Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdstijlsoortAanduiding van een groep stijlverschijnselen die kenmerkend is voor de code van een tekst, het oeuvre van een auteur, een genre of een periode-1. Het aantal onderscheidingen dat men hierbij maakt, is legio: Lausberg (p. 818) geeft een lijst van meer dan 150 stijlkwalificerende adjectiva zoals die de eeuwen door gehanteerd zijn. Jacob Geel drijft de spot met stijlaanduidingen in zijn Nieuwe karakter-verdeeling van de stijl (1838). Voor een deel zijn stijlonderscheidingen moeilijk controleerbaar, zoals expressieve stijl, overtuigende stijl, Franse tegenover Duitse stijl e.a. Andere zijn, op grond van afspraken, wat eenduidiger van betekenis, zoals de classicistische stijl (classicisme), de impressionistische stijl (impressionisme), de redenaarsstijl. In het algemeen kan men stellen dat de opvattingen over stijlsoorten vanaf de Oudheid tot en met de periode van het classicisme strakker en normatiever waren dan daarna, uitwaaierend van de oorspronkelijke drie stijlniveaus (genera elocutionis) naar de individuele stijl van een auteur of tekst. Lit: H. Lausberg, Handbook of literary rhetoric (1998) G. Ueding (red.), Historisches Wörterbuch der Rhetorik, dl. 9 (2009), kol. 1-83.
|
|