Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdvrij vers-2Vorm van poëzie, ook wel poésie parlante of parlandopoëzie genoemd, waarin de traditionele verstechniek slechts gedeeltelijk of zelfs helemaal niet is aangewend. Het metrum ontbreekt en vaak ook het rijm. De verslengte is onregelmatig, de strofebouw onvast of afwezig. Als voorbeeld het volgende stukje parlandopoëzie: Nu is ook, als ’n laatste Mohikaan, Waar de term ‘vers libres’ aanvankelijk werd gebruikt voor verzen die enkel in lengte onregelmatig waren, zoals die waarin La Fontaine zijn fabels schreef (vrij vers-1), breidde die ‘vrijheid’ zich bij de Amerikaanse dichter Walt Whitman (Leaves of Grass, 1855) en bij de Franse symbolisten uit tot andere verstechnische aspecten. In het Nederlandse taalgebied waren het vooral de expressionisten die na de Eerste Wereldoorlog de doorbraak van deze versvorm bewerkten. Via andere modernistische stromingen die daarop volgden, kwam dit type algemeen in gebruik. Een bekend beoefenaar van dit genre was E. du Perron. Omdat de traditionele klankvormen vaak ontbreken, kan de schrijver sterker de nadruk leggen op de inhoud van het gedicht. De versgrens kan zelfs een onderwerp van experiment worden. Dit kan gepaard gaan met een grotere trefkracht van de beeldspraak, een functioneler aanwenden van interpunctie en een frequenter en verfijnder gebruik van vormen van herhaling en contrast op andere niveaus dan dat van de klank. Een voorbeeld van een vrij vers waarin zowel metrum als rijm ontbreken, is het gedicht 'Lydia Puckett' van M. Nijhoff: Knowlt Hoheimer vluchtte en ging als vrijwilliger in dienst Men vergelijke ook parlandopoëzie. Lit: Ch.O. Hartman, Free verse. An essay on prosody (1980) H.J. Frey & O. Lorenz, Kritik des freien Verses (1980) H. Brems, De dichter is een koe. Over poëzie (1991) C. Scott, Reading the rhythm: the poetics of French free verse 1910-1930 (1993) H.T. Kirby-Smith, The origins of free verse (1996) J. Silkin, The life of metrical and free verse in twentieth-century poetry (1997) Chr. Beyers, A history of free verse (2001) I. Szilágyi, Les tendences évolutives de la versification française à la fin du XIXe siècle: la problématique du vers libre (2004) Chr. Breukers, Gedichten schrijven: de regels van het vrije vers (2008) M. Murat, Le vers libre (2008).
|
|