Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdimpresaEtym: It. in-druk, stempel, merkteken. Uit de kledingmode van het einde van de 15de eeuw in Italië ontwikkeld genre, ook devies genoemd, bestaande uit een afbeelding (pictura) en een spreuk (motto-2), dat van grote invloed is geweest op het ontstaan van het emblema. De op de (aanvankelijk militaire) kleding gedragen insignes met spreuken (zinspreuk-2) vormden een soort rebus die kenmerkend moest zijn voor het persoonlijke levens- of beroepsideaal van de drager. De impresa werd als maniëristisch (maniërisme) literair genre gevestigd door het werk van Paolo Giovo, Imprese militari e amoroso (1555). Tal van drukkersmerken staan kennelijk in de traditie van het devies, evenals het ex libris. Ook het blazoen van de rederijkerskamers vormt door combinatie van beeld en spreuk een devies, dat kenmerkend was voor de desbetreffende kamer. Vaak zijn de deviezen religieus van aard en sluiten ze aan bij de door het Nieuwe Testament ingegeven naam van de kamer, zoals ‘Mijn werc es hemelic’ van de Brugse kamer Van den Heiligen Geest, of ‘In liefde bloeiende’ van de Amsterdamse kamer De Eglentier, met als afbeelding Christus aan het kruis.
Het merk ’T is al goet wat cunste doet’ uit A. van de Venne, Tafereel van de Belacchende Werelt uit 1635. [bron: F. de Nave (red.), Liber amicorum Leon Voet (1985), p. 333].
Lit: P. van Duyse, De rederijkkamers in Nederland, dl. 1 (1900), p. 49-54, 61-66 J.J. Mak, De rederijkers (1944) K. Porteman, Inleiding tot de Nederlandse emblemataliteratuur (1977), p. 17-19 K. Porteman, ‘T'is al goet wat cunste doet. Beschouwingen bij een drukkersmerk van de gebroeders Van de Venne’ in Liber amicorum Leon Voet (1985), p. 329-345.
|
|