Over Johan de Brune]’. In: De Navorscher 1 (1851), p. 132. * Ontwart De Brune de Jonge en de Oude die door Kramm verward worden in dezelfde jaargang. | |
1851-02K[obus], J.C. ‘[Over Johan de Brune]’. In: De Navorscher 1 (1851), p. 131-132. * Ontwart De Brune de Jonge en de Oude die door Kramm verward worden in dezelfde jaargang. | |
1851-03Kramm, C. ‘[Over Johan de Brune]’. In: De Navorscher 1 (1851), p. 68-69. * Beschouwt het oeuvre van De Oude en De Jonge als van één persoon. | |
1852-01Alberdingk Thijm, J.A. Gedichten uit de verschillende tijdperken der Noord- en Zuid-Nederlandsche literatuur. Dl. 2. Amsterdam 1852. p. 214-215, 219, 257-260. | |
[pagina 240]
| |
1853-01[Bell, R.]. ‘Bloemlezing uit de werken van Johannes de Brune.’ In: De Vriend van armen en rijken. 2e dr. 1853, nr. 29. * Exemplaar UB Leiden 1203 G 26 met opdracht ‘door den schrijver R. Bell’ (zie 1066). | |
1853-02L. ‘[Korte gemengde bijdrage].’ In: De Navorscher 3 (1853) 98. * Tekst sluit af met: ‘Ik voeg er toe dat de “Bijvoegselen” [scil. “op de “Chronyk van Zeeland” van J. van Reigersbergen”] in de uitgave van 1634 voorkomende, niet zoo als sommigen meenen, van Johan de Brune zijn, maar deels van Adriaan Roman, Stads-Boek-drukker te Haarlem’. | |
1853-03Muller, Frederik. Beschrijvende catalogus van 7000 portretten van Nederlanders [...]. Amsterdam 1853. nr. 776-778, met verbetering op p. 395. * [Reprint 1972]. | |
1854-01Alberdingk Thijm, Jos. Alb. De la littérature néerlandaise, à ses différentes époques. Amsterdam 1854. p. 143, 158. | |
1854-02Kobus, J.C. en W. de Rivecourt. Beknopt biographisch handwoordenboek van Nederland [...]. Dl. 1. Zutphen 1854. p. 279. | |
1855-01Aa, A.J. van der. Biographisch woordenboek der Nederlanden [...]. Dl. 2, 4e stuk. Haarlem 1855. p. 1509-1511. * Verschillende uitgaven, al dan niet gedateerd en in verschillende formaten, onder verschillende hoofdredacties, zoals: G.D.J. (in reprint C.D.J.) Schotel, of: A.J. van der Aa, K.J.R. van Harderwijk en G.D.J. Schotel. De reprint, in 7 bd., Amsterdam 1969, bevat misleidende montages van oorspronkelijke titelbladen. | |
1855-02Kramm, C. ‘Berijmde vertalingen der Psalmen’. In: De Navorscher 5 (1855), p. 119. * Noemt van De Brune de uitgave Middelburg 1644. | |
1855-03T.+B. ‘Berijmde vertalingen der Psalmen’. In: De Navors cher 5 (1855), p. 119-120. * Noemt op p. 119 twee uitgaven: Amsterdam 1644 (er is alleen een Middelburgse druk uit dat jaar bekend: zie 1030) en Amsterdam 1650. | |
1860-01Bennink Janssonius, R. Geschiedenis van het kerkgezang by de hervormden in Nederland. Arnhem 1860. p. 149-150. * [2e dr.: 1863-01]. | |
1860-02Nagtglas, F. De algemeene kerkeraad der Nederduitsch-Hervormde gemeente te Middelburg van 1574 - 1860. Middelburg 1860. p. 75. * In de ‘Naamlijst der ouderlingen’ op p. 75 wordt Johan de Brune genoemd in de jaren 1628 t&m 1632. | |
1860-03Visscher, L.G. Leiddraad tot de geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. 2e dr. Utrecht 1860. p. 202. * [1e dr. Utrecht 1857]. | |
1861-01‘Geschiedenis der psalmberijming bij de hervormden in Nederland’. In: De Katholiek 40 (1861), p. 84-123. * p. 96 noemt de beide bewerkingen van De Brune. | |
1863-01Bennink Janssonius, R. Geschiedenis van het kerkgezang by de hervormden in Nederland. 2e dr. Amsterdam 1863. p. 147. * [1e dr.: 1860-01]. | |
1864-01Heremans, J.F.J. Nederlandsche dichterhalle. Bloemlezing uit de Nederlandsche dichters van de vroegste tyden onzer letterkunde tot op onze dagen [...]. Dl. 2. Gent 1864. * De Brune p. 544; ‘De neuswyze weetal’ p. 231-233; fragment Embl. XXXIX p. 519. | |
1866-01Lantsheer, M.F. Zelandia illustrata. [...]. Afl. 1. Middelburg 1866. p. 84, 108, 110, 114. * Zie ook 1867-02. | |
1866-02Snellaert, F.A. Schets eener geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. 4e verm. dr. Gent-Utrecht 1866. p. 177. | |
[pagina 241]
| |
1867-01Hofdijk, W.J. Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde voor gymnasiën en zelf-onderricht. 4e dr. Amsterdam: Gebr. Kraay, 1867. * De Brune op p. 252 als navolger van Cats genoemd. | |
1867-02Lantsheer, M.F. Zelandia illustrata. [...]. Afl. 2. Middelburg 1867. p. 348. * Zie ook 1866-01. | |
1869-01Everts, W. Geschiedenis der Nederlandsche letteren. Een handboek voor gymnasiën en hoogere burgerscholen. Dl. 2. Amsterdam 1869. p. 74. | |
1869-02Vloten, J. van. Bloemlezing uit de Nederlandsche dichters der zeventiende eeuw. Arnhem 1869. * Op p. 196-198 korte biografische informatie plus werk van De Brune; m.n. zijn Emblemata genoemd. Zie ook 1870-03. | |
1869-03Geschiedenis der christelijke kerk in Nederland, in tafereelen. O.r.v. B. ter Haar en W. Moll. Dl. 2. Amsterdam 1869. p. 105. * Noemt psalmbewerking van De Brune. | |
1870-01Harrebomée, P.J. Spreekwoordenboek der Nederlandsche taal. Dl. 3. Amsterdam 1870. * Nieuwe wyn, Middelburgh 1636. p. 451. [Reprint Amsterdam 1980.] | |
1870-02Muller, F. De Nederlandse geschiedenis in platen. Beredeneerde beschrijving van Nederlandsche historieplaten, zinneprenten en historische kaarten. Verzameld, gerangschikt, beschreven door F. Muller. Dl. 1 (jaren 100 tot 1702). Amsterdam 1863-1870. Nrs. 1652, 1679. * Reprint Amsterdam 1970. | |
1870-03Vloten, J. van. Bloemlezing uit de Nederlandsche prozaschrijvers der zeventiende eeuw. Arnhem 1870. * p. 299-325 bloemlezing uit werk van De Brune, met op p. 299 nog wat beknopte informatie, aansluitend bij de Bloemlezing 1869-02; als andere werken nog genoemd Ziel-gerechten, Nieuwe wyn, en Banket-werk (zie 1073). | |
1870-04Doorninck, J.I. van. Bibliotheek van Nederlandsche anonymen en pseudonymen. 's-Gravenhage enz. 1870. kol. 120, 192. * Noemt onder nr. 1153 Reigersberghs Cronyck van Zeeland uit 1654 en vermeldt dat de bijvoegsels daarbij vaak ten onrechte aan De Brune worden toegeschreven. Onder nr. 1825 worden de Grond-steenen van 1621 en 1661 genoemd. | |
1871-01Vloten, J. van. Beknopte geschiedenis der Nederlandsche letteren van de vroegste tijden tot op heden. 2e verm. dr. Tiel 1871. p. 252-253. * [3e dr. 1885-02] | |
1873-01Kramm, C. ‘[Over Jan Sweelinck]’. In: De Navorscher 23 (1873), p. 349. * Jan Sweelinck, kunstgraveur, versierde o.a. J. de Brune, Emblemata, 1624. | |
1873-02Suringar, W.H.D. Erasmus over Nederlandsche spreekwoorden en spreekwoordelijke uitdrukkingen. Utrecht 1873. * Nieuwe wyn nr. 79 en p. 508. Zie ook register. | |
1874-01Schotel, G.D.J. Vaderlandsche volksboeken en volkssprookjes [...]. 2 dln. Haarlem 1874. Dl. 2, p. 168, 169, 171. * [Reprint Arnhem 1975]. | |
1875-01Album studiosorum Academiae Lugduno Bataviae MDLXXV-MDCCCLXXV. Accedunt nomina curatorum et professorum per eadem secula. Hagae Comitum: apud Martinum Nijhoff, 1875. * Kol. 84 rectore Petro Pavio II. 1606: ‘Nov. 24 Johannes de Bruine Middelburgensis. 18, P.’ [P = Philosophiae]. | |
1876-01Regt, J.W. Neêrlands beroemde personen, naar hunne geboorteplaatsen [...]. Nieuwe uitg. Arnhem-Nijmegen 1876. p. 314. | |
[pagina 242]
| |
1876-02Vloten, J. van. Beknopte geschiedenis der nieuwe letteren. 2e uitg. Amsterdam [1876]. * De Brune genoemd op p. 343, 344; op p. 345 als schrijver van Banket-werk en Nieuwe wyn. | |
1877-01Alberdingk Thijm, P.P.M. Spiegel van Nederlandsche letteren. 3 dln. in 2 bd. Leuven 1877. Dl. 1, p. 158. | |
1877-02Zeegers, L.Th. Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. 5e verm. dr. Amsterdam 1877. p. 79. | |
1877-03Catalogue de la bibliothèque de F.J. Fétis acquise par l'Etat Belge. Paris 1877. * In deze collectie, nu in de Koninklijke Bibliotheek Albert I te Brussel, bevinden zich bibliografie nr. 1030: 2 exx. van de Psalmen van 1644 (1487 en 1489); nr. 1036: de Psalmen van 1650 (1494) en nr. 1039: de Psalmen, uitgegeven door Cel-Born in Schiedam in 1651 (1495). | |
1878-01Franken Dz., D. Adriaen van de Venne. Amsterdam 1878. * Emblemata p. 110, nr. 14. | |
1878-02Huberts, W.J.A., W.A. Elberts en F.Joz.P. van den Branden. Biographisch woordenboek der Noord- en Zuid-Nederlandsche letterkunde. Deventer 1878. * Op p. 73 zeer beknopte biografische, en beperkte bibliografische informatie. Als werken genoemd: Emblemata, Nieuwe wyn, Psalmen. | |
1879-01Lantsheer, M.F. en F. Nagtglas. Zelandia illustrata. Verzameling van kaarten, portretten, platen enz., betreffende de oudheid en geschiedenis van Zeeland, toebehoorende aan het Zeeuwsch genootschap der wetenschappen. Dl. 1. Middelburg 1879. * De Brune genoemd op p. 84 (ontwerper legpenning 1652); p. 108; p. 110; p. 114; p. 348. | |
1880-01Aarsen, A. ‘[Over Johan de Brune]’. In: De Navorscher 30 (1880), p. 514. * Over beide De Brunes, en ‘Brunaeus’ = De Jonge. | |
1880-02F.H.R.V. ‘Vraag naar De Brune’. In: De Navorscher 30 (1880), p. 190. * Vraag naar de identiteit van een of meer De Brune(s). | |
1880-03Goovaerts, Alphonse. Histoire et bibliographie de la typographie musicale dans les Pays-Bas. Anvers 1880. * Beschrijft onder nr. 687 (p. 373) een uitgave van de Psalmen bij Roman in Middelburg in 1644, waarvan de titelpagina blijkbaar niet overeenkomt met een van de teruggevonden edities: ‘... van woord tot woord overgeset, (in gemeeten onrym) ....’ Onder nr. 756 (p. 385) wordt de editie van de Psalmen bij Theunis Jacobsz uit 1650 beschreven. | |
1881-01Franken Dz., D. L'Oeuvre gravé des Van de Passe. Amsterdam-Paris 1881. * Embl. algemeen p. 290-291, no. 1361, p. [XXXIX]. Schrijft aan W. van de Pas toe: Embl. III, XVIII, XL ‘et d'autres non signées’. Reprint hiervan: Amsterdam: Knuf, 1963. | |
1883-01Catalogus der bibliotheek van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. Middelburg 1883. p. 463, 472, 496. | |
1883-02Haller, Joseph. Altspänische Sprichwörter und sprichwörtliche Redensarten [...]. Regensburg 1883. 2 dln. * Nieuwe wyn dl. 2, p. 172. | |
1883-03Doorninck, J.I. van. Vermomde en naamlooze schrijvers opgespoord op het gebied der Nederlandsche en Vlaamsche letteren. Tweede uitgave der ‘Bibliotheek van anonymen en pseudonymen’. Dl. 1: Schuilnamen en naamletters. Leiden 1883. kol. 270, 420, 568. * Ongewijzigde herdr. Amsterdam 1970. Vermeld worden resp. J.D.B.J.C. waaronder De Brune de Grond-steenen publiceerde in 1621; Nec spe nec metu; Spe et metu. | |
1884-01Dielitz, J. Die Wahl- und Denksprüche [...]. Frankfurt a/Main 1884. * Noemt op p. VII een uitg. van Emblemata ‘Heidelberg 1659’. | |
[pagina 243]
| |
1884-02Weenink, A. Gulden woorden uit de eeuw van Frederik Hendrik. Groningen 1884. p. 11, 14, 19, 26, 36, 37, 58, 59. | |
1884-03Rietstap, J.B. Armorial général précédé d'un dictionnaire des termes du blason. Tome I. 2ième ed., refondue et augmentée. Gouda 1883. p. 318. * Genoemd wordt een wapen van de Zeeuwse familie De Brune: ‘D'azur à trois cloches d'or’. | |
1885-01J.A. ‘[Bespreking van een plaats uit Banket-werk.]’. In: De Navorscher 35 (1885), p. 228-229. | |
1885-02Vloten, J. van. Beknopte geschiedenis der Nederlandsche letteren van de vroegste tijden tot op heden. Een lees- en handboek voor Hoogere Burger- en andere scholen, en alle verdere belangstellenden. 3e, verm. en verb. dr. Tiel 1885. * De Brune genoemd op p. 254 als medewerker aan de Zeeusche Nachtegael; op p. 255-256 hijzelf en zijn Emblemata genoemd, en een oordeel over zijn schrijftrant. [2e dr. 1871-01]. | |
1885-03Scheltema, J.H. ‘Verzameling van liedboekjes aanwezig ter Koninklijke Bibliotheek te 's-Gravenhage’. In: J.H. Scheltema. Nederlandsche liederen uit vroegeren tijd. Leiden 1885. p. 304. * Onder nr. 30 wordt beschreven Huygens' Ses Boecken van de Leedighe uren, 1634 (= 1019). Het lofdicht daarin van De Brune wordt vermeld. | |
1885-04Catalogus der bibliotheek van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden. 2e gedeelte. Drukwerken 1e dl. Leiden 1885. * Van De Brune worden de volgende werken genoemd: kol. 169 en 336: Nieuwe wijn, Middelburg 1636 (= 1023); kol. 189: Emblemata, Amsterdam, Latham (= 1055); Ziel-gerechten, Leeuwarden 1660 (=1051); kol. 240: de Psalmen, Middelburg 1644 (= 1030), Middelburg 1662 (= 1056) en Amsterdam 1650 (= 1036); kol. 224-225: de bloemlezing van R. Bell (= 1066); kol. 657: Banket-werk, Middelburg 1660, 2 dln (= 1049-1050). Zie ook 1887-02. | |
1886-01Kobus, J.C. en W. de Rivecourt. Biographisch woordenboek van Nederland [...]. Nieuwe uitgave. Dl. 1. Arnhem-Nijmegen 1886. * Op p. 279 beknopte bio-bibliografische informatie; van de Emblemata wordt gezegd: ‘vol fraaije platen, zeer belangrijk voor de kleding en gewoonten dier dagen’. | |
1886-02Molenaar, A.M. ‘[Bespreking van een plaats uit Banket-werk.]’. In: De Navorscher 36 (1886), p. 49-50. | |
1887-01Molenaar, A.M. ‘[Bespreking van een plaats uit Banket-werk.]’. In: De Navorscher 37 (1887), p. 374. | |
1887-02Catalogus der bibliotheek van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden. Dl. 2. 2e afd. Drukwerken, bewerkt door Louis D. Petit, 2e gedeelte; 3e afd. Nederlandsch tooneel, bewerkt door Th.J.I. Arnold, met supplement bewerkt door Louis D. Petit. Leiden 1887. * Van De Brune worden de volgende werken genoemd: kol. 148: Grond-steenen, Gorinchem 1661 (= ?) en de 2e druk daarvan, eveneens Gorinchem 1661 (= 1053). Zie ook 1885-04. | |
1888-01Molenaar, A.M. ‘[Bespreking van een plaats uit Banket-werk.]’. In: De Navorscher 38 (1888), p. 586. | |
1888-02Nagtglas, F. Levensberichten van Zeeuwen. Zijnde een vervolg op P. de La Rue, Geletterd, staatkundig en heldhaftig Zeeland. Afl. 1. Middelburg 1888. p. 86. * Zie ook 1890-02. | |
1888-03Zeeman, C.F. Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, benamingen en volksuitdrukkingen, aan den bijbel ontleend. 2e goedkoope uitgave. Dordrecht 1888. * Voorrede d.d. ‘November 1874’. ‘De Brune 1636’ p. 24 en passim. | |
1889-01‘[Bespreking van een plaats uit Zinnewerk.]’ In: De Navorscher 39 (1889), p. 656. | |
1889-02GIBO. ‘[Verwijzing naar Emblemata.]’ In: De Navorscher 39 (1889), p. 416. | |
1890-01Molenaar, A.M. ‘[Bespreking van twee plaatsen uit Banketwerk.]’. In: De Navorscher 40 (1890), p. 109. | |
1890-03Worp, J.A. ‘Jan de Brune de Jonge’. In: Oud-Holland 8 (1890), p. 81-103. * De Brune de Oude genoemd op p. 81, 86, 91; op p. 100-101 weergave van een brief van Franciscus Junius aan De Brune de Oude. | |
[pagina 244]
| |
1891-01Frederiks, J.G. en F. Jos. van den Branden. Biographisch woordenboek der Noord- en Zuidnederlandsche letterkunde. 2e omgew. dr. Amsterdam [1891]. p. 129. | |
1891-02Muller, J.W. ‘Spreektaal en schrijftaal in het Nederlandsch.’ In: Taal en letteren 1 (1891) 196-232 met toev. ibid. 285-286. * Ook in: J.W. Muller. Verspreide opstellen. Haarlem 1938. p. 1-52 met toev. op p. 52-54. De Brune resp. p. 231 en p. 51. | |
1894-01Frederiks, J.G. ‘Mr. Johan de Brune, de Oude. Pensionaris van Middelburg, geb. 1588, overl. 1658.’ In: Nederlandsche Leeuw 12 (1894) 10, kolom 140-143. | |
1896-01Frederiks, J.G. ‘De Zeeusche Nachtegael (1623).’ In: Oud-Holland 14 (1896), p. 19-35, 76-91. * De Brune p. 25. Reprint in: Zeeland Documentair 1 (1979-1981), nr. 4/5 (januari 1981), p. VII 9 - VII 25. | |
1897-01Brink, Jan ten. Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. [...] Geïllustreerd onder toezicht van J.H.W. Unger. Amsterdam 1897. * Op p. 467 (hier afgedrukt het portret van De Brune) informatie over de psalmvertaling van Westerbaen ‘die hem (W.) bovendien in polemiek wikkelde, omdat hij zijne voorgangers, de beide Zeeuwen, Johan de Brune en Boey, had gelaakt’. | |
1897-02Moes, E.W. Iconographia Batava [...]. Amsterdam 1897. p. 137. * ‘1. Door W. Eversdyck. 1656 (Th. Matham sc.); 2. Door Arn. v. Halen, miniatuur. Was in het Panpoeticon Batavum’. | |
1897-03Rijn, G. van. Atlas van Stolk. Katalogus der historie-, spot- en zin- neprenten betrekkelijk de geschiedenis van Nederland verzameld door A. van Stolk Cz. [...]. Dl. 2. Amsterdam 1897. * De Brune p. 190 nr. 1704: een gedicht van De Brune bij een prent uit 1629 (= Muller 1652), Sege teecken opgerecht ter onsterffelicker eere en lof vande doorluchtige ende hoochgeboren vorst Frederick Hendrick (zie 1014); p. 197 nr. 1731: een gedicht van de Brune bij een prent uit 1631 (= Muller 1679), Gods banniere, op gherecht ter ghedachtenisse vande wonderbaerlicke victorie te water verkreghen den 13 September 1631 (zie 1015). | |
1899-01Kesteloo, H.M. ‘De stadsrekeningen van Middelburg V, 1600-1625.’ In: Archief 8 (1899), 1e stuk, p. 41-120. * Op p. 61: Mr. Joannes de Bruijne werd betaald als Schepen in 1625, als Raad in 1624. | |
1899-02Vries, A.G.C. de. De Nederlandsche emblemata. Geschiedenis en bibliographie tot de 18de eeuw. Amsterdam 1899. Proefschrift Amsterdam. * Embl. p. 82 en p. LXVIII-LXIX nr. 115-117; Embl. XXVIII ill. [Reprint Utrecht 1976]. | |
1900-01Catalogue des livres parémiologiques composant la bibliothèque de Ignace Bernstein. Tome premier: A-M. Varsovie 1900. nr. 776. | |
[pagina 245]
| |
* Onder nr. 776 wordt in deze catalogus van spreekwoordenverzamelingen De Brunes Nieuwe wyn beschreven, editie Middelburg, Roman, 1636. | |
1900-02Kesteloo, H.M. ‘De stadsrekeningen van Middelburg VI, 1626-1650.’ In: Archief 8 (1900), 3e stuk, p. 1-96. * p. 17: ‘Aan Paulus Jansz. Seroeskerke, Mr. Johan de Brune, Adriaan van Bullestraten en Mr. Johan Luycx, als wijkmeesters, werd £ 432 betaald “om te verstrecken aen de aennemers van 't schoonmaken van stadsstraten”. [...] De vier wijkmeesters kregen ieder £ 8:6:8 voor traktement in 1629.’ | |
1901-01Kalff, G. Studiën over Nederlandsche dichters der zeventiende eeuw. Haarlem 1901. 2 dln. * De Brune genoemd in dl. 1 op p. 131 en 183. [2e dr. 1915-02]. | |
1901-02Kesteloo, H.M. ‘De Kerkelyke rekeningen van Middelburg 1613-1672.’ In: Archief 8 (1902), 4e stuk, p. 137-175. * p. 137: Joannes de Brune kerkmeester 1624, 28. | |
1902-01Duyser, J.L. Ph. Overzicht van de geschiedenis der Nederlandsche letterkunde en van hare hoofdvormen in proza en poëzie. 5e dr. Groningen 1902. * p. 154: noemt De Brune met Simon van Beaumont en Adriaan Poirters als navolgers van Cats samen de ‘Dordsche dichtschool.’ [7e dr. 1907-01]. | |
1904-01Cock, A. de en Is. Teirlinck. Kinderspel en kinderlust in Zuid-Nederland. Dl. 4. Gent 1904. p. 157. * Over ‘een touwter touw’; Embl. XXXV. | |
1904-02Kalff, G. ‘Huiselijk en maatschappelijk leven.’ In: Amsterdam in de zeventiende eeuw. Door A. Bredius, H. Brugman, G. Kalff e.a. 's-Gravenhage 1901-1904. Dl. 2. * Met als enige bronvermelding ‘1624’ (en tweemaal 1626) tal van illustraties die ontleend zijn aan Embl.: XIII p. 34, LI p. 53, XXXII p. 56a, IV p. 56b, XXVIII p. 57a, XX p. 57c, II p. 64, XXIX (‘1626’) p. 77, XLIV (‘1626’) p. 105. | |
1907-01Duijser, J.L. Ph. Overzicht van de geschiedenis der Nederlandsche letterkunde en van haar hoofdvormen in proza en poëzie. 7e dr. Groningen 1907. p. 160. * [5e dr. 1902-01]. | |
1907-02Langeraad, L.A. van. ‘Brune, Johan de’. In: Het Protestantsche vaderland. Onder red. van J.P. de Bie en J. Loosjes. Utrecht 1907. * [Dl. 1 van Biographisch woordenboek van protestantsche godgeleerden.] Informatie over De Brune op p. 684-685. ‘24 Nov. 1606 | |
[pagina 246]
| |
vinden we hem als student in de philosophie te Leiden ingeschreven (cf. Alb. Stud., kol 84: 24 Nov 1606 Johannes de Bruine Middelburgensis. 18 p.)’. | |
1908-01Winkel, J. te. De ontwikkelingsgang der Nederlandsche letterkunde. Dl. 2. Haarlem 1908. * p. 48, beknopte informatie over De Brune, genoemd als medewerker aan de Zeeusche Nachtegael; p. 301 genoemd als Psalmvertaler. | |
1908-02Bertrand, Ord. Cap., Pater. ‘Banket-Werk’, in: Biekorf, dat is een leer- en leesblad voor alle verstandige Vlamingen 19 (1908) 305-312. * Geeft een karakteristiek van De Brune en diens Banket-werk van 1657 waaruit uitgebreid geciteerd wordt. Schrijft in een noot op p. 312 ook de Wetsteen der vernuften toe aan de protestant, hetgeen met ‘hier en daar uit zijn werk [kan] verstaan’. | |
1909-01B.H. ‘[Bespreking van een plaats uit Nieuwe Wyn]’. In: De Navorscher 58 (1909), p. 338. | |
1909-02H. ‘[Selectie spreekwoorden uit Nieuwe Wyn in oude Le'erzacken, 1636]’. In: De Navorscher 58 (1909), p. 336-337. | |
1909-03Kalff, G. Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. Dl. 4. Groningen 1909. * p. 389: De Brune genoemd als medewerker aan de Zeeusche Nachtegael. | |
1909-04Meier, John. ‘Deutsche und Niederländische Volkspoesie. III: Sprichwörter.’ In: Grundriss der Germanischen Philologie. Ed. Hermann Paul. 2. verb. und verm. Aufl. 2. Bd., 1. Abt.: Literaturgeschichte. Strassburg 1901-1909. S. 1258-1281. * Nieuwe wyn op p. 1265. | |
1910-01Kalff, G. Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde. Dl. 5. Groningen 1910. * p. 31-37 vrij uitgebreide bio-bibliografische beschrijving van De Brune; verder genoemd op p. 42, 44, 45. | |
1911-01Catalogus der handschriften [van de] Bibliotheek der Universiteit van Amsterdam. Dl. IV, 1/2. Amsterdam 1911. * Dl. IV, 1, p. 56: 6 brieven van Johan de Brune aan G.J. Vossius (Middelburg 18.10.1646) en M. Vossius (30.06.1641, X Kal. Febr. 1642, rest z.p. z.j.). Dl. IV, 2, p. 51: een groot aantal brieven aan Johan de Brune van F. Junius (1), G.J. Vossius (4) en M. Vossius (12). | |
1912-01Scheurleer, D.F. Nederlandsche liedboeken. Lijst der in Nederland tot het jaar 1800 uitgegeven liedboeken. Samengesteld onder leiding van D.F. Scheurleer. 's-Gravenhage 1912. * Zie ook 1923-04 voor Supplement. Ongewijzigde herdruk met een voorwoord van Rudi Rasch, Utrecht 1977. | |
1913-01Eymael, H.J. ‘De lofdichten van J. Cats, J. de Brune en I. Luyts op Huygens' Costelick mal en Voorhout.’ In: TNTL 32 (1913) 223-238. * Taalkundige bespreking van de lofdichten. | |
1913-02Knuttel, J.A.N. Proza uit de 17e eeuw. Amsterdam 1913. * De Brune p. XI-XII; bloemlezing uit Banket-werk p. 1-20 (zie 1077). | |
1914-01B[urger, C.P.]. ‘Een Vondelhandschrift ontdekt!’ In: Het Boek, Tweede Reeks 3 (1914), p. 409. * Brieven van Vossius aan De Brune vertaald door Vondel. | |
1914-02Eck Jr., P.C. van. ‘Inleiding’. In: Oudhollandse levenswijsheid. Verzameld en toegelicht door P.C. van Eck Jr. Deventer 1914. * De Brune genoemd in de inleiding op p. III en op p. V: teksten gehaald uit Banket-werk en Emblemata; bloemlezing op p. 19-32. | |
1914-03Knuttel, J.A.N. Bloemlezing uit Nederlandsche schrijvers sinds de renaissance. Dl. 1. Amsterdam 1914. * Bloemlezing uit Banket-werk p. 220-223; beknopte inleiding op p. 220 (zie 1078). | |
1914-04Kleerkooper, M.M. & W.P. van Stockum Jr. De boekhandel te Amsterdam voornamelijk in de 17e eeuw. Biographische en geschiedkundige aanteekeningen verzameld door M.M. Kleerkooper aangevuld en uitgegeven door W.P. van Stockum Jr. Dl. 1. 's-Gravenhage 1914. Bijdragen tot de geschiedenis van den Nederlandschen boekhandel, X. p. 347, 697. | |
[pagina 247]
| |
* Als enige titel van Abraham Latham wordt vermeld De Brunes Emblemata (p. 347). De ‘emblemata van de Bruyn in fo. met de plaeten’ worden op 9 januari 1683 bij notariële akte verkocht door Susanna Veselaers, weduwe van Jan Jacobsz Schipper (p. 697). [dl. 2: 1916-01]. | |
1915-01Bredius, A. Künstler-Inventare. Urkunden zur Geschichte der holländischen Kunst des XVIten, XVIIten und XVIIIten Jahrhunderts. 1. Teil. Haag 1915. * Bij ‘Nachlass-Inventar von Cornelis Dusart’ wordt op p. 53 vermeld: ‘de Bruine's Banketwerk (Zuckerwerk)’. | |
1915-02Kalff, G. Studiën over Nederlandsche dichters der zeventiende eeuw: Vondel-Cats-Huygens-Hooft-Camphuysen. 2e, herz. dr. Haarlem 1915. * Op p. 178 De Brune genoemd, als schrijver van lofdicht op Costelick Mal. [1e dr. 1901-01]. | |
1915-03Stempel, Bertha M. van der. ‘Het onlangs gevonden proza-handschrift van Vondel’. In: Het Boek, Tweede Reeks 4 (1915), p. 49-59. * p. 51-54: brieven van Vossius aan De Brune, en v.v. Ze schrijven elkaar aan met ‘cousijn’ en ‘neve’. | |
1915-04Worp, J.A. (red.). De briefwisseling van Constantijn Huygens (1608-1687), uitgeg. door J.A. Worp. Dl. 4: 1644-1649. 's-Gravenhage 1915. RGP, 24. * Op p. 22 is onder nr. 3656 een brief van De Brune opgenomen d.d. 4 augustus 1644 (origineel UB Leiden) waarin hij Huygens een exemplaar van de Psalmen aanbiedt. Op p. 203-204 onder nr. 4103 een brief d.d. 6 september 1645 (origineel op de Kon. Academie), waarin De Brune mededeelt dat hij aan een nieuwe uitgave van de Psalmen werkt. | |
1916-01Kleerkooper, M.M. & W.P. van Stockum Jr. De boekhandel te Amsterdam voornamelijk in de 17e eeuw. Biographische en geschiedkundige aanteekeningen verzameld door M.M. Kleerkooper aangevuld en uitgegeven door W.P. van Stockum Jr. Dl. 2. 's-Gravenhage 1916. Bijdragen tot de geschiedenis van den Nederlandschen boekhandel, X. p. 1306. * Afgedrukt wordt de requeste d.d. 9 maart 1643 van De Brune aan de Staten van Holland voor zijn psalmvertaling. In een noot worden vijf edities opgesomd: Middelburg, Roman, 1644 (zie 1030); Amsterdam, Th. Jacobsz, 1650 (twee edities; zie 1035, 1036); Schiedam, Th. Cel-Bom, 1651 (zie 1039); Middelburg, Smidt en Van Goethem, 1662 (zie 1056). [dl. 1: 1914-04]. | |
1916-02Prinsen J. Lzn., J. Handboek tot de Nederlandsche letterkundige geschiedenis. 's-Gravenhage 1916. * De Brune genoemd op p. 335; korte karakteristiek op p. 336; schrijver van Banket-werk en Emblemata. [2e dr. 1920-01; 3e dr. 1928-01]. | |
1916-03Worp, J.A. (red.). De briefwisseling van Constantijn Huygens (1608-1687), uitgeg. door J.A. Worp. Dl. 5: 1649-1663. 's-Gravenhage 1916. RGP, 28. * Op p. 247 onder nr. 5439 is een brief van de Brune afgedrukt d.d. 6 december 1655 (origineel Huisarchief Koningin), waarin hij mededeelt bezig te zijn aan een boek (waarschijnlijk het Banket-werk). Op p. 271 onder nr. 5503 een briefje in het Latijn van 8 augustus 1656 (Huisarchief Koningin) over de voogdij over de jonge | |
[pagina 248]
| |
prins. Op p. 286 onder nr. 5536 een kattebelletje d.d. 23 maart 1657 (Huisarchief Koningin) waarin hij Huygens het ‘bijgaande boek’ aanbiedt ‘dat zoo langhe onder de persse geweest heeft’, waarmee ongetwijfeld het Banket-werk bedoeld is. | |
1916-04Vooys, C.G.N. de. Historische schets van de Nederlandsche letterkunde voor schoolgebruik en hoofdakte-studie. 8e dr. Groningen 1916. * De Brune genoemd op p. 48. [9e dr. 1917-01]. | |
1918-01Lecoutere, C. Schets van den ontwikkelingsgang der Nederlandsche letterkunde. Brussel 1918. p. 76. | |
1918-02Zuidema, E. ‘Brune, Johan de.’ In: P.C. Molhuysen en P.J. Blok. Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Dl. 4. Leiden 1918. * Uitgebreide bio-bibliografische informatie in kol. 333-334. [Reprints: Leiden 1964, Amsterdam 1974]. | |
1919-01Bosch, J.H. van den en C.G.N. de Vooys. Letterkundig leesboek. Deel 1. Groningen-Den Haag 1919. * Banket-werk p. 257-260. [2e dr. 1926-01]. | |
1920-01Prinsen J. Lzn., J. Handboek tot de Nederlandsche letterkundige geschiedenis. 2e herz. dr. 's-Gravenhage 1920. p. 339-340. * [1e dr. 1916-02]. | |
1921-01Eck, P.L. van. ‘Een en ander uit (de) 17e eeuws(ch)e Nederlandse emblemata.’ In: Morks magazijn 44 (1921) 1: p. 169-178, 246-252; 2: p. 13-24, 65-72. * De Brune 1: 170; 2: 67-69. Embl. X p. 67, Embl. III p. 68. | |
1921-02K[oopmans], J[an]. ‘[N.a.v. C.H.O.M. von Winning. Johan de Brune de Oude. Groningen 1921].’ In: NTg 15 (1921), p. 309-313. * Recensie van de monografie van Von Winning (1921-04). | |
1921-03Michels, L.C. ‘[Bespreking van C.H.O.M. von Winning. Johan de Brune de Oude. Groningen 1921].’ In: Ts. v. Taal en Letteren 9 (1921) 320-322. * Recensie van de monografie van Von Winning (1921-04). | |
1921-04Winning, C.H.O.M. von. Johan de Brune de Oude. Een Zeeuwsche christen-moralist en humanist uit de zeventiende eeuw. (Ed. C.G.N. de Vooys.) Groningen 1921. * De standaard-monografie over De Brune. Recensies: 1921-02, 1921-03; zie ook 1927-02. [Reprint 1979-05]. | |
1922-01Heeringa, K. Het archief van de Staten van Zeeland en hunne gecommit-teerde raden 1574 (1578) - 1795 (1799). 's-Gravenhage 1922. * p. 2-3, 62 Johan de Brune; p. 158, nr. 3188: ‘J. de Brune, secretaris 1644-1649, pensionaris 1649-1658. Ingekomen brieven, 1652-1658. 1 omslag’. | |
1923-01Stoett, F.A. Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden. Dl. 2. 4e dr. Zutphen 1923. * Banket-werk p. 563; Embl. en Nieuwe wyn p. 565. [Ongewijzigde herdrukken vanaf 1943]. | |
1923-02Verdam, J. Uit de geschiedenis der Nederlandsche taal. 4e dr., herz. d. F.A. Stoett. Zutphen 1923. p. 172. | |
1923-03Winkel, J. te. Geschiedenis der Nederlandsche letterkunde van de Republiek der Vereenigde Nederlanden. Dl. 1-2. Haarlem 1923. De ontwikkelingsgang der Nederlandsche letterkunde, 2e dr., dl. 3-4. * Op p. 344-345 van dl. 1 informatie over De Brune. In dl. 2 op p. 75 De Brune als psalmvertaler. [Reprint Utrecht/Leeuwarden 1973.] | |
[pagina 249]
| |
1923-04Scheurleer, D.F. Nederlandsche liedboeken. Lijst der in Nederland tot het jaar 1800 uitgegeven liedboeken. Samengesteld onder leiding van D.F. Scheurleer. Supplement. 's-Gravenhage 1923. * Zie ook 1912-01. Ongewijzigde herdruk met een voorwoord van Rudi Rasch, Utrecht 1977. Noemt op p. 6 dezelfde drukken en exemplaren als op p. 15 in 1912-01. | |
1924-01Meertens, P.J. ‘Een onbekend “Appendix” op het “Bancket-werck” van Johan de Brune.’ In: Het Boek 13 (1924), p. 262-263. | |
1925-02Vorrink, Joh. Levens en verhalen uit de Nederlandsche letteren. 's-Gravenhage [1925?]. p. 219-221. | |
1926-01Bosch, J.H. van den en C.G.N. de Vooys. Letterkundig leesboek. Deel 1. 2e dr. Groningen-Den Haag 1926. * Banket-werk p. 222-223 (minder dan in 1e druk: 1919-01). | |
1926-02Buisman Jr., J.F. ‘Het appendix op De Brune's Banketwerk.’ In: Het Boek 15 (1926), p. 121. | |
1926-03Wille, J. Heiman Dullaart. Zijn leven, omgeving en werk. Zeist 1926. p. 57. | |
1927-01Brands, G.A. Bloemlezing uit Nederlandsche prozaschrijvers der zeventiende eeuw. Groningen-Den Haag 1927. Lyceum-herdrukken, 7. * De Brune p. VI; Banket-werk p. 36-59. Zie 1079. | |
1928-01Prinsen J. Lzn., J. Handboek tot de Nederlandsche letterkundige geschiedenis. 3e dr. 's-Gravenhage 1928. p. 350. * [1e dr. 1916-02]. | |
1928-02Verdenius, A.A. ‘Slaan en zalven’. In: NTg 22 (1928), p. 205-209. * De Brune (‘Sant van Bijsterveld’ in Banket-werk) p. 206-207. | |
1928-03Kempenaer, A. de. Vermomde Nederlandsche en Vlaamsche schrijvers. Vervolg op Mr. J.I. van Doorninck's Vermomde en naamlooze schrijvers, opgespoord op het gebied der Nederlandsche en Vlaamsche letteren. Leiden [1928]. kol. 535. * Ongewijzigde herdr. Amsterdam 1970. Onder het trefwoord De Brune worden opgesomd: J.D.B.J.C.; Nec spe nec metu; Spe et metu. | |
1929-01Itterzon, Gerrit Pieter. Franciscus Gomarus. 's-Gravenhage 1929. Proefschrift Leiden. * p. 370 over Gomarus' De Euangelio Matthaei (zie hiervóór, nr. 1627-01), waarbij verwezen wordt naar diens Opera III 313-316: ‘De studie is opgedragen aan Joh. Brunaeus, juris utriusque doctor, senator te Middelburg’. | |
1930-01Boas, M. ‘Pseudo-Aristotelische zedenspreuken.’ In: Het Boek 19 (1930), p. 359-375. * De Brune p. 369. Het artikel gaat o.m. over ‘'s Menschen leven. Van de wieg tot het graf [incl. “De leermeester der zeden”]’ en ‘Zedelessen van Aristoteles [...]’ door A. Bógaert. Deze lastig te dateren uitgaven tellen onder de talloze parallelplaatsen uit antieke en moderne schrijvers, toegevoegd door R.v. L[euve] en J.v. R[oyen], vele verwijzingen naar De Brune, in hoofdzaak Banket-werk. Over deze uitgaven zie ook: M. Boas. ‘De leermeester der zeden.’ In: Het Boek 22 (1933/34) 289-293. Zie ook: 1717-01. | |
1930-02Bonser, Wilfried and T.A. Stephens. Proverb literature. London [1930]. * Nieuwe wyn nr. 1879. [Reprint Nendeln/Liechtenstein 1967]. | |
1930-03Rombauts, Edward. Leven en werken van Pater Adrianus Poirters s.j. (1605 - 1674) [...]. Gent [1930]. p. 107, 133, 190-191, 204. | |
1931-01Empel, M. van en H. Pieters. Zeeland door de eeuwen heen. Dl. 1. Middelburg 1931. p. 6. * ‘In 1634 verscheen bij Zacharias Roman te Middelburg een tweede editie [van de kroniek van Reygersbergh], van bijvoegsels voorzien, die aan Jan de Brune worden toegeschreven.’ | |
1931-02‘Merkwaardige werken over gastronomie’. In: Het Boek, Tweede Reeks 20 (1931), p. 167. | |
[pagina 250]
| |
* In een Italiaanse catalogus is Banket-werk ondergebracht in de rubriek ‘Gastronomia’. | |
1931-03Vooys, C.G.N. de. Geschiedenis van de Nederlandse taal in hoofdtrekken geschetst. Groningen enz. 1931. p. 64, 86. | |
1933-01Proost, K.F. De bijbel in de Nederlandsche letterkunde als spiegel der cultuur. Dl. 2. Zestiende en zeventiende eeuw. Assen 1933. p. 189-190; 211-215. | |
1934-01Verwey, Eleonore de la Fontaine. De illustratie van letterkundige werken in de XVIIIe eeuw. Bijdrage tot de geschiedenis van het Nederlandsche boek. Amsterdam 1934. Proefschrift Leiden. * De Brune p. 15, 16, 91. | |
1935-01Schretlen, M.J. ‘De Hollandsche boekillustratie uit het begin der zeventiende eeuw.’ In: Maandbl. voor beeldende kunsten 12 (1935), p. 323-330, 366-374. * Embl. algemeen p. 330, 366; Embl. III p. 368, Embl. XXVIII p. 369, Embl. XLI p. 370. | |
1936-01Meertens, P.J. ‘Godefridus Cornelisz Udemans.’ In: Ned. Arch. v. kerkgeschiedenis, N.S. 28 (1936), p. 65-106. * De Brune p. 69. (Auctiecatalogus Udemans p. 68). | |
1937-01Bruin, C.C. de. ‘Invoering en ontvangst van de Statenvertaling.’ In: De Statenvertaling 1637 - 1937. Haarlem 1937. p. 51-83. * De Brune p. 62-65, 76. | |
1938-01Roldanus, Cornelia W. Zeventiende-eeuwsche geestesbloei. Amsterdam 1938. Patria, 15. p. 38-40, 47, 67-68. | |
1938-02Smilde, Hendrik. Jacob Cats in Dordrecht. Leven en werken gedurende de jaren 1623-1636. Groningen enz. 1938. Proefschrift Amsterdam-VU. p. 92. | |
1939-02Thijssen-Schoute, C.L. Nicolaas Jarichides Wieringa. Een zeventiende-eeuws vertaler van Boccalini, Rabelais, Barclai, Leti e.a. Bevattende ook een onderzoek naar de vermaardheid dier schrijvers in Nederland. Assen 1939. Proefschrift Groningen. p. 25, 108. | |
1939-03Zwaan, F.L. Uit de geschiedenis der Nederlandsche spraakkunst. Groningen enz. 1939. p. 70-71. | |
1939-04Grauls, Jan. ‘Uit Bruegels spreekwoorden.’ In: Jaarboek der Kon. Museums voor schoone kunsten van België 2 (1939), p. 91-107. * Embl. XIX p. 97-98 en afb. 3. Zie 1957-01. | |
1941-01Jager, Th. de. De ontwikkelingsgang van de taalkunst der Nederlanden. Beknopte schets. Rotterdam z.j. [1941]. p. 60, 67. | |
1941-02Laan, K. ter. Letterkundig woordenboek. 's-Gravenhage enz. 1941. * De Brune op p. 72. [2e dr. 1952-05]. | |
1941-03Michels, L.C. ‘Roskam.’ In: L.C. Michels. Bijdrage tot het onderzoek van Vondel's werken. Nijmegen enz. 1941. Proefschrift Nijmegen. p. 20-37. | |
[pagina 251]
| |
* Ook in: L.C. Michels. Filologische opstellen. Dl. 3. Zwolle 1961. p. 112-132. De Brune resp. p. 27 en p. 120-121. | |
1942-01Meertens, P.J. ‘Adriaen Valerius' leven en werken’. In: Adriaen Valerius. Nederlandtsche gedenck-clanck. Herdrukt naar de oorspronkelijke uitgaaf van 1626. Ingel. en voorz. van biografische, taalkundige, historische en musicologische aanteekeningen door P.J. Meertens, N.B. Tenhaeff en A. Komter-Kuipers. Amsterdam 1942. p. V-XXII. * De Brune op p. X. Zie 1080. | |
1943-01Evers, Hans Gerhard. Rubens und sein Werk. Neue Forschungen. Brüssel 1943. * Embl. XXXII (niet: XXII) p. 160, 231. | |
1943-02Meertens, P.J. Letterkundig leven in Zeeland in de zestiende en de eerste helft der zeventiende eeuw. Amsterdam 1943. Proefschrift Utrecht. * Uitgebreide bio-bibliografische informatie op p. 22, 23, 85, 94, 165, 172, 181, 192, 193, 207, 220, 231-232, 238, 240, 252, 305, 306-315, 356, 363, 371, 395-397, 402, 420, 421, 443, 444, 447, 452, 469, 477. | |
1943-04Walch, J.L. Nieuw handboek der Nederlandsche letterkundige geschiedenis (tot het einde van de 19de eeuw). 's-Gravenhage 1943. p. 278. * Onder ‘Jacob Cats en zijn school’ op p. 278 De Brune genoemd, die wel als Cats bespiegelend schrijft maar verder ‘zeer on-Catsiaansch, namelijk zeer pittig en kleurig.’ [2e dr. 1947-02]. | |
1943-05Woordenboek der Nederlandsche taal. Bronnenlijst. Bew. door C.H.A. Kruyskamp. 's-Gravenhage-Leiden 1943. * De Brune p. 23. De volgende uitgaven worden vermeld: Nieuwe Wyn. Middelburg 1636 (aangehaald als Spreeckw.); Banket-werk van goede gedagten. 2 dln. Middelburg 1660 (aangehaald als Bank. 1 [1657]; 2 [1658]); Emblemata of Zinne-werck. 2e dr. Amsterdam 1661 (aangehaald als Embl. [1624]); De Grond-steenen van een vaste Re-geringe. 2e dr. Gorinchem 1661 (aangehaald als Grondst. [1621]); Davids Psalmen. 2e dr. Amsterdam 1650 (aangehaald als Ps.). ‘De dateering is vermeld bij die werken waarbij zij niet gelijk is aan het jaar van uitgave’ (Bronnenlijst p. V-VI). | |
1945-01Vin, A. de. De Zeeuwse schrijver Johan de Brune en zijn vertalingen van Ronsard en Du Bartas. Leiden 1945. * Opgave door auteur per brief najaar 1988. Doctoraalscriptie Leiden 1945 (te raadplegen in de Zeeuwse Bibliotheek te Middelburg). | |
1946-02Praz, Mario. Studi sul concettismo. Firenze 1946. Bibliotheca Sansoniana Critica. * Embl. algemeen p. 103-104; Embl. II p. 104. | |
1946-03Vooys, C.G.N. de. Duitse invloed op de Nederlandse woordvoorraad. Amsterdam 1946. p. 30. | |
1947-01Praz, Mario. Studies in seventeenth-century imagery. Vol. 2: A bibliography of emblems. London 1947. p. 30. | |
[pagina 252]
| |
* Zie ook 1939-01. | |
1947-02Walch †, J.L. Nieuw handboek der Nederlandsche letterkundige geschiedenis (tot het einde van de 19de eeuw). 2e herz. dr. 's-Gravenhage 1947. * Op p. 284 dezelfde informatie als in de 1e dr. van 1943-04. | |
1948-01Es, G.A. van. ‘Protestantsche letterkunde in de eerste helft der 17e eeuw.’ In: G.A. van Es en G.S. Overdiep. De letterkunde van Renaissance en Barok in de zeventiende eeuw. Dl. 1. M.m.v. J. Brouwer. 's-Hertogenbosch enz. 1948. Geschiedenis van de Letterkunde der Nederlanden o.r.v. F. Baur e.a., IV. p. 7-210. * De Brune op p. 51-56, 63-64. | |
1948-02Kelk, C.J. De Nederlandse poëzie. Van haar oorsprong tot heden. Dl. 1: Tot 1880. Amsterdam 1948. p. 219. | |
1948-04Poortman, J.J. Repertorium der Nederlandse wijsbegeerte. Amsterdam enz. 1948. p. 202. | |
1948-05Smilde, H. ‘Lichtbakens op de levenszee. In de school van Cats en Huygens.’ In: Panorama der Nederlandse letteren. Verzorgd door J. Haantjes en W.A.P. Smit m.m.v. C.C. de Bruin, J.J. Mak, G. Kuiper e.a. Amsterdam 1948. Hoofdstuk VII: p. 159-180. * De Brune op p. 178. | |
1949-01Heerikhuizen, F.W. van. Spiegel der eeuwen. De Nederlandse letterkunde in haar ontwikkeling. Rotterdam 1949. p. 81, 87. | |
1949-02Winkler Prins encyclopaedie. 6e geheel nieuwe dr. Dl. 5. Amsterdam enz. 1949. p. 145. | |
1950-01Michels, L.C. ‘Klassieke maten en rijmloze verzen in de 17e eeuw.’ In: Hermeneus 21 (1950) 121-126. * Ook in: L.C. Michels. Filologische opstellen. Dl. 2. Zwolle 1958. p. 298-304. De Brune resp. p. 126 en p. 303. | |
1951-01Thienen, Fritjof van. ‘Het Noord-Nederlandse costuum van de Gouden Eeuw.’ In: James Laver (red.). Het costuum. Een geschiedenis van de mode. Dl. 3: Van de Tudors tot Lodewijk XIII. Amsterdam-Antwerpen [1951]. * Embl. XXXII, X, XXX, II en XIII p. 264-265, 288-289. [Uitgave ook onder de titel: Costume of the Western world. London etc. 1951. 1946-02 Praz noemt ook: Das Kostüm der Blütezeit Hollands. 1930.] | |
1952-02Béguin, Sylvie. ‘Pieter Codde et Jacob Duck.’ In: Oud-Holland 67 (1952) 112-116. * Embl. XXX p. 115. | |
1952-03Bresser, N. de. ‘P.C. Hooft en Joan de Brune.’ In: NTg 45 (1952), p. 46-47. * Niet op onderwerp in NTg-register 1-50. Over Banket-werk, dl. 1, nr. 940. | |
[pagina 253]
| |
1952-04Groot, C.W. de. Jan Steen: beeld en woord. Utrecht enz. 1952. p. 58. | |
1952-05Laan, K. ter. Letterkundig woordenboek voor Noord en Zuid. 2e, verm. dr. met medew. voor België van L. Roelandt. 's-Gravenhage enz. 1952. p. 77. * [1e dr. 1941-02]. | |
1952-06Proost, K.F. De bijbel in onze literatuur. Den Haag 1952. Servire's encyclopedie, B. 4b. 6. p. 57, 63. | |
1952-07Vooys, C.G.N. de. Geschiedenis van de Nederlandse taal. 5e herz. uitg. Groningen 1952. p. 70, 99. * [Reprints Groningen 1970 enz.]. | |
1952-08Waal, H. van de. Drie eeuwen vaderlandsche geschied-uitbeelding 1500-1800. Een iconologische studie. 's-Gravenhage 1952. 2 dln. * De Brune Dl. 2, p. 134 noot 4, waar hij de bezorger genoemd wordt van de uitgave-1634 van Reygersberghs Chronyk. | |
1952-09Warners, J.D.P. ‘Renaissance en oudheid.’ In: NTg 45 (1952), p. 1-10; 201-210. * De Brune p. 206. | |
1953-01Galama, E. ‘De bibliotheek van Gysbert Japiks.’ In: It Beaken 15 (1953), p. 53-64, 90-95, 123-126. * Op p. 93, nr. 46, blijkt dat Japiks in 1666 De Brunes psalmvertaling van 1644 in zijn bibliotheek had. | |
1953-02Nijhoff, Wouter. Bibliographie van Noord-Nederlandsche plaatsbeschrijvingen tot het einde der 18de eeuw. 2e dr. Bewerkt en aangevuld door F.W.D.C.A. van Hattum. 's-Gravenhage 1953. Bijdragen tot eene Nederlandsche Bibliographie. nr. 263. * Genoemd wordt het gedicht van De Brune in De Oude Chronijcke van 1634 (bibl. 1020). | |
1954-01Heckscher, William S. ‘Renaissance emblems. Observations suggested by some emblem-books in the Princeton University Library.’ In: Princeton University Library Chronicle 15 (1954), 2 (winter), p. 55-68. * Ook in: Heckscher, William S. (ed. Egon Verheyen). Art and literature. Baden-Baden 1985. Saecula spiritalia, vol. 17. p. 111-126. De Brune p. 61 resp. p. 117; Embl. XLVII p. 61 resp. p. 125. | |
1955-01Vosters, S.A. Spanje in de Nederlandse litteratuur. Amsterdam 1955. Proefschrift Nijmegen. p. 29, 32. | |
1956-02Laan, K. ter. Nederlandse spreekwoorden/spreuken en zegswijzen. 3e dr. Amsterdam [1956?]. * Banket-werk en Nieuwe wyn p. 411, 419. [Onbekend aantal ongewijzigde heruitgaven van deze druk]. | |
1956-03Stridbeck, Carl Gustav. Bruegelstudien. Untersuchungen zu den ikonologischen Problemen bei Pieter Bruegel d. Ä. sowie dessen Beziehungen zum niederländischen Romanismus. Stockholm 1956. * Embl. XIX p. 58-59, 305. | |
1957-01Grauls, Jan. Volkstaal en volksleven in het werk van Pieter Bruegel. Antwerpen-Amsterdam 1957. * Embl. XIX p. 181v. Zie over deze ‘onjuiste interpretatie’: 1967-04 E. de Jongh, p. 71. | |
1957-02Keersmaekers, A. De dichter Guilliam van Nieuwelandt [...]. Gent 1957. p. 266. * Zie ook 1632-01. | |
1957-03Michels, L.C. ‘Oudemans en Verdam.’ In: NTg 50 (1957), p. 145-150. * Ook in: L.C. Michels. Filologische opstellen. Dl. 4. Zwolle 1964. p. 254-261. De Brune resp. p. 147 en p. 258. | |
[pagina 254]
| |
1957-04Unger, W.S. Catalogus van de historisch-topografische atlas van het Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. Dl. 4: Portretten en Personalia. Middelburg 1957. * Op p. 38, nr. 295, wordt een portret van De Brune beschreven. Op p. 83, nr. 648 wordt een portret van J. Miggrode genoemd waaronder een gedicht van De Brune staat (zie 1032). | |
1958-01Bol, L.J. ‘Een Middelburgse Brueghel-groep. VII. Adriaen Pietersz. van de Venne, schilder en teyckenaer.’ In: Oud-Holland 73 (1958), p. 59-78; 128-146. * Embl. p. 65, 67, 133-136. | |
1958-02Groot, H.F.M. de. Johan de Brune, de Oude. Taalbouwer. Een taalkundige studie over de Emblemata van Johan de Brune de Oude, in het kader van de opbouw der Nederlandse Taal in de 16de en 17de eeuw. Z.pl. Februari 1958 ‘In het 300ste jaar na zijn dood’. * Doctoraalscriptie K.U. Nijmegen. | |
1958-03Groot, H.F.M. de. De emblematiek en de Emblemata van Johan de Brune de Oude. Een literair- en cultureelhistorische studie over de plaats van De Brune's Emblemata in de emblematiek en het aandeel van de emblematiek in de beeldspraak van De Brune. Z.pl. April 1958 ‘In het 300ste jaar na zijn dood’. * Doctoraalscriptie K.U. Nijmegen. | |
1958-04Knuvelder, Gerard. Handboek tot de geschiedenis der Nederlandse letterkunde. Dl. 2. 2e, herz. dr. 's-Hertogenbosch 1958. * De Brune op p. 101, 216-217, 280. [1e dr. 1948-03]. | |
1958-05Kok, F.C. ‘Willem Sluiter en zijn tijdgenoten’. In: Willem Sluiter. Buiten-leven met Johan Wessings Levensbeschrijving van den dichter. Met een inl. en aant. Zwolle 1958. Zwolse drukken, 27. p. 40-47. * De Brune p. 43-47. ‘10% van het “Buiten-leven” IS De Brune’ (p. 45). Zie ook 1959-04 en 1960-03. | |
1958-06Moll, Otto E. Sprichwörterbibliographie. Frankfurt a/Main [1958]. * Nieuwe wyn p. 335, nr. 5021. | |
1959-01Brandt Corstius, J.C. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur. Utrecht-Antwerpen [1959]. p. 151. | |
1959-02Grauls, J. ‘Uit de spreekwoorden van Jacob Jordaens.’ In: Bulletin Kon. Musea voor schone kunsten 8 (1959), p. 87-101. * De Brune p. 88-89, 94, 98. | |
1959-03Gudlaugsson, S[turla] J. Geraert ter Borch. Den Haag 1959. p. 16, 45, 123. * In hoofdzaak over Embl. XXXVI. | |
1959-04Heeroma, K. ‘Sluiters Buitenleven.’ In: NTg 52 (1959), p. 74-80. * N.a.v. F.C. Kok. Willem Sluiters Buiten-leven. Zwolle 1958. De Brune p. 75-76. Zie ook 1958-05. | |
1959-05Kruys, J. de. ‘Een onbekende bekende druk der Siel-gerechten van Johan de Brune de Oude.’ In: NTg 52 (1959), p. 12-13. | |
1959-06Nieuwenhuys, R. Ziet, de dag komt aan. Proza en poëzie van 1600 tot 1700. Amsterdam 1959. Proza en poëzie van 1200 tot heden, dl. 2. | |
[pagina 255]
| |
* De Brune op p. 87-88, 184. [zie 1088; 2e ongew. dr. 1964]. | |
1960-01Bauch, Kurt. Der frühe Rembrandt und seine Zeit. Studien zur geschichtlichen Bedeutung seines Frühstils. Berlin [1960]. * Embl. XVIII p. 19, Embl. XXI p. 153, Embl. XXXII p. 243-244. | |
1960-02Gudlaugsson, S[turla] J. Katalog der Gemälde Gerard ter Borchs. Den Haag 1960. p. 57, 67, 91, 157. * In hoofdzaak over Embl. XXVI en XXXVI (niet: p. 36). | |
1960-04Randall, Lilian M.C. ‘A mediaeval Slander.’ In: The Art Bulletin 42 (1960), p. 25-38. * p. 29 Nieuwe wyn. Middelburgh 1636. | |
1961-02Laan, K. ter. Andermans wijsheid. Amsterdam 1961. * Noemt op p. 239 Banket-werk, waaruit hier op een twintigtal pagina's wijsheid is te vinden. | |
1961-03Meertens, P.J. ‘Een brief van Cats aan Johan de Brune.’ In: TNTL 78 (1961), p. 17-19. * Tekst van de brief van 29.09.1656, ms. Archief Staten van Zeeland, dossier 1271, RA Zeeland Middelburg. | |
1961-04Roldanus, Cornelia W. Zeventiende-eeuwse geestesbloei. Utrecht enz. [1961]. Aula 59. p. 43-45, 54, 74-75. | |
1961-05Vooys, C.G.N. de en G. Stuiveling. Schets van de Nederlandse letterkunde. 27e dr. Groningen 1961. p. 48, 288. * [zie ook 1917-01]. | |
1962-01Foncke, R. ‘Twee dichterlijke vrienden - Hendrik Laurensz. Spieghel en Roemer Visscher - schrijven aan elkaar in verzen.’ In: Versl. Med. Kon. Vl. Acad. Taal- Letterk., N.R. (1962) 1-4 (jan-apr) 145-162. * p. 157-160 over Emblemata. | |
1962-03Landwehr, John. Dutch emblem books. A bibliography. Utrecht 1962. Bibliotheca emblematica, 1. * Beschrijft op p. 9, nr. 32 de Emblemata. Zie ook 1970-03. | |
1963-01Kuiper, G. ‘Brune, Johan de (de Oude).’ In: MEW, dl. 1 (1963), p. 584. * 2e dr. 1980-05. | |
1963-02Vooys, C.G.N. de en G. Stuiveling. Schets van de Nederlandse letterkunde. 28e dr. Groningen 1963. p. 48, 288. * [zie ook 1917-01]. | |
1964-01Beinema, M. ‘Van embleem tot Zeeuws embleem.’ In: Bull. Hist.-Archeol. Werkgr. (1964) 2 (winter), p. 5-7. | |
1964-02Emmens, J.A. Rembrandt en de regels van de kunst. Rembrandt and the rules of art. Utrecht 1964. Proefschrift Utrecht. p. 113. | |
[pagina 256]
| |
* Handelseditie Utrecht [1968; ‘De volledige oplage van de tekst van dit boek werd gedrukt in 1964’]. Utrechtse kunsthistorische studiën, 10. - Ook verschenen: Amsterdam 1974. Verzameld werk, dl. 2. Hier p. 134. | |
1964-03Meertens, P.J. ‘Emblemata’. In: MEW, dl. 2 (1964), p. 519. | |
1964-04Monroy, Ernst Friedrich von (ed. Hans Martin von Erffa). Embleme und Emblembücher in den Niederlanden 1560 - 1630. Eine Geschichte der Wandlungen ihres Illustrationsstils. Utrecht [1964]. Bibliotheca emblematica, 2. p. 62-64, 98 en ill. nr. 64-69. * Embl. XXIX, XXVIII, VI, XXXV, XVIII en XXI. | |
1964-05Praz, Mario. Studies in seventeenth-century imagery. 2nd ed. Roma 1964. Sussidi eruditi, 16. * De Brune p. 86, 288. Zie ook 1974-05 Praz. [Reprint 1975.] | |
1964-06Scheller, R.W. ‘Rembrandt en de encyclopedische kunstkamer.’ In: Oud-Holland 84 (1964), p. 81-147. * De Brune p. 112. | |
1964-07Beinema, M. [Scriptie over Embl. III, begeleid d. W.S. Heckscher, kunstgeschiedenis RU Utrecht]. * Opgave door auteur per brief najaar 1988. | |
1964-08Wander, Karl Friedrich Wilhelm (Herausg.), Deutsches Sprichwörter-Lexikon. Ein Hausschatz für das Deutsche Volk. 1. Bd: A bis Gothen. Darmstadt 1964. * p. XXXII: Nievwe wyn. (Middelborgh 1636). | |
1964-09Bibliotheca Belgica. Bibliographie générale des Pays-Bas. Fondée par Ferdinand van der Haeghen. Rééditée sous la direction de Marie-Thérèse Lenger. Tome III, V. Bruxelles 1964. * Op p. 546-551 in dl. III worden alle drukken en een editie van Huygens' Costelick Mal beschreven, nl. bibliografie nr. 1006, 1010, 1019, 1025, 1026 en 1071 met verwijzing naar exemplaren. In dl. V, p. 415-420, wordt Valerius' Gedenck-clanck beschreven (= 1011) met verwijzing naar enkele exemplaren. | |
1965-01Beinema, M. De ‘Emblemata’ (1624) van Johan de Brune de Oudere. [ca. 1965]. * Scriptie Utrecht, Instituut De Vooys: L. 125 [nu Utrecht, LB]. | |
1965-02Blokland, C. Willem Sluiter 1627-1673. Assen 1965. Neerlandica Traiectina, XVI. * De Brune p. 72, 76, 84, 87-90, 119, 169, 186, 189-190, 204, 209, 250. | |
1965-03British Museum general catalogue of printed books. Photolithographic edition to 1955. Vol. 28. London 1965. * In kolom 460 wordt werk van De Brune genoemd. | |
1965-04Vooys, C.G.N. de en G. Stuiveling. Schets van de Nederlandse letterkunde. 29e dr. Groningen 1965. p. 48, 289. * [zie ook 1917-01]. | |
1965-05Weijnen, A. Zeventiende-eeuwse taal. 4e dr. Zutphen 1965. * Nr. 49, p. 251-255: Uit: Banket-werk van goede gedachten 1658. Zie 1085. | |
1966-01Geerts, G. Genus en geslacht in de Gouden Eeuw [...]. Z.pl. 1966. p. 186. | |
1967-01‘Brune, Joan of Johan de.’ In: Grote Winkler Prins encyclopedie in twintig delen. Hoofred. J.F. Staal, R.F. Lissens, A. Devreker e.a. 7e geheel nieuwe dr. Dl. 4. Amsterdam enz. 1967. p. 616. | |
1967-02Buddingh', C. Citaten-omnibus. Utrecht-Antwerpen 1967. * Auteursregister met biografische gegevens p. 683 vlg.; De Brune p. 696, met verwijzing naar een vijftal ‘citaten’ uit het Banket-werk. 3e dr. onder de titel: Spectrum citatenboek. Utrecht 1979. | |
1967-03Heckscher, William S. und Karl-August Wirth. ‘Emblem, Emblembuch.’ In: Reallexikon zur deutschen Kunstgeschichte. Bd. 5. Stuttgart 1967. Kolom 85-228. * De Brune kolom 176. | |
[pagina 257]
| |
1968-01Heijden, M.C.A. van der. ‘Fragment uit het eerste boek van het Bancket-werck van goede gedachten van Johan de Brune.’ In: Profijtelijk vermaak. Moraliteit en satire uit de 16e en 17e eeuw. Samenst., inl. en toel. van M.C.A. van der Heijden. Utrecht enz. 1968. SNL, 10. p. 279-282. * De Brune p. 279-282, 345-346; aaneengesloten fragment uit eerste deel van Banket-werk p. 283-344. [2e dr. 1973; 3e dr. 1974; 4e dr. 1978; zie 1095]. | |
1968-02Jongh, E. de. ‘Erotica in vogelperspectief. De dubbelzinnigheid van een reeks 17de eeuwse genrevoorstellingen.’ In: Simiolus 3 (1968/69) p. 22-74. * De Brune p. 28. | |
1968-03Sassen, A. Zeventiende-eeuwse teksten. Groningen 1968. * Uit: Voorreden van De grond-steenen van een vaste Regeringe p. 105-106 met aant. p. 127. Zie 1092. | |
1968-04Tieghem, Philippe van et Pierre Josserand. Dictionnaire des littératures. Tome 1. Paris 1968. p. 626. | |
1969-01Brandt Corstius, J.C. e Gerda van Woudenberg. La letteratura olandese. Firenze/Milano 1969. Le letterature del mondo, 12. * p. 144 De Brune Banket-werk genoemd [vertaling van 1959 Brandt Corstius]. | |
1969-02Eggermont, P.L. ‘Bibliografie van het Nederlandse piëtisme in de zeventiende en achttiende eeuw.’ Dl. 1. In: Documentatieblad Werkgroep 18e eeuw 3 (mei 1969), p. 67-81. * Niet verder verschenen. Reprint in: Documentatieblad Werkgroep 18e eeuw No. 1 - 10. Utrecht 1975. De Brune p. 74. | |
1969-03Hendriks, Wim A. ‘Piëtistisch woordgebruik’ in het ‘Bancket-werck van goede gedachten’ van Jan de Brune. Utrecht 1969. * Doctoraalscriptie R.U. Utrecht, Instituut De Vooys [nu Utrecht, LB]. | |
1969-04Selig, Karl-Ludwig. ‘Notes on Ronsard in the Netherlands.’ In: Studi Francesi (1969), p. 281-284. * Selig wijst in Ronsard de door De Brune vertaalde passages in dertien emblemata aan. | |
1969-05Matter, Fred. ‘Twee eeuwen psalmzingen in de N.H. Kerk (1588 [= 1566] - 1773)’. In: Het Orgel 65 (1969), p. 226-230, 267-272, 328-331. * Johan de Brune p. 267, 329. | |
1970-01Catalog of printed books of the Folger Shakespeare Library Washington, D.C. Vol. 4. Boston, Mschs., 1970. p. 1. * Beschrijving van drie uitgaven van de Emblemata 1624 en van de uitgave door Latham. | |
1970-02Eck, Rita van. Scriptie Johan de Brune de Oude. Emblemata of Sinne-werck. [ca. 1970]. * Scriptie kunsthistorisch instituut Utrecht [nu Utrecht, LB]. | |
[pagina 258]
| |
* Beschrijft onder nr. 64-67 de Emblemata-drukken. Zie ook 1962-03. | |
1970-04Meertens, P.J. ‘Bloei, inzinking en opleving. Letterkundig leven in Zeeland vóór 1880’. In: Maatstaf 18 (1970/71) 4/5: Zeelandnummer (sep. 1970), p. 283-293. * De Brune p. 286-287. Ook in: [P.J. Meertens]. Meertens over de Zeeuwen. Zeeuwse studies uitgegeven naar aanleiding van zijn tachtigste verjaardag. Middelburg 1979. p. 19-27 (De Brune op p. 21). | |
1970-05Meertens, P.J. ‘Introduction.’ In: Johan de Brune. Emblemata of zinne-werck. [Facsimile-uitgave.] Soest 1970. p. 1-7. * In de inleiding onder meer bijzonderheden over de drukgeschiedenis van de Emblemata. Zie 1099. | |
1970-06Meertens, P.J. ‘Proverbs and emblem literature.’ In: Proverbium (1970) 15, p. 498-499 = Archer Taylor octogenario in honorem I.VIII.MCMLXX, p. 82-83. * De Brune p. 499 resp. p. 83. | |
1970-07National Union Catalog, The. Pre-1956 imprints. Vol. 80. London etc. 1970. * Op p. 537-538 wordt werk van De Brune in bibliotheken in de USA genoemd. | |
1971-02Ham, J. van. Prentenboek van Middelburg. Zaltbommel 1971. p. 67. | |
1971-03Hendriks, W.A. Spreuken en spreekwoorden in de zeventiende-eeuwse nederlandse literatuur. Doctoraalscriptie. Utrecht maart 1971. * Doctoraalscriptie R.U. Utrecht, Instituut De Vooys [nu Utrecht, LB]. Onder meer over: Nieuwe wyn, Ziel-gherechten 1643 en Banket-werk 1660. | |
1971-04Jongh, E. de. ‘Inleiding.’ In: Rembrandt en zijn tijd. [Tentoonstellingscatalogus]. Brussel 1971. * Embl. XXII p. 163. | |
1971-05Knuvelder, G.P.M. Handboek tot de geschiedenis der Nederlandse letterkunde. Dl. 2. 5e, geheel herz. dr. 's-Hertogenbosch 1971. p. 293-294, 414-415, 428. * [zie ook 1948-03]. | |
1971-06Rens, Lieven. Acht eeuwen Nederlandse letteren. Van Van Veldeke tot vandaag. Antwerpen-Utrecht 1971. p. 58. | |
1971-07Selig, Karl-Ludwig. ‘Los proverbios españoles en el Banket-Werk de Johan de Brune.’ In: Beitr. z. französischen Aufklärung und zur spanischen Literatur = Festgabe f. Werner Krauss zum 70. Geburtstag. Berlin 1971. p. 591-613. | |
1971-08Vooys, C.G.N. de en G. Stuiveling. Schets van de Nederlandse letterkunde. 31e dr. Groningen 1971. p. 48, 289. * [zie ook 1917-01]. | |
[pagina 259]
| |
1972-01Bodart, Roger, Marc Galle et Garmt Stuiveling. Guide littéraire de la Belgique, de la Hollande et du Luxembourg. Paris [1972]. p. 404. | |
1972-02Ros, Ad. Nederlandse psalmberijmingen. [Dl. 1]. Utrecht 1972. p. 67. | |
1973-01Barkey Wolf-Berkelbach van der Sprenkel, A.M. (rev. R.P. Meijer). ‘Brune, Joan de, The elder.’ In: Cassell's Encyclopedia of world literature. 3 vols. New York 1973. Vol. 2, p. 224-225. | |
1973-02Delen, Piet (ed.). De briefwisseling tussen P.N. van Eyck en Aart van der Leeuw. 's-Gravenhage 1973. Achter het boek, 11, 1-3. p. 55. | |
1973-03Emmens, J.A. [bearbeitet von Jochen Becker]. ‘“Eins aber ist nötig”. Zu Inhalt und Bedeutung von Markt- und Küchenstücken des 16. Jahrhunderts.’ In: J. Bruyn e.a. (red.). Album amicorum J.G. van Gelder. The Hague 1973. p. 93-101, ill. * Tekst van een lezing d.d. 24 november 1971. Embl. LI p. 99-100 (nt. 4). Ook in: Emmens, J.A. Verzameld werk. Dl. 4. Amsterdam 1981. | |
1973-04Jongh, E. de. ‘Vermommingen van Vrouw Wereld in de 17de eeuw.’ In: J. Bruyn e.a. (red.). Album amicorum J.G. van Gelder. The Hague 1973. p. 198-206; ill. * Embl. III p. 206. | |
1973-05Jubilate Deo. Het Nederlandse kerklied sinds de Reformatie. [Tentoonstellingscatalogus] Provinciale Bibliotheek van Zeeland. Middelburg 1973. p. 11-12: nrs. 18-19. | |
1973-06Ros, Ad. Nederlandse psalmberijmingen. Dl. 2. Utrecht 1973. p. 110-112, 135. * Over de psalmvertalingen van De Brune van 1644 en 1650. | |
1973-07Hollandse genre-tekeningen uit de 17de eeuw. [Tentoonstellingscatalogus], met een Woord vooraf door K.G. Boon. Amsterdam 1973. * Nieuwe wijn op p. 17, 37 in verband met een tekening van Leonard Bramer, Een vrouw met een pop. | |
1973-08Meer, G. van der. ‘Drie dichters en een schrijver als ontwerpers van penningen.’ In: Jaarb. munt- penningkunde 60-61 (1973-1974), (1973), p. 128-140. | |
1974-01Briels, J.G.C.A. Zuidnederlandse boekdrukkers en boekverkopers in de Republiek der Verenigde Nederlanden omstreeks 1570-1630. Een bijdrage tot de kennis van de geschiedenis van het boek. Nieuwkoop 1974. Bibliotheca Bibliographica Neerlandica, VI. * De Brune op p. 237, 428-429. | |
1974-02Meer, G. van der. ‘Drie dichters en een schrijver als ontwerpers van penningen.’ In: Jaarboek voor munt- en penningkunde 60/61 (1973/74), p. 128-140; ill. XIX. * De Brune p. 131, 132, 133, 136. Over een in 1651 geslagen penning ter herinnering aan de Grote Vergadering. Zie ook 1040 en 1690-01 Bizot. | |
1974-03Meertens, P.J. ‘Spreekwoord’. In: MEW, dl. 8 (1974), p. 183-184. * 2e dr. 1984-07. | |
1974-04‘[Over Willem de Passe].’ In: Hollstein. Dl. 16 (c.1974). * p. 210: ‘Illustrations to: J. de Brune, Emblemata. Amsterdam 1624. Ca. 7.8 × 11.1 cm’ met verwijzing naar: Embl. p. 17, 139, 160 en 294 = Embl. III, XVIII, XXII en XL. ‘Probably some more of the 51 engravings will be from the hand of Willem de Passe. Later edition in 1636 and one without date.’ Ill. Embl. III. | |
[pagina 260]
| |
* De Brune p. 60. Zie ook 1964-05 Praz. [Reprint 1975]. | |
1974-06Verwey, H. de la Fontaine. ‘Le siècle d'or du livre illustré aux Pays-Bas (1600-1635).’ In: Bulletin du bibliophile (1974) 249-270, 421-434. * Onder de titel: ‘De gouden eeuw van de Nederlandse boekillustratie, 1600-1635’ in: H. de la Fontaine Verwey. Uit de wereld van het boek. Dl. 2. Drukkers, liefhebbers en piraten in de zeventiende eeuw. Amsterdam 1976. p. 49-71. Hier De Brune p. 67. | |
1974-07Knipping, John B. Iconography of the Counter Reformation in the Netherlands. 2 vols. Nieuwkoop en Leiden 1974. * ‘English version of his Dutch masterwork, published in 1939 and 1941’, aldus p. V. - Citeert BW op p. 80. | |
1975-01Grote Spectrum encyclopedie. Dl. 5-6. Utrecht enz. 1975 * De Brune in dl. 5, p. 62 (s.v. didactische literatuur) en dl. 6, p. 52 (s.v. emblemata). | |
1975-02Porteman, K. ‘Voor een geschiedenis van de Nederlandse emblemataliteratuur.’ In: Hand. Kon. Zuidned. Mij. voor taal- en letterk. en gesch. 29 (1975) p. 199-215. * De Brune p. 202, 213. | |
1975-03Schilling, Michael. ‘Die literarischen Vorbilder der Ludwigsburger und Gaarzer Embleme.’ In: Auszerliterarische Wirkungen barocker Emblembücher [...]. Herausg. von Wolfgang Harms und Hartmut Freytag. München 1975. * De Brune p. 52, 67. | |
1975-04Visser, A. de. ‘De liefde is een kind van keuze.’ In: NRC 8 november 1975. * Over Joan de Brune de Oude en de Jonge. | |
1975-05Welu, James A. ‘“Card players and Merrymakers”: a moral lesson.’ In: Worcester Art Museum Bulletin (1975) (may), p. 8-16. * De Brune p. 13-14; Embl. XXXVI p. 14. | |
1976-01Bedaux, Jan Baptist, Peter Hecht, E. de Jongh e.a. ‘Catalogus.’ In: Tot lering en vermaak. Betekenissen van Hollandse genrevoorstellingen uit de zeventiende eeuw. [Tentoonstellingscatalogus]. Amsterdam 1976. * Een aantal Embl.: XLIV p. 49, III p. 56, 88, XIX p. 69, XXX p. 95, XLVIII p. 129 n. 7, XXXVI p. 152, XXXII p. 160. | |
1976-02Jongh, E. de. ‘Inleiding.’ In: Tot lering en vermaak. Betekenissen van Hollandse genrevoorstellingen uit de zeventiende eeuw. [Tentoonstellingscatalogus]. Amsterdam 1976. p. 14-28. * Embl. algemeen p. 18. | |
1976-03‘[Over Albert Poel].’ In: Hollstein. Dl. 17 (1976). * p. 140: ‘Illustration to: J. de Brune's, Emblemata of Zinne-werck, 1624 (p. 277). 7.3 × 10.9 cm. After A. van der Venne. A. Poel.’ = Embl. XXXVIII. | |
1976-04Hasper, H. Calvijns beginsel voor de zang in de eredienst verklaard uit de Heilige Schrift en uit de geschiedenis der kerk. Een kerkhistorisch en hymnologisch onderzoek. Bew. d. W. de Graaf. Dl. 2. 's-Gravenhage 1976. * p. 485-486 Voor-reden van Jacob Westerbaen tot zijn ‘Davids Psalmen’ [zie 1655-01]; p. 649-655, 677 over De Brunes psalmbewerking in proza [zie 1030 en 1036]. | |
1977-01H[endriks], W. ‘Huygens en De Brune.’ In: Dokumentaal 6 (1977), p. 79. * Over een door F.L. Zwaan aangekondigde bloemlezing uit het Banket-werk. Zie ook 1978-02. | |
1977-02Kirschenbaum, Baruch D. The religious and historical paintings of Jan Steen. Oxford 1977. * Embl. XXXII (niet: XXXIII) p. 68-69, 75; fig. 63. | |
1977-03Porteman, K. Inleiding tot de Nederlandse emblemataliteratuur. Groningen 1977. Nieuwe literaire verkenningen. p. 133-135, 175. | |
[pagina 261]
| |
1977-04Vries, Lyckle de. Jan Steen ‘de kluchtschilder’. Z.pl. z.j. Proefschrift Groningen 1977. * De Brune p. 86. | |
1978-01Aken, Paul van. Letterwijs. Een overzicht van de Nederlandse literatuur. Brussel/Amsterdam [1978]. p. 34-35. | |
1978-02[Hendriks, W.] ‘Huygens en De Brune.’ In: Dokumentaal 7 (1978), p. 3. * Over een adreswijziging van F.L. Zwaan i.v.m. de door hem in de vorige jaargang aangekondigde bloemlezing uit het Banket-werk. Zie ook 1977-01. | |
1978-03[Klessmann, Rüdiger] ‘[Over David Teniers d.J.].’ In: Die Sprache der Bilder. Realität und Bedeutung in der Niederländischen Malerei des 17. Jahrhunderts. [Tentoonstellingscatalogus]. Braunschweig 1978. * Embl. III p. 156-157. | |
1978-04Meijer, Reinder P. Literature of the Low Countries. A short history of Dutch literature in the Netherlands and Belgium. [New edition]. The Hague/Boston 1978. p. 149. * [1e druk Assen 1971]. | |
1978-05Fuchs, R.H. Dutch painting. London 1978. * Reprint London 1987. World of art. Embl. III p. 38-39 en ill. 23. | |
1978-06De magt der vriendschap. De Leidse student-autheur in de negentiende eeuw. Tentoonstelling Academisch Historisch Museum Leiden van 7 november 1978 t/m 4 januari 1979. [Leiden 1978.] * Op p. [13]-[14] wordt onder ‘Voorlopers van 19de eeuwse studentenlitteratuur’ Jan de Brune de Oude genoemd met een ten opzichte van de studenten van toen moralistisch citaat uit zijn Emblemata van 1624. | |
1978-07Thornton, Peter. Seventeenth-century interior decoration in England, France and Holland. New Haven etc.: Published for the Paul Mellon Centre for Studies in British Art by Yale University Press, 1978. * Afbeeldingen uit de Emblemata van De Brune worden gebruikt (illustratie nrs. 127, 134 en 258) als toelichting bij het 17e-eeuwse slaapkamerinterieur. | |
1979-01Berge, Domien ten. De hooggeleerde en zoetvloeiende dichter Jacob Cats. 's-Gravenhage 1979. p. 75, 109, 259. | |
1979-02Harris, Carolyn and Ingrid Luckstead. Emblem books at the Humanities Research Center: a checklist with selected emblematic broadsides. Introduced by Norman K. Farmer Jr. Compiled by Carolyn Harris and Ingrid Luckstead. Texas at Austin [1979]. * Ook in: The Library Chronicle of the University of Texas at Austin, New series nr. 11 [1979]. De Brune p. 45. | |
1979-03Oranje, W. Samuel Bollaert, een Middelburgse rederijker en zijn ‘Schriftmatige bekentenisse der 12 articelen des waren Christelicken geloofs’. [Goes][augustus 1979]. * De Brune p. 27. Typoscript Zeeuwse Bibliotheek 316 A 75. | |
1979-05Winning, C.H.O.M. von. Johan de Brune de Oude. Een Zeeuwsche christen-moralist en humanist uit de zeventiende eeuw. Ongewijzigde herdruk van de uitgave Groningen 1921. Groningen enz. 1979. * [Reprint van 1921-04]. | |
1980-01Claes, Frans M. A bibliography of Netherlandish dictionaries. Amsterdam 1980. World bibliography of dictionaries. * nr. 481: Nieuwe wyn, Middelburgh, Zacharias Roman, 1636; XXII, 496 p. | |
1980-02Deursen, A.Th. van. Het kopergeld van de Gouden eeuw. Dl. 4: Hel en hemel. Assen 1980. * De Brune niet in index, noch bij ‘Bronnen en literatuur’. p. 69: Embl. XLVI uit: Emblemata of Sinnewerck. Amsterdam 1624. | |
[pagina 262]
| |
1980-03Grote Winkler Prins encyclopedie in 25 delen. 8e geheel nieuwe dr. Dl. 5. Amsterdam enz. 1980. p. 256. | |
1980-04Haar, J. van der. ‘Bezoek aan Johannes Visscherus' studeerkamer.’ In: Documentatieblad Nadere reformatie 4 (1980) 4, p. 93-96. * De Brune p. 95. | |
1980-05Verkruysse, P.J. ‘Brune, Johan de (de Oude).’ In: MEW, dl. 2. 2e dr. (1980), p. 92. * [1e dr. 1963-01]. | |
1980-06Vooys, C.G.N. de en G. Stuiveling. Schets van de Nederlandse letterkunde. 32e dr. Groningen 1980. p. 68, 242. * [zie ook 1917-01]. | |
1981-01Harthan, John P. The history of the illustrated book. The Western tradition. [London 1981]. * Embl. algemeen p. 106; Embl. XLVIII p. 105. | |
1981-02Ketterij, C. van de. Grammaticale interpretatie van zeventiende-eeuwse teksten. Werkboek. 3e dr. Groningen [1981]. * Tekst 20, p. 78+80: ‘De Grond-Steenen van een vaste Regeringe’; annotaties parallel op p. 79+81. Tekst 90, p. 216: ‘Banket-werk van goede gedachten. Amsterdam (1658), fol. A2r - A4r’; zonder annotaties. Grammaticale opheldering via: H.M. Hermkens en C. van de Ketterij. Grammaticale interpretatie van zeventiende-eeuwse teksten. Instructiegrammatica/register resp. p. 12 en p. 39. Zie ook 1106; 1e dr. 1974: 1101. | |
1981-03Stoett, F.A. Nederlandse spreekwoorden en gezegden. Verklaard en vergeleken met die in het Frans, Duits en Engels. 10e dr., bew. d.C. Kruyskamp. Zutphen [1981]. * Banket-werk p. 12. | |
1981-04Zwaan, F.L. ‘Een diamant van een dochter wert wel een glas van een vrouwe.’ In: Studies voor Damsteegt: aangeboden door bevriende vakgenoten t.g.v. zijn afscheid als hoogleraar aan de Rijksuniversiteit te Leiden op 16 januari 1981 [door] J. van Bakel, C.C. de Bruin, J. Daan e.a. Leiden 1981. Publikaties van de Vakgroep Nederlandse taal- en letterkunde. p. 277-286. | |
1982-01‘Brune, Johan de.’ In: Encyclopedie van Zeeland. Dl. 1. Middelburg 1982. p. 246. * [zie ook 1984-01]. | |
1982-02Hofman, Wim. ‘Zeeland.’ In: Querido's letterkundige reisgids van Nederland o.r.v. Willem van Toorn. Amsterdam 1982. p. 515-524. * De Brune op p. 518. 2e dr. 1983-02. | |
1982-03Jongh, E. de a.o. Still-life in the age of Rembrandt. [Tentoonstellingscatalogus]. Auckland 1982. * De Brune p. 27; Embl. VII p. 67; Nieuwe wyn p. 194. | |
1982-04Knuvelder, G.P.M. Beknopt handboek tot de geschiedenis der Nederlandse letterkunde. 10e, geh. herz. dr. [1982?]. p. 164. * [zie ook 1962-02]. | |
[pagina 263]
| |
1982-05Kousemaker, J. ‘Johan de Brune (1588-1658): de oude raadpensionaris van Zeeland.’ In: Zeeland Magazine 14 (1982) 80, p. 13-16. | |
1982-06V[aeck], M. [van]. ‘Adriaen van de Venne, Tafereel van de Belacchende werelt’. In: Nederlandse letteren in de Leuvense universiteitsbibliotheek. Catalogus van de tentoonstelling in de Universiteitsbibliotheek 31 augustus - 4 september, 4-22 oktober 1982. [Leuven 1982]. p. 104-105. * De Brune genoemd op p. 104. | |
1982-07Vekeman, H. Panorama van de spiritualiteit in en om de Reformatie in de Nederlanden 1530 - 1800. Nijmegen 1982. Tekst en tijd, 5. p. 25-26. | |
1982-08Warncke, Carsten-Peter. ‘Emblembücher in der Herzog August Bibliothek. Ein Bestandsverzeichnis.’ In: Wolfenbütteler Barock-Nachrichten 9 (1982), p. 346-370. * Noemt op p. 351 een ex. van de Emblemata van 1661: HAB: Wa 6382. | |
1982-09Fuchs, R.H. & Mieke Rijnders. Aspecten van de Nederlandse kunstgeschiedenis 1390-1970. Mieke Rijnders teksten bij de afbeeldingen. Utrecht/Weesp: Stichting Teleac / Openbaar Kunstbezit, 1982. * Op p. 108 wordt emblema III uit De Brunes Emblemata afgebeeld; op p. 109-110 wordt dit embleem besproken en wordt opgemerkt dat dit thema (moeder die de billetjes van haar baby schoonveegt) ook voorkomt op een schilderij van Gerard Dou. | |
1983-01Dijk, Marie van. ‘Spel- en speelcultuur in de negentiende eeuw. Een onderzoek naar vrijetijdsrelicten in boedelinventarissen.’ In: Volkskundig bulletin 9 (1983) 1 (juli), p. 53-81. * De Brune p. 77. In de inventarissen is ook nagegaan welke boeken deel uitmaakten van de boedels; zie de belangrijke paragraaf ‘Boeken’, p. 75-80. | |
1983-02Hofman, Wim. ‘Zeeland.’ In: Querido's letterkundige reisgids van Nederland o.r.v. Willem van Toorn. 2e verb. dr. Amsterdam 1983. p. 515-524. * De Brune op p. 518. 1e dr. 1982-02. | |
1983-03[Molen, J.R. ter ]. Brood. De geschiedenis van het brood en het broodgebruik in Nederland. [Tentoonstellingscatalogus]. Rotterdam 1983. * Embl. XIX p. 83, 110. | |
1984-01‘[Bibliografie bij artikel “Brune, Johan de” in deel 1].’ In: Encyclopedie van Zeeland. Dl. 3. Middelburg 1984. p. 459. * [zie 1982-01]. | |
1984-02Bol, Laurens J. ‘Adriaen Pietersz. van de Venne, schilder en teyckenaer. IX en X. Adriaan van der Venne als illustrator.’ In: Tableau 6 (1983-1984) 4 (feb), p. 49-55; 5 (apr), p. 69-76. * Over De Brune p. 50-56, 69, 73-76. Bespreekt met name de volgende ‘vijf voorbeelden’ uit Embl.: II, XLI, III, XXVIII en XXIX en verwijst verder naar andere emblemata in de bundel. | |
1984-03Brown, Christopher. ‘... Niet ledighs of ydels ...’ Nederlandse genreschilders uit de zeventiende eeuw. Amsterdam [1984]. * Embl.? p. 47; Embl. III p. 44; Embl. XXXII p. 211. | |
1984-04Haar, Carel ter. ‘Das goldene Zeitalter der Literatur in den Niederlanden.’ In: Propyläen Geschichte der Literatur. 3. Bd. Renaissance und Barock 1400 - 1700. Berlin 1984. p. 370-401. * De Brune p. 396 en register. | |
1984-05Heckscher, William S. and Agnes B. Sherman. Emblem books in the Princeton University Library. Short-title catalogue. Princeton, New Jersey, 1984. * Embl. 1624 nr. 149. | |
[pagina 264]
| |
Embl. 1624 nr. 149. | |
1984-06Liedtke, Walter A. ‘Toward a history of Dutch genre painting.’ In: De arte et libris Festschrift [Antiqu.] Erasmus 1934 - 1984. p. 317-336. * De Brune p. 331, 334. | |
1984-07Meertens, P.J. ‘Spreekwoord.’ In: MEW, dl. 9, 2e dr. (1984), p. 109-111. * 1e dr. 1974-03. | |
1984-08Müller Hofstede, Justus. ‘“Non saturatur oculus visu”. Zur “Allegorie des Gesichts” von Peter Paul Rubens und Jan Brueghel d. Ä.’ In: Wort und Bild in der niederländischen Kunst und Literatur des 16. und 17. Jahrhunderts. Hrsg. von Herman Vekeman und Justus Müller Hofstede. Erftstadt 1984. p. 243-289. * Embl. III p. 269. | |
1984-09Naumann, Otto. ‘Godfried Schalcken.’ In: Peter C. Sutton (ed.). Von Frans Hals bis Vermeer. [Berlin 1984]. p. 284-286. * Embl. XXX p. 284. Zie ook 1984-13. | |
1984-10‘[Over Jan Gerritsz. Swelinck].’ In: Hollstein. Dl. 29 (c. 1984). * p. 142: ‘One signed illustration to: J. de Brune, Emblemata of Sinne-Werck, Amsterdam, Ian Evertsen Kloppenburch, 1624. 7.9 x 11 cm. After A. van de Venne. Used in editions: Amsterdam, I.E. Kloppenburch, 1636; Amsterdam, I.I. Schipper 1661 and Amsterdam, Abr. Latham. The other illustrations by Chr. Le Blon, J. Gelle, A. Poel and W. de Passe. Certain of the unsigned illustrations are also probably by Swelinck.’ | |
1984-11Porteman, Karel. ‘Nederlandse embleemtheorie. Van Marcus Antonius Gillis (1566) tot Jacob Cats (1618).’ In: Wort und Bild in der niederländischen Kunst und Literatur des 16. und 17. Jahrhunderts. Hrsg. von Herman Vekeman und Justus Müller Hofstede. Erftstadt 1984. p. 1-6. | |
1984-12Sutton, Peter C. ‘Einleitung: Meister holländischer Genremalerei.’ In: Von Frans Hals bis Vermeer. Meisterwerke holländischer Genremalerei. [Tentoonstellingscatalogus]. Berlin [1984]. p. 120-121. * Embl. algemeen p. 18. | |
1984-13Sutton, Peter C. (ed.). Masters of seventeenth-century dutch genre painting. [Philadelphia] 1984. [Tentoonstellingscatalogus.] * Engelse uitgave naast: Von Frans Hals bis Vermeer. In deze bibliografie wordt alleen verwezen naar de Duitse uitgave. Zie 1984-09. | |
1984-14Sutton, Peter C. ‘[Over Quirijn van Brekelenkam resp. Jacob Duck].’ In: Von Frans Hals bis Vermeer. [Berlin 1984]. p. 120-129 resp. 158-159. * Embl. XLIV p. 120-121, Embl. XXXVI p. 158-159. | |
1984-15Zwaagstra-Heerde, S. ‘Corte, scherp-sinnighe beschrijvinghen, die voor gheraedsels connen gebruyckt werden’ en ‘Tafereel van de Liefde’. Een tweetal bijdragen van Johan de Brune aan de ‘Zeevsche Nachtegael’ (1623). Z.pl. [1984 of later]. * Werkstuk R.U.Utrecht, Instituut De Vooys; Scr. T 84(079) [nu Utrecht, LB]. | |
1985-01Böse, J.H. ‘Had de mensch met één vrou niet connen leven...’ Prostitutie in de literatuur van de zeventiende eeuw. M.m.v. P.M.M. Kroone. | |
[pagina 265]
| |
Zutphen 1985. p. 56, 71, 93, 131. * Lees i.p.v. verwijzing op p. 93: Embl. XXXII (Emblemata <43> (niet: BW <44>) p. 93. | |
1985-02Bruin, M.P. de. ‘Drie “tijden” in het letterkundig leven van Zeeland.’ In: Kruispunt 97 (Zeelandnummer) (1985) (sep), p. 85-95. * De Brune p. 87. | |
1985-03Buijnsters, P.J. Het verzamelen van boeken. Een handleiding. Utrecht 1985. * Embl. p. 52. | |
1985-04Kuile, Onno ter. Seventeenth-century North Netherlandish Still Lifes. The Hague-Amsterdam 1985. Catalogue of paintings by artists born before 1870, vol. 6. * Embl. VII p. 97, Embl. XIX p. 164. | |
1985-05Verkruijsse, P.J. ‘Brune, Joan de (de Oude).’ In: De Nederlandse en Vlaamse auteurs van middeleeuwen tot heden met inbegrip van de Friese auteurs. Onder hoofdred. van G.J. van Bork en P.J. Verkruijsse. Weesp 1985. p. 117-118. | |
1985-06Höweler, C.A. en F.H. Matter. Fontes hymnodiae Neerlandicae impressi 1539-1700. De melodieën van het Nederlandstalig geestelijk lied 1539-1700. Een bibliografie van de gedrukte bronnen. Nieuwkoop 1985. Bibliotheca Bibliographica Neerlandica, XVIII. * Beschreven worden de psalmbewerkingen van De Brune van 1644 (= 1030) op p. 133, van 1650, beide uitgaven (= 1035, 1036) op p. 158-159 en de titeluitgave van 1662 (= 1056) op p. 197. Er wordt secundaire literatuur vermeld en er worden vindplaatsen van exemplaren gegeven. De laatste zijn in het supplement bij de subjectieve bibliografie verwerkt. | |
1986-01Exalto, K. ‘Willem Teellinck.’ In: De nadere reformatie. Beschrijving van haar voornaamste vertegenwoordigers. 's-Gravenhage [1986]. p. 17-47. * De Brune p. 43. | |
1986-02Hecht, Peter. ‘The debate on symbol and meaning in Dutch seventeenth-century art: an appeal to common sense.’ In: Simiolus 16 (1986), 2/3, 173-187. * Embl. XIX p. 178. | |
1986-03Jongh, E. de. Portretten van echt en trouw. Huwelijk en gezin in de Nederlandse schilderkunst van de zeventiende eeuw. Zwolle-Haarlem 1986. * Embl. II p. 56. | |
1986-04Porteman, K. ‘Vondels gedicht “Op een Italiaensche schildery van Susanne”.’ In: 't Ondersoeck leert. Studies over middeleeuwse en 17de-eeuwse literatuur ter nagedachtenis van Prof. Dr. L. Rens. (Red. G. van Eemeren en F. Willaert). Leuven-Amersfoort [1986]. p. 301-318. * Johan de Brune p. 309. | |
1986-05Revius, Jacobus. Het Hoghe Liedt Salomons. Met inl. en toel. door L. Strengholt. Houten 1986. p. 33 noot 17. | |
1986-06Sneep, Laurien. Onder een kinderlick mom-aenzicht. Annotaties bij tien emblemen uit ‘Emblemata of Zinnewerck’ van Johan de Brune de Oude. 2 dln. [Diemen] 1986. * Scriptie VLVU (thans: Hogeschool Holland) te Diemen. | |
1986-07Winkler Prins Lexicon van de Nederlandse letterkunde. Auteurs, anonieme werken, periodieken. Amsterdam enz. 1986. p. 73. | |
1986-08Luth, Jan Roelof. ‘Daer wert om 't seerste uyt-gekreten...’ Bijdragen tot een geschiedenis van de gemeentezang in het Nederlandse gereformeerde protestantisme ±1550 - ±1852. 2 dln. Kampen 1986. Dissertatie Groningen. * Over de psalmbewerking van 1644 (die op p. 203 ‘de in 1644 verschenen berijming" wordt genoemd!): dl. 1, p. 128-129, 203-204; titel in dl. 2, p. 512. | |
1986-09Muylle, Jan. Genus gryllorum. Gryllorum pictores. Legitimatie, evaluatie en interpretatie van genre-iconografie en van de biografieën van genreschilders in de Nederlandse kunstliteratuur (ca. 1550 - ca. 1750). 3 (doorgepagineerde) banden. Leuven, Faculteit van de Letteren en de Wijsbegeerte, 1986. * Niet gepubliceerde Verhandeling tot het verkrijgen van de graad van Doctor in de oudheidkunde en de kunstgeschiedenis. Nieuwe wyn op p. XII, 153; De Brune algemeen p. 501. | |
1986-10Franits, Wayne. 'The relationship between emblems and Dutch paintings of the seventeenth century', in: Marsyas; studies in the history of art, vol. XXII (1983-1985), New York 1986, p. 25-32. * p. 26, 30: citaat uit Emblemata over de aard van het embleem. | |
1987-01Bedaux, Jan Baptist. ‘Fruit and fertility: fruit symbolism in Netherlandish portraiture of the sixteenth and seventienth centuries.’ In: Simiolus 17 (1987) 150-168. * Embl. XIX p. 154-155. | |
[pagina 266]
| |
1987-02Blauw, H.M. de m.m.v. J. Kruithof en P. de Wispelaere. Nederlandse letterkunde. Dl. 1: Overzicht van de Nederlandse letterkunde van de middeleeuwen tot het einde van de 18e eeuw. Utrecht enz. 1987. p. 229, 231. | |
1987-03Briels, Jan. Vlaamse schilders in de Noordelijke Nederlanden in het begin van de Gouden Eeuw 1585-1630. Haarlem [1987]. * Embl. XLII p. 383-384. | |
1987-04Groenveld, S. en J.B. den Hertog. ‘Twee musici, twee stromingen: Een boek-octrooi voor Anthoni van Noordt en een advies van Constantijn Huygens, 1659.’ In: Veelzijdigheid als levensvorm. Facetten van Constantijn Huygens' leven en werk. Een bundel studies ter gelegenheid van zijn driehonderdste sterfdag, bijeengebracht door A.Th. van Deursen, E.K. Grootes en P.E.L. Verkuyl. Deventer 1987. Deventer Studiën 2, p. 108-127. * p. 111: Staten van Holland verleenden in 1651 geen privilege voor uitgave Psalmvertaling De Brune. | |
1987-05Hendriks, W.A. ‘Vierde eeuwfeest Johan de Brune: zaterdag 26 november 1988 in Middelburg.’ In: Nieuwsbrief Werkgroep XVIIe Eeuw 3 (1987) 2, [7]. | |
1987-06Hendriks, W.A. ‘Vierde eeuwfeest Johan de Brune.’ In: Dokumentaal 16 (1987), 131-132. | |
1987-07Klashorst, G.O. van de; H.W. Blom & E.O.G. Haitsma Mulier. Bibliography of Dutch seventeenth century political thought. An annotated inventory, 1581-1710. Amsterdam etc. [1987?]. * Als nr. 052 op p. 22 wordt De Brunes Grond-steenen van 1621 genoemd met een exemplaar in de UB-A. De 2e dr. van 1661 ontbreekt. | |
1987-08Schama, Simon. The embarrassment of riches: an interpretation of Dutch culture in the Golden Age. New York 1987. * Zie annotatie bij 1988-04 Schama. | |
1987-09Strengholt, L. ‘Dit niet te drucken. Over de gedichten die Huygens niet publiceerde.’ In: Veelzijdigheid als levensvorm. Facetten van Constantijn Huygens' leven en werk. Een bundel studies t.g.v. zijn driehonderdste sterfdag bijeengebracht door A.Th. van Deursen, E.K. Grootes en P.E.L. Verkuyl. Deventer 1987. Deventer Studiën, 2. p. 251-263. * De Brune op p. 252: Huygens schreef twee lofdichten op het Banket-werk, ed.-1657. | |
1987-10Döhring, Thomas. ‘Jan van Bijlert und die Ikonographie von Karneval und Fasten.’ In: Henning Bock und Thomas W. Gaehtgens (Herausg.). Holländische Genremalerei im 17. Jahrhundert. Symposium Berlin 1984. Berlin 1987. = Jahrbuch Preuszischer Kulturbesitz, Sonderband 4. p. 61-90. * Embl. XIX p. 68-69, 86, 87. | |
1987-11Haar, J. van der. Schatkamer van de Gereformeerde theologie in Nederland (c. 1600 - c. 1800). Veenendaal, Antiquariaat Kool, 1987. * Noemt onder de nrs. 755-774 werk van en over De Brune met vindplaatsen, waarbij hij de Jonge (nr. 755-756 = Alle volgeestige werken 1672 en 1681) en de Oude niet onderscheidt. Genoemd worden: nr. 757 het Banket-werk 1657-1670; 758 id. 1658; 759 id. 2e dr. 1660; 760 De CL Davids psalmen 1644; 761 id. 1650; 762 id. Schiedam 1651; 763 id. 1662; 764 Emblemata 1624; 765 id. Latham; 766 id. 1636; 767 id. 1661; 768 Grond-steenen 1621; 769 id. 1661; 770 Proverbia 1619; 771 Ziel-gherechten 1632; 772 id. 1643; 773 id. 1660. 774 verwijzing naar het boek van Von Winning. | |
1988-01Buijs, A.P. ‘Uit het Claddebouck van de Goese rekenmeester Cornelis Fransz. Eversdyck, 1586-1666’. In: Archief. Med. van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen 1987 (1988), p. 42-62. * In de bibliotheek van Eversdyck bevonden zich in 1667 exemplaren van De Brunes Psalmen, Emblemata en Banket-werk. | |
1988-02He[ndriks], W. ‘Studiedag Johan de Brune: 26 november in Utrecht.’ In: Dokumentaal 17 (1988), 2, p. 46. * Aankondiging van de studiedag in het Centraal Museum te Utrecht. | |
1988-03Lieburg, M.J. van. ‘Zeeuwse piëtisten en de geneeskunde in de eerste helft van de 17e eeuw. Een verkenning van het werk van W. Teellinck en G.C. Udemans.’ In: Archief. Med. van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen 1987 (1988), p. 63-86. | |
[pagina 267]
| |
* Op p. 79 de volgende uitspraak van Van Lieburg: ‘Kennis van de opvattingen van de piëtistische predikanten over geneeskunde en gezondheidszorg is niet alleen van belang voor de geschiedenis van beide disciplines, maar kan ook een bijdrage leveren tot bijvoorbeeld een beter begrip van de medische elementen in de pennevruchten van de Zeeuwse literatoren. De namen van Johan de Brune (1589-1658) en Jacob Cats (1577-1660) moeten daarbij worden genoemd. Beiden waren geestverwant van Teellinck en Udemans, getuige de gedichten die De Brune en Cats in hun werken hebben laten opnemen.’ | |
1988-04Schama, Simon. Overvloed en onbehagen. De Nederlandse cultuur in de gouden eeuw. Amsterdam 1988. * Embl. algemeen p. 323; Embl. VII p. 169-170, Embl. ? p. 360 n. 113, Embl. II p. 384, 426, Embl. XXXII p. 397, Embl. III p. 480-482, Embl. X p. 542-543, Embl. XIX p. 549-550, Embl. LII p. 550. Zie ook 1987-08. | |
1988-05Bruijn, Kees de. ‘Wie kan 't zoo raamen, seg het my, Dat het allen man te wille zy?’ Versbouwprincipes in theorie en praktijk bij psalmberijmers in de zeventiende eeuw en daarvoor. Amsterdam 1988. Scriptie Instituut voor Neerlandistiek, UvA, afd. DNL nr. 3640. * Over De Brunes psalmbewerkingen en commentaren daarop van tijdgenoten p. 9, 61-63, 65, 68, 69, 75-76, 80, 114, 136, 146. | |
1988-06Harmsen, Ton. ‘Symposium Johan de Brune’. In: Meta, mededelingenblad voor neerlandici [Leiden] 23 (1988), nr. 1, p. 8. * Aankondiging van het De Brune-symposium te Utrecht op 26 november 1988. | |
1988-07He[ndriks], W. ‘Studiedag Johan de Brune: 26 november in Utrecht’. In: Dokumentaal 17 (1988), 46. * Aankondiging van het De Brune-symposium te Utrecht op 26 november 1988. | |
1988-08Landwehr, John. Emblem and fable books printed in the Low Countries 1542-1813. A bibliography. 3d rev. and augm. ed. Utrecht 1988. * Landwehr beschrijft de volgende edities: onder nr. 86 de Emblemata van 1624 (= 1009) met exx. in de KB Den Haag en Brussel, de provinciale bibliotheken van Leeuwarden en Middelburg, de SB Rotterdam, de UB's van Amsterdam, Groningen, Leiden, Utrecht en Gent, het Rijksprentenkabinet Amsterdam, de BL Londen en de UB's van Glasgow en Princeton. Nr. 87 is Emblemata 1636 (= 1024) met exx. in de KB Den Haag, in Middelburg, in het Prentenkabinet Amsterdam en de UB Amsterdam. Nr. 88 is Emblemata, uitgave Schipper 1661 (= 1054) met exx. in de KB Den Haag en Brussel, in Leeuwarden, in de BL Londen en in de UB's van Amsterdam, Amsterdam VU, Groningen, Utrecht en Glasgow. Onder nr. 89 is een onduidelijke variant uit een particuliere collectie opgenomen. Nr. 90 is Emblemata, uitgave Latham (= 1055), met exx. in de TU Delft, de KB's Den Haag en Brussel, de SB Maastricht, Middelburg en de UB's van Amsterdam, Leiden, Gent en Glasgow. Onder de nrs. 588-591 worden de vier drukken van de Zeeusche Nachtegael beschreven. Zie nr. 1008, 1017, 1018 en 1038. | |
1988-09Leidse fijnschilders. Van Gerrit Dou tot Frans van Mieris de Jonge. 1630-1760. Onder red. van Eric J. Sluijter, Marlies E nklaar en Paul Nieuwenhuizen. Zwolle 1988. * Embl. XLIV p. 238, 271. | |
1988-10Schuytvlot, Bram. ‘Dutch auction records’. In: Quaerendo 18 (1988), p. 316-325. * p. 318: De Brunes Emblemata van 1661 zijn geveild op 15 maart 1988 bij Beijers, het ene exemplaar voor Æ’3.600,-, het andere voor Æ’1.850,-. | |
1988-11Verkruijsse, P.J. , W.A. Hendriks en J. Mateboer. Johan de Brune de Oude 1588-1658. Descriptieve auteursbibliografie. Subjectieve bibliografie samengesteld door P.J. Verkruijsse m.m.v. studenten Historische Letterkunde van het Instituut voor Neerlandistiek van de Universiteit van Amsterdam. Objectieve bibliografie samengesteld door W.A. Hendriks en J. Mateboer. Amsterdam 1988. * Beschrijving van de werken van De Brune (nrs. 1001-1109) en de literatuur over hem (nrs. 1624-01 - 1988-04). | |
1988-12V[erkruijsse], P.J. ‘De Brune-herdenking’. In: Liter atuur 5 (1988), p. 242. * Aankondiging De Brune-symposium, Utrecht 26 november 1988. | |
1988-13V[erkruijsse], P.J. ‘Bibliografie Johan de Brune de Oude’. In: Lit eratuur 5 (1988), p. 363-364. * Oproep tot intekening op 1988-11. Ook verschenen in: Nieuwe Taalgids 81 (1988), p. 567-568; Spiegel der Letteren 30 (1988), p. 323-324. | |
1988-14Wildenberg, I.W. Catalogus van de oude drukken van het Rotterdamsch Leeskabinet. Rotterdam 1988. Historische Publicaties Roterodamum, Grote Reeks 33. * Nr. 5 (p. 4): Onder signatuur K 39 bevindt zich een exemplaar van het Bankket-werk in deze bibliotheek. Gezien de gefacsimileerde titelpagina betreft het een exemplaar van de druk-1660 van dl. 1 en 2 en niet van 1657 zoals aangegeven wordt bij dl. 1. Recensie: 1989-09. | |
1988-15Mateboer, J. Een objectieve bibliografie van Johan de Brune de Oude (Middelburg *29-5-1588 - +7-11-1658). Utrecht 1988. Werkstuk Opleiding tot Wetenschappelijk Bibliothecaris Universiteit van Amsterdam. * Voorstudie voor 1988-11. | |
1988-16[ Hendriks, W.A. en P.J. Verkruijsse]. ‘Johan de Brune. Symposium. Bibliografie’. In: Meermin, mededelingenblad van het Instituut voor Neerlandistiek [Amsterdam] 12 (1988), nr. 1, p. 16-17. * Aankondiging van het symposium te Utrecht en van de mogelijkheid tot intekenen op de bibliografie. | |
1988-17[ Verkruijsse, P.J.] ‘De Brune’. In: Meermin, mededelingenblad van het Instituut voor Neerlandistiek [Amsterdam] 12 (1988), nr. 2, p. 14. * Mededeling van het verschijnen van 1988-11. | |
1988-18Postma, Hugo J. ‘De Amsterdamse verzamelaar Herman Becker (ca. 1617-1678): nieuwe gegevens over een geldschieter van Rembrandt’, in: Oud Holland 102 (1988), nr. 1, 1-21. * p. 14-15: boedelinventaris met ‘Johannes de Bruijns sinnebeelden’. | |
1988-19Diederen, H. Johan de Brune's Banket-werk van goede gedachten; een onderzoek naar het nominale systeem gevolgd door een bloemlezing met annotaties. Leiden 1988 (Doctoraalscriptie RUL). | |
1989-01Bethlehem, J. ‘Bibliografie Johan de Brune de Oude’. In: Nieuwe Taalgids 82 (1989), p. 281. * Mededeling van het verschijnen van 1988-11. | |
1989-02Brinkkemper, Simpha en Ine Soepnel. Apollo en Christus. Klassieke en christelijke denkbeelden in de Nederlandse renaissance-literatuur. Naar Isabel Rivers, Classical and Christian Ideas in English Renaissance Poetry. M.m.v. E.K. Grootes. Zutphen 1989. * In de lijst met de verantwoording van de citaten staat op p. 213 De Brunes Bancket-werck (Middelburg 1660). Citaten uit de druk van 1657 staan op p. 136-137, 157-158 en 180. | |
1989-03Bruijn, Kees de. ‘Verstechniek en zang bij de 16e- en 17e-eeuwse psalmvertalingen’, in: De Zeventiende Eeuw 5 (1989), p. 198-206. * Over De Brunes psalmbewerkingen p. 202, 205. | |
1989-04Dijk, M. van. Boeken in boedelinventarissen, rubriek Letteren. z.p. 1989. p. 5. * De Brunes Emblemata van 1624 komen voor in een boedelinventaris uit 1843 van een vermogend jurist uit Weesp. De taxatieprijs bedraagt Æ’0,50. | |
1989-05Harmsen, A.J.E. Onderwys in de tooneel-poëzy. De opvattingen over toneel van het Kunstgenootschap Nil Volentibus Arduum. Rotterdam 1989. Proefschrift Amsterdam. * De Brunes Nieuwe wyn wordt geciteerd op p. 24-26. | |
1989-06Hof, W.J. op 't. ‘De godsdienstige ligging van Johan de Brune de Oude’. In: Zeeuws Tijdschrift 39 (1989), p. 45-54. * Voordracht, gehouden op het De Brune-symposium, 26 november 1988 te Utrecht. Zie ook 1990-05. | |
1989-07Kooker, Henk de. ‘Descriptieve auteursbibliografie van Johan de Brune de Oude’. In: D okumentaal 18 (1989), p. 75-79. * Recensie van 1988-11. | |
1989-08Koopman, P.J. ‘Uitgevers van Johan de Brune de Oude betrapt’. In: Litera tuur 6 (1989), p. 247-248. * Recensie van 1988-11. | |
1989-09Selm, B. van. ‘De oude drukken van het Rotterdamsch Leeskabinet’. In: Dokum entaal 18 (1989), p. 119-122. * Recensie van 1988-13. De Brunes Bankket-werk op p. 120, 122. | |
1989-10Verkruijsse, P.J. ‘Vier gangen en twee toetjes. De drukgeschiedenis van “Banket-werk” en andere Brunaeana’. In: Zeeuws Tijdschrift 39 (1989), p. 21-23. * Voordracht, gehouden op het De Brune-symposium, 26 november 1988 te Utrecht. Zie ook 1990-03. | |
1989-11Breuker, Philippus. It wurk fan Gysbert Japix. I. Tekst yn facsimile; II-1-2. Oerlevering en ûntstean. Ljouwert 1989. Fryske Akademy, nr. 710. Proefschrift Amsterdam VU. * Breuker wijst op mogelijke parallellen in het werk van Japix en De Brune, met name de psalmbewerking van 1650 (p. 282-283, 393) en de Emblemata van 1624 (p. 354). | |
1989-12Kent, en versint, eer datje mint: vrijen en trouwen 1500-1800. O.r.v. Petra van Boheemen e.a. Zwolle: Waanders, 1989. * p. 111; ill. 134. | |
1989-13Sterkenburg, P.G.J. van. Taal van het Journaal. Een momentopname van hedendaags Nederlands. 's-Gravenhage: SDU, 1989 (Aan het woord; reeks publikaties tot bevordering van de lexicologie, lexicografie, filologie en dialectgeografie in het Nederlandse taalgebied), p. 5. * Citaat in de Verantwoording uit De Brune waar hij het Nederlands vergelijkt met duivelsbrood of kampernoelies. | |
1990-01Johan de Brune de Oude (1588-1658). Een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg: Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 1990 (Werken, 6). * Bevat: 1990-02 t/m 1990-10. Recensies: 1991-02, 1991-03, 1991-04, 1992-01, 1992-02, 1992-03, 1992-04, 1992-06. | |
1990-02Hendriks, W.A. ‘Aanleiding’, in: Johan de Brune de Oude (1588-1658). Een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg: Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 1990 (Werken, 6), p. 1-7. | |
1990-03Verkruijsse, P.J. ‘Vier gangen en twee toetjes - de drukgeschiedenis van “Banket-werk” en andere Brunaeana’, in: Johan de Brune de Oude (1588-1658). Een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg: Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 1990 (Werken, 6), p. 8-13. * Gewijzigde herdruk van 1989-10. Recensie: 1990-15. | |
1990-04Kluiver, J.H. ‘De ambtelijke loopbaan van Johan de Brune’, in: Johan de Brune de Oude (1588-1658). Een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg: Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 1990 (Werken, 6), p. 14-25. | |
1990-06Wal, Marijke J. van der. ‘Taalidealen, taalnormen en taalverandering: Johan de Brune in linguïstisch perspectief’, in: Johan de Brune de Oude (1588-1658). Een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg: Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 1990 (Werken, 6, p. 54-68. | |
1990-07Jansen, Jeroen. ‘Johan de Brune en de stijldeugden’, in: Johan de Brune de Oude (1588-1658). Een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg: Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 1990 (Werken, 6), p. 70-91. | |
1990-08Koning, Paula. ‘Spreekwoorden als bouwstenen’, in: Johan de Brune de Oude (1588-1658). Een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg: Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 1990 (Werken, 6), p. 92-106. | |
1990-09Porteman, K. ‘Johan de Brunes emblematische essays’, in: Johan de Brune de Oude (1588-1658). Een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg: Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 1990 (Werken, 6), p. 108-118. | |
1990-10Hendriks, W.A. en P.J. Verkruijsse. ‘Supplement op de descriptieve auteursbibliografie van Johan de Brune de Oude’, in: Johan de Brune de Oude (1588-1658). Een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg: Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen, 1990 (Werken, 6), p. 120-146. * Supplement op 1988-11. Recensie: 1990-15. | |
1990-11[Damme, H. van]. ‘Johan de Brune. Een vergeten Zeeuw voor het voetlicht’, in: Provinciale Zeeuwse Courant 24 november 1990. * Verslag van het verschijnen van 1990-01. | |
1990-12‘Johan de Brune de Oude (1588-1658)’, in: Nieuwsbrief Stichting Regionale Geschiedbeoefening Zeeland, nr. 15 (december 1990). * p. 6: Bericht van verschijnen van 1990-01. | |
1990-13Kaashoek, P.M. & Th. Schouw. Levende letteren. Middeleeuwen, 17de-18de eeuw, 19de eeuw, 20ste eeuw. Leiden: Spruyt, Van Mantgem & De Does, 1990. * Op p. 278 wordt over De Brune het volgende opgemerkt: ‘Ook Joan de Brune (1589-1658), Zeeuw en christen-humanist manifesteert zich. Vooral in het grote prozawerk ‘Banketwerk van Goede Gedachten’ (1657) formuleert hij zijn standpunten.’ Op p. 541-542 wordt geciteerd uit het Banket-werk (‘Dl. 1 en deel II verschenen in 1660, postuum’). | |
1990-14Koning, Paula. ‘Nawoord’, in: Jan de Brune de Jonge. Wetsteen der vernuften. Samenstelling: Paula Koning. Amsterdam 1990 (Griffioen), p. 97-112. * Johan de Brune de Oude op p. 97. | |
1990-15S[chepper], M. d[e]. ‘[Over: Johan de Brune de Oude (1588-1658): een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg, 1990.]’, in: Archief- en Bibliotheekwezen in België 61 (1990), nr. 3-4 [= Miscellanea Roger Petit], 623. * Bespreking van 1990-03 en 1990-10. | |
1990-16Holstein, F.W.H. Hollstein's Dutch & Flemish etchings, engravings and woodcuts ca. 1450-1700. Vol. XXXV: Adriaen van de Venne to Johannes Verkolje I. Compiled by Christiaan Schuckman. Ed. by D. de Hoop Scheffer. Roosendaal: Koninklijke van Poll, 1990. p. 32-45. * Beschrijft de gegraveerde bijdragen van Van de Venne aan De Brunes Emblemata 1624, 1636, 1661 en z.j. | |
1990-17Bedaux, Jan Baptist. The reality of symbols. Studies in the iconology of Netherlandish art 1400-1800. 's-Gravenhage enz. 1990. * Hierin op p. 69-108 herdruk van 1987-01 (De Brune op p. 76, 106; afb. 24). | |
1991-01‘Johan de Brune the Elder’, in: Quaerendo 21 (1991), 157-158. * Recensie van 1990-01. | |
1991-02Kooker, H. de. ‘Symposium-bundel Johan de Brune de Oude’, in: Dokumentaal 20 (1991), 35-36. * Bespreking van 1988-11. | |
1991-03‘Mededelingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen. Nieuwe uitgaven’, in: Zeeuws Tijdschrift 41 (1991), 39-40. * Aankondiging van o.a. 1990-01. | |
1991-04Spies, Marijke. ‘[Over: Johan de Brune de Oude (1588-1658), een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg 1990.]’, in: De Zeventiende Eeuw 7 (1991), 66-67. * Bespreking van 1990-01. | |
1991-05Timpen, hinkelen & pierebollen: spelen in de Lage Landen. Samenst.: Jack Botermans en Nicolette Visser. Tekst: Tony Burrett en Jaap Teeckelenburgh. Houten: Van Holkema & Warendorf, 1991. * p. 92 afbeelding (met het gedicht) van Emblemata XXXVI (1624). | |
1991-06Lenselink, S.J. ‘De Brune, 1644’, in: De Profundis. Psalm 130 in honderd berijmde bewerkingen van de veertiende eeuw tot 1986 ter gelegenheid van de tentoonstelling ‘Psalmzingen in de Nederlanden’, verzameld door S.J. Lenselink. Amsterdam: Bibliotheek Vrije Universiteit, 1991. * Geeft de tekst van De Brune en enige bio- en bibliografische bijzonderheden. | |
1991-07Ruysendaal, E. Letterkonst. Het klassieke grammaticamodel en de oudste Nederlandse grammatica's. Amsterdam: VU Uitgeverij, 1991. Proefschrift Amsterdam. p. ???? | |
1991-08Catalogus van de bibliotheek van het genootschap Diversa Sed Una met aanwinsten t/m 1991. Dordrecht: ICG Publications, 1991. p. 122. * Genoemd wordt een ex. van Banket-werk (Middelburg: Fierens, 1657), signatuur: 1463. | |
1991-09Verkruijsse, P.J. ‘Holland “gedediceerd”: boekopdrachten in Holland in de 17e eeuw’, in: Kunst in opdracht in de Gouden Eeuw. Speciaal nr. van Holland 23 (1991), 225-242. * p. 236: over de drukgeschiedenis van De CL. Davids Psalmen. | |
1991-10End, G. van den. Guiljelmus Saldenus (1627-1694). Een praktisch en irenisch theoloog uit de Nadere Reformatie. Leiden 1991. * p. 166: Saldenus (1667) citeert De Brune. | |
1991-11Hof, W.J. op 't. ‘De Nadere Reformatie in Zeeland : een eerste schets.’ In: Rond de kerk in Zeeland. Derde verzameling bijdragen van de Vereniging voor Nederlandse Kerkgeschiedenis. Red.: A. Wiggers e.a. Delft 1991, p. 37-82. | |
1992-01[Breugelmans, R.] ‘Johan de Brune the Elder revisited’, in: Quaerendo 22 (1992) 157. * Recensie van 1990-01. | |
1992-02Bruin, Guido de. ‘Nederlandse geschiedenis 1500-1900’, in: Spiegel Historiael 27 (1992) 296-301. * Recensie van o.a. 1990-01 (p. 298). | |
1992-03Buijnsters, P.J. Het verzamelen van boeken. Een handleiding. 2e, verb., verm. uitg. Utrecht 1992. * p. 108, 121: De Brune als verzamelobject met verwijzing naar bibliografie. [1e dr. 1985-03] | |
1992-04Groenhuis, G. [Over: Johan de Brune de oude (1588-1658). Een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg 1990.], in: Bijdragen en Mededelingen betreffende de Geschiedenis der Nederlanden 107 (1992) 329-330. * Recensie van 1990-01. | |
1992-05Harmsen, A.J.E. [Over: Johan de Brune de oude (1588-1658). Een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg 1990.], in: Spiegel der Letteren 34 (1992) 202-205. * Recensie van 1990-01. | |
1992-06Jong, H. de. ‘Jacobus Willemsen (1698-1780), Lampeaans godgeleerde in het “dierbaar” Middelburg’, in: Archief. Mededelingen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen 1991 [1992], 33-122. * p. 93, nt. 255: De Brunes Banketwerk als voorbeeld voor werken met ‘banket’ in de titel, o.a. Willemsens Sions zielsbanketten. | |
1992-07Ros, A. ‘Een schatkamer van gereformeerde poëzie’, in: Documentatieblad Nadere Reformatie 16 (1992), 127-139. * In de proeve van bibliografie wordt op p. 130 ook De Brune genoemd met zijn psalmvertalingen van 1644 en 1650 en Salomons Hoogh-lied van 1647. | |
1992-08Steenkamp, A.D. [Over: Johan de Brune de Oude (1588-1658). Een Zeeuws literator en staatsman uit de zeventiende eeuw. Middelburg 1990.], in: De Boekenwereld 8 (1991-1992), nr. 3 (feb. 1992), 125-126. * Recensie van 1990-01. | |
1992-09Sterkenburg, P.G.J. van. Het Woordenboek der Nederlandsche Taal. Portret van een taalmonument. 's-Gravenhage 1992. * p. 126: verwijzing naar een embleem van De Brune. | |
1992-10Wal, Marijke van der. Geschiedenis van het Nederlands. In samenwerking met Cor van Bree. Utrecht 1992 (Aula). * p. 190 (citaat uit de Grondsteenen), 203 (Bankketwerk), 220. | |
1993-01Schoon, Lidy. ‘Eén der ‘delicate kwestiën der geneeskunde’. Aderlatingen in de negentiende-eeuwse verloskunde’, in: Grenzen van genezing. Gezondheid, ziekte en genezen in Nederland, zestiende tot begin twintigste eeuw. O.r.v. Willem de Blécourt, Willem Frijhoff en Marijke Gijswijt-Hofstra. Hilversum 1993 (Amsterdamse Historische Reeks, Grote serie, 16), p. 253-273. * p. 255: embleem uit Emblemata. | |
1993-02Porteman, Karel. ‘From first sight to insight. The emblem in the Low Countries’, in: The Low Countries. Arts and society in Flanders and the Netherlands. A Yearbook [1] (1993-1994) 212-222. * De Brune genoemd als emblematicus (p. 214); zijn Emblemata (1624) besproken op p. 219 (met illustratie). | |
1993-03Kiedro{n}, Stefan. Andreas Gryphius und die Niederlande. Niederländische Einflüsse auf sein Leben und Schaffen. Wroclaw 1993 (Acta Universitatis Wratislaviensis, 1541; Neerlandica Wratislaviensia, VI). * p. 185: Gryphius bezat wellicht een werk van De Brune: ‘Ziel-gerechten’, Leeuwarden 1660, nr. 3446 uit de auctiecatalogus van 1707 van de familie-Gryphius. | |
1993-04Thijs, Boukje, Ingrid Weekhout, Swen Zuiderwijk. [Winter.] In: Musaeus 1 (1993), nr. 1 (feb). * Spreekwoorden in verband met het thema ‘winter’ van o.a. De Brune. | |
1994-01Vaeck, M. van. Adriaen van de Vennes ‘Tafereel van de belacchende werelt’ (Den Haag, 1635). Gent 1994. 3 dln. * De Brune passim (zie Personenregister in dl. 3, p. 876). | |
1994-02Hoftijzer, Paul. ‘Nederlandse boekverkopersprivileges in de zeventiende en achttiende eeuw’, in: Jaarboek van het Nederlands Genootschap van Bibliofielen 1993. Amsterdam 1994, 49-62. * Op p. 57 vermeldt Hoftijzer een privilege aan een auteur: De Brune die in 1643 en 1644 twee privileges van de Staten van Holland ontving, o.a. voor zijn vertaling van de psalmen uit het Hebreeuws. | |
1994-03Jäkel-Scheglmann, Sylvia. Zum Lobe der Frauen. Untersuchungen zum Bild der Frau in der niederländischen Genremalerei des 17. Jahrhunderts. München 1994. Beiträge zur Kunstwissenschaft; 55. (Dissertatie Heidelberg 1993). | |
1995-01Jansen, Jeroen. Brevitas. Beschouwingen over de beknoptheid van vorm en stijl in de renaissance. Hilversum 1995. 2 dln. (Proefschrift Amsterdam), p. 65, 99-101, 105, 106, 109, 113, 114, 223, 292-295, 298, 300, 301, 338, 342, 360-367, 427, 431, 437, 447, 498, 502, 538-541, 543, 544, 552, 553, 667, 668, 713, 739, 746-748, 752, 753, 755, 758, 778, 782, 788, 792-795, 807, 832, 833, 837, 838, 844-846, 852. | |
1995-02Hoff, W.J. op 't. ‘De godsdienstige gezindheid van Zacharias Heyns’, in: Documentatieblad Nadere Reformatie 19 (1995), 2-16. * p. 15-16: Heyns had een bijzondere voorliefde voor Cats en De Brune. | |
1995-03Hoff, W.J. op 't. ‘Willem Teellinck als bron van Johan de Brune de Oude. Een minuscule bijdrage aan de kennis van de culturele uitwerking van de Nadere Reformatie’, in: Documentatieblad Nadere Reformatie 19 (1995), 17-24. * Over de relatie Teellinck - De Brune. Geeft op p. 24 een aantal aanvullingen op de objectieve bibliografie wat betreft het citeren van De Brune door een aantal 17e-eeuwers. | |
1995-04Wal, M.J. van der. De moedertaal centraal. Standaardisatie-aspecten in de Nederlanden omstreeks 1650. Den Haag 1995 (Nederlandse cultuur in Europese context; monografieën en studies, 3), p. 32, 45, 52, 76, 77, 112. * Over de rol van De Brune in de taalbouw. | |
1995-05Grootes, E.K. ‘De literator’. In: H.M. Beliën, A.Th. van Deursen en G.J. van Setten (red.). Gestalten van de Gouden Eeuw: een Hollands groepsportret. Amsterdam 1995, p. 348-381, 397-400. * De Brune op p. 363-364. | |
1995-06Graafland, C., W.J. op't Hof, F.A. van Lieburg. ‘Nadere Reformatie: opnieuw een poging tot begripsbepaling.’ In: Documentatieblad Nadere Reformatie 19 (1995), nr. 2, 105-184. | |
1995-07Jansen, Jeroen. ‘Verstandig spreken of zwijgende wijsheid?: de “zwijgzaamheid” tussen rhetorica en moraalfilosofie.’ In: Dans der muzen: de relatie tussen de kunsten gethematiseerd; onder red. van Anneke C.G. Fleurkens, Luc G. Korpel, Kees Meerhoff. Hilversum 1995, 81-91. | |
1996-01Hermans, Theo. Door eenen engen hals. Nederlandse beschouwingen over vertalen 1550-1670. Verz. en ingel. door -. 's-Gravenhage 1996. * p. 127-129: voorrede uit Westerbaen = 1655-01; p. 132: biografische gegevens over De Brune; p. 133-139: over pamflet als reactie op 1655-01 van I. van Vondelen Voorlooper [= Pieter van Gelre?]. Overwegende den Sin ende Inhout vande Voorreden gestelt voor de Psalmen Davids, Gerijmt door Iacob Westerbaen [...]. Amsterdam 1655 (p. 136-139 over De Brune) | |
1996-02Kluiver, J.H. ‘Ten geleide bij vragenlijst 5 [van de Zeeuwsche Vereeniging voor Dialectonderzoek]’, in: Nehalennia 106 (lente 1996) 56-57. * Vragenlijst 5 van de ZVD bevat woorden ontleend aan Bancket-werk van 1660. | |
1996-03Blom, Hans W. ‘Politieke theorieën in het eerste kwart van de zeventiende eeuw: Vaderland van aristocratische republiek naar gemengde staat.’ In: De Hollandse jaren van Hugo de Groot (1583-1621). Onder red. van H.J.M. Nellen en J. Trapman. Hilversum 1996, p. 145-153. | |
1998-01Bremmer Jr., Rolf H. ‘Retrieving Junius's correspondence’, in: Rolf H. Bremmer Jr. (ed.). Franciscus Junius F. F. and his circle. Amsterdam etc. 1998, p. 199-235. * Op p. 219 een brief van Junius aan Brunaeus Sr. d.d. 27.10.1624 O.S., aanwezig op UB-A: M 67a. | |
1999-01Weij, Marleen van der. ‘“De wanckelbare teerigheyd van zoo noodigh geslachte”: vrouwen in de ‘Emblemata’ van Johan de Brune’. In: Gender; samengest. door Boukje Thijs e.a. Speciaal nr. van: Musæus 6 (1998-1999), no. 4 (okt 1999), p. 21-26. | |
2001-01Koning, Paula. ‘Julius Caesar Scaligers Epidorpides in de Emblemata van Johan de Brune. Een substantiële schakel tussen Neolatijnse en zeventiende-eeuwse Nederlandse literatuur’, in: TNTL 117 (2001) 166-187. | |
z.j.-01Grote Nederlandse Larousse encyclopedie in vijfentwintig delen. Dl. 6. 's-Gravenhage z.j. p. 234. | |
z.j.-02‘[Over Christian (Christoph) le Blon].’ In: Hollstein. Dl. 2. (z.j.). * p. 96: ‘Various plates to: Johannes de Brunes' Emblemata of Zinnewerk. Amsterdam 1624. With 52 engravings after A. v.d. Venne, A. Poel, C. Blon, W. Post [bedoeld zal zijn: W. de Passe], mostly engraved by Jan Swelink. 1st edition: 1628. 4o. 2nd edition: 1636 (see: Brunet, suppl. I).’ | |
z.j.-03‘[Over Johannes Gelle].’ In: Hollstein. Dl. 7. (z.j.). * p. 97: ‘Various frontispices and vignettes to: De Brune's Emblemata, Amsterdam 1624 [en andere bundels van Cats en Huygens]’. | |
z.j.-04Sijthoff's woordenboek voor kennis en kunst, naar de nieuwste bronnen bewerkt. Dl. 2. Leiden z.j. p. 355-356. | |
z.j.-05[Verkruijsse, P.J.] ‘Brune, Johan de’. In: De Grote Oosthoek. Encyclopedie en woordenboek. 7e uitg. Dl. 4. Utrecht z.j. p. 258, 260. | |
z.j.-06Folmer, Tiddo. Het boek en de boekhandel. Amsterdam z.j. Uit onzen bloeitijd. Schetsen van het leven onzer Vaderen in de XVIIe eeuw. * Noemt op p. 38 het Banket-werk. | |
z.j.-07‘Iets uit onze vroegere letterkunde: het verhaal van “Nijd en Gierigheid” in den Rinclus en bij Johannes de Brune’, in: Volkskunde 25, 59-65. |
|