Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdzinsritmeTerm uit het grensgebied van spraakkunst en prosodie voor accent-1- en pauzeverhoudingen (vgl. cesuur) binnen een grammaticale eenheid. In poëzie is de werking daarvan dikwijls afhankelijk van de spanning tussen het ritme van het vers-1 en dat van de zin. Deze spanning ontstaat vooral daar waar het eind van de versregel niet samenvalt met een syntactische grens (enjambement) en vervolgens daar waar binnen de versregel met een metrisch (metrum) patroon een of meer pauzen (syntactische grenzen) als punten van rust optreden. Het spreekt vanzelf dat de factor tijd bij dit alles een grote rol speelt. Lit: G.E. Booij e.a., Lexicon van de taalwetenschap (19802 G. de Schutter, 'De werkwoordelijke eindgroep en nog steeds geen einde?' in Verslagen en mededelingen van de Kon. Academie van Nederlandse taal- en letterkunde 122 (2012), 1, p. 1-38.
|
|