Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 3
(1961)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd1252. 1628 april 22. Aan N. van ReigersberchGa naar voetnoot13.Mon frère, Hoewel ick gisteren over Bruyssel heb geschrevenGa naar voetnoot14, soo vinde ick goed noch dese te senden door de ordinarisse wegh om daerbij te vougen, dat wij hyer hebben den hertogh van LorraineGa naar voetnoot15. Wat hij doen sal, sal de tijdt leeren. Voorals- | |
noch heeft hij de coninginne-moederGa naar voetnoot1 bedanckt voor het loslaeten van MontaiguGa naar voetnoot2 ende 't restablissement van madame de ChevreuseGa naar voetnoot3 in zijn faveur. Onse ambassadeursGa naar voetnoot4 hebben in de laeste conferentie niet dan particuliere saecken voortgebracht, als van de restanten van de reys van HautainGa naar voetnoot5 ende dyergelijcke sonder te comen aen het tractaet, waerover de ministres d'estat alhyer zijn gemescontenteert. Monsr. de la VillauclercqsGa naar voetnoot6 daervan spreeckende vougde daerbij, dat ick haest gewaer soude worden, dat men meerder staet van mij soude maecken. Sulcke woorden ben ick gewent ende ontstem (?) mij daer niet in. Tegen zijn vaderGa naar voetnoot7 had hij geseyt te wenschen mijn restablissement ende dat ick daernae hyer als ambassadeur mochte worden gebruyckt, dat hij meende, dat wij wel goed te samen soude doen; hij doet in absentie van monsr. d'ArbautGa naar voetnoot8 alle d'affaires estrangères. BoutardGa naar voetnoot9, secretaris van d'EspesseGa naar voetnoot10, heeft geweest bij de HayesGa naar voetnoot11; seyt, dat zijn meester met alle vermogen wil helpen hem bevorderen tot de successie van zijn ampt. Wil ArsensGa naar voetnoot12 spreecken om aen Villauclercqs te seggen, dat BaugyGa naar voetnoot13 niet en sal aengenaem zijn: hij, de Hayes, is contrarie zeer wellecom. Doch monsr. de la Villauclercq seyt, dat dye recommandatie eer quaed soude doen dan goed. Boutard presenteert oock nae 't leger te reysen om de saeck te vorderen. Ick meen, dat PuyssieuxGa naar voetnoot14 oock aen ChasteauneufGa naar voetnoot15 sal schrijven in faveur van de Hayes, alsoo men seecker houdt, dat HauteriveGa naar voetnoot16 daer niet om en denckt. 't Comt uyt het huys van den ambassadeur van SpaignieGa naar voetnoot17, dat den marquys SpinolaGa naar voetnoot18 soude opgehouden worden in Spaegnien, waerover denselven ambassadeur bedroeft is. Dye dit geseyt heeft is een medicijn, eertijds aen de coninginneGa naar voetnoot19 alhyer gedyent hebbende ende nu dyenende aen denselven ambassadeur. Spinola, zyende de gesoncken schepen in de haven van Rochelle, seyde, dat hij nu bij 't ooge sagh een saeck, daer hij wel op gedacht had, dan met twijffeling, dat Bergen op Zoom bij hem te becomen was. Van de Engelsche vloot hebben wij noch niet seeckers dan den cardinaelGa naar voetnoot20 houdt hem wel geprepareert. Wij doen allegader onse gebyedenisse. | |
Den XXII April XVIcXXVIII daegs voor mijne geboorteGa naar voetnoot1. UE. dyenstwillige broeder
| |
Onder anderen wordt hyer oock niet goedgevonden, dat onse ambassadeurs soo zeer haer grootheyt houden sonder de commissarissenGa naar voetnoot2 ofte anderen te begroeten. | |
Adres: Mijnheer Mijnheer Reigersberg, raidt in den Hoogen Raide in Hollant. In 's Gravenhage. 22 April. |
|