Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 12
(1986)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd5461. 1641 november 9. Aan N. van Reigersberch.Ga naar voetnoot1Mijnheer, Den coninck is gecomen te S.t Germain, den cardinael te Ruelle. 't Leger onder den grave de GuicheGa naar voetnoot2 hout zich ten deele in het Boulonnois, ten deele in Picardië. Aire werdt noch gedefendeert. De Fransoisen hebben Demont becomen in Piedmont ende in 't lant van Lutsenburg een nieuw fort bij de Spaensche gemaect genaemt Rienne. Evenwel loopen die van Lutsenburg sterck in het Messin ende hertogh CarelGa naar voetnoot3 heeft eenige van de zijnen met eenige van de keizerschen gezonden om te zien, off zij den grave van GranseiGa naar voetnoot4 connen aftrecken van het belegh van Dieuze. Oock hebben veertich Lorrainsche gevangen genomen twintich Fransoisen van qualiteit uitgegaen van Brizac om lichtingen te doen. Van het voornemen van Gil de Haes ende SparreGa naar voetnoot5 werdt getwijffelt, off het in der waerheit is op Hohentwiel off dat de schijn daervan dient om andere desseings te bedecken. Den marquis van BreszéGa naar voetnoot6 is uit Portugael gecomen te Rochelle met zijn vloot zonder iet uitgerecht te hebben. Die van Barcelone verwachten den marescal de BreszéGa naar voetnoot7 als viceroi ende maecken preparaten tot zijne receptie. Ondertuschen lichten de Spaignaerden, die daer nu meesters zijn van de zee, alle ziecken ende gequetste uit het Roussillon ende uit hetgunt zij noch hebben in Catalagne nae Valence ende brengen versch volck in haere plaetze. | |
Den coning arbeid om de paix te maecken tuschen den paus ende den hertogh van Parme.Ga naar voetnoot8 Dan het oorlogh duirt noch ende heeft den paus den 23 October bij openbaere placcaeteGa naar voetnoot9 verclaert geëxcommuniceert metterdaet door de groote excommunicatie alle die den hertogh van Parma geduirende zijne ongehoorzaemheit zullen bijstaen, de onderzaten ende vasalle van Stoel die zulcx zullen doen, voor rebellen, de soldaten die den hertogh van Parme dienen, ontslagen van den eedt. De princen van Italië favoriseren meest den hertogh van Parme, doch onder de hant. Den grooten hertogh van Toscane,Ga naar voetnoot10 hoewel zich neutrael houdende, heeft passage gegunt aen het volck van den hertogh van Parme ende niet aen die van den paus. Men zegt hier dat HaezfeldGa naar voetnoot11 met eenige Saxensche gaet tegen Erfurt ende men verlangt zeer te weten, wat gehandelt werdt te Goslar.Ga naar voetnoot12 Eenige Engelsche zijn hier aengecomen om te maecken een nieu regiment. Men verwacht meer andere van dezelve natie tot vervulling van hetzelve regiment ende verstercking van een oud regiment. Wij verstaen hier nieuwe beroerten in Schotlant, die licht Engelant oock weder zullen in onrust stellen tot naedeel van de zaecke van den Pals, die niet geholpen en can werden dan vandaer. Den keizer passerende nae Weenen heeft gesproocken eerst met den hertogh van Beieren, daernae met de eertshertoginne Claudia. Te Nanzy zijn eenige gevangen die beschuldigt zijn van de stadt te hebben willen verraeden aen den hertogh Carel. 9 Nov. 1641. | |
In dorso schreef Reigersberch: Broeder de Groot, den 9 Nov. 1641. |
|