Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdkroniekEtym: Gr. chronos = tijd. De optekening van historische gebeurtenissen, accuraat genoteerd en in strikt chronologische volgorde. Het onderscheid met annalen-1 is niet precies aan te geven: men kan stellen dat in annalen de feiten analytischer worden opgeschreven, terwijl in de kroniek geprobeerd wordt een zekere synthese te bereiken en meestal ook een langere periode wordt beschreven. Aan de basis van het genre staat de kroniek van de eerste kerkhistoricus, Eusebius van Caesarea: een verzameling van synchronistische tabellen van de geboorte van Abraham tot aan het jaar 324 na Chr., de Chronikoi kanones die in de Latijnse vertaling en bewerking van Hieronymus bekend raakte. Het doel van deze kroniek was om de klassieke tijdrekening af te stemmen op die van de Bijbel. Een andere belangrijke kroniek uit de oudheid is de Chronographia (3de eeuw na Chr.) van Sextus Julius Africanus die de geschiedenis van de mensheid beschrijft vanaf de schepping. Vanaf de 11de eeuw werden kronieken vooral in kloosters geschreven. De onderwerpen worden beperkter: de geschiedenis van een klooster, een bisdom of een wereldlijke dynastie. De (grotendeels verzonnen) Historia Regum Brittaniae (12de eeuw) van Geoffrey van Monmouth speelde een belangrijke rol in de opkomst en ontwikkeling van de Arthurepiek (gesta). Van de 13de tot de 15de eeuw worden kronieken in de volkstaal geschreven, eerst in gepaard rijmende verzen (rijmkroniek), later ook in proza. Ze krijgen meer en meer een literaire status. Voorbeelden daarvan zijn de Chroniques (14de eeuw) van J. Froisart en de Chronique (15de eeuw) van G. Chastellain, die beide slechts een periode van enkele decennia omvatten. Nederlandstalige voorbeelden zijn Jacob van Maerlants Spiegel historiael (13de eeuw) en de Rijmkroniek van Holland (14de eeuw) van Melis Stoke. In 1517 verschijnt de Chronycke van Hollandt, Zeelandt ende Vrieslandt van Cornelius Aurelius. Deze omvangrijke kroniek, ook wel de Divisiekroniek genoemd, bevat een overzicht van alle belangrijke gebeurtenissen in Holland, Zeeland en Friesland van de tijd van Adam en Eva tot de 16de eeuw. De geschiedenis van de graven van Holland maakt er een belangrijk onderdeel van uit. De Divisiekroniek is tot in de 18de eeuw beschouwd als handboek voor de vaderlandse geschiedenis. Meer en meer werd de functie van de kroniek na de middeleeuwen overgenomen door de narratieve genres als de historie, biografie, memoires, reisbeschrijving, reisverhaal e.d. De term ‘kroniek’ blijft echter in gebruik in de literatuur. In de eerste plaats treft men de term aan als aanduiding voor 19de-eeuwse narratieve teksten die zich presenteren als authentiek en met een historisch gefundeerd tijdsbeeld dat zich onderscheidt van de fictie van de roman. Zo luidt de ondertitel van Stendhals Le rouge et le noir (1831) ‘Chronique de 1830’. Tegenwoordig wordt de term ‘kroniek’ vooral nog gebruikt in tijdschrifttitels of als aanduiding van overzichtsrubrieken. Geschiedkundige verenigingen of genootschappen geven onder die naam periodieken uit als de Kroniek van de Historische Vereniging Rijswijk, de Gezelle-kroniek, de Vestdijkkroniek of algemener de Kroniek voor Kunst en Cultuur. Ook in titels van historische werken treft men de term aan, zoals in de Kroniek der Nederlandsche letteren (1937) van Anton van Duinkerken.
Dedicatie exemplaar van de Hollandse kroniek van Claes Heynenzoon ten behoeve van graaf Willem VI. [bron: D. Hogenelst & F. van Oostrom, Handgeschreven wereld (1995), p. 179].
Lit: E.L. Poole, Chronicles and annals (1926) J. Romein, Geschiedenis van de Noord-Nederlandsche geschiedschrijving in de middeleeuwen (1932) M. Carasso-Kok, Repertorium van verhalende historische bronnen uit de middeleeuwen (1981) A.L.H. Hage, Sonder favele, sonder lieghen. Onderzoek naar vorm en functie van de middelnederlandse rijmkroniek als historiografisch genre (1989) E.O.G. Haitsma-Mulier e.a., Repertorium van geschiedschrijvers in Nederland 1500-1800 (1990) R. Stein, Politiek en historiografie: het ontstaansmilieu van Brabantse kronieken in de eerste helft van de vijftiende eeuw (1994) M. Gypen, De verhalende bronnen uit de Zuidelijke Nederlanden, 600-1500 (1995) J.W.J. Burgers, De Rijmkroniek van Holland en zijn auteurs (1999) J.W.J. Burgers, ‘Geschiedschrijving in Holland tot omstreeks 1300’ in Jaarboek voor middeleeuwse geschiedenis 3 (2000), p. 92-130.
|