Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdblauwboekskensEtym: Fr. livres bleus: boekjes met kenmerkende blauwe omslag. De 17de- en 18de-eeuwse nazaten van laatmiddeleeuwse volksboeken en prozaromans. De naam gaat terug op de Franse ‘livres bleus’ (zo genoemd naar hun blauwe omslag) die sedert 1596 werden uitgegeven door Nicolas I Oudot. De boekjes werden niet via de boekwinkel, maar door leurders (colportage) en marskramers (Eng. chap books < chapman = marskramer) aan de man gebracht. De inhoud is van velerlei aard (o.m. ook almanakken, tover- en bezweringsboekjes, liederboekjes, enz.) en wordt gerekend tot de triviaalliteratuur. In de 17de eeuw wordt de term blauwboekje ook gebruikt in de zin van pamflet.
Die evangelien van den spinrocke. [bron: E.H. van Heurck, De Vlaamsche volksboeken (1943), p. 132].
Lit: G.D.J. Schotel, Vaderlandse volksboeken (1874) E. van Heurck & G.J. Boekenoogen, L'imagerie populaire des Pays-Bas (1930) E. van Heurck, De Vlaamsche volksboeken (1943) L. Debaene, De Nederlandse volksboeken (1951; 19772) E.K. Grootes, ‘De bestudering van populaire literatuur uit de zeventiende eeuw’ in Spektator 12 (1982-1983) 1, p. 3-24 P.R.D. Stokvis, ‘Blauwboekjes over de verborgenheden van Den Haag’ in Maatstaf 32 (1984) 9, p. 16-26 L. Andries & G. Bollème (red.), Les contes bleus (1983) B. Gotzkowsky, Volksbücher (bibliografie), 2 dln. (1991-1994).
|