Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdblasonEtym: Fr. blason = blazoen Dichtsoort uit de renaissance waarin iets wordt geprezen of bespot. Het blason (ook wel blazoengedicht) bezingt meestal de verschillende lichaamsdelen van de vrouw, alhoewel ook andere soorten bekend zijn, zoals het blason over huiselijke voorwerpen (blason domestique), en het 'contreblason' waarin gereageerd wordt tegen de erotische excessen van het blason anatomique. Clément Marots 'Blason du beau tétin' (1535), een loflied op de mooie vrouwenborst, gold als prototype. Gelijkaardige verzen van collega's en navolgers werden verzameld in Les Blasons anatomiques du Corps féminin (1550). Een voorbeeld van een Engels 'blazon' vindt men terug in het 'Epithalamion' van Edmund Spenser. De twaalf 'Sonnetten van Schoonheyt' (ten onrechte aan Bredero toegeschreven) bieden voorbeelden in het Nederlands. Lit: A. Saunders, The sixteenth-century blason poétique (1981) J. Vartier, Le blason populaire de France (1992).
|