Alle de brieven. Deel 3: 1679-1683
(1948)–Anthoni van Leeuwenhoek– Auteursrecht onbekendGepubliceerd in:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Korte inhoud:Enkele korte opmerkingen over de kiemvlek van het ei en over de sprinkhanen. Uitvoerige beschrijving van de vaten in eiken-, iepen-, beuken-, wilgen-, elzen-, ebben-, ‘palm’ hout en stroo; beschouwing over vochtcirculatie in boomen, berekening van de hoeveelheid vocht, welke opgezogen wordt. Vervolg van de observaties over spermatozoïden, ditmaal bij baars, brasem, voorn en zeelt. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figuren:Vijf teekeningen zijn vervaardigd in potlood, de overige werden geschetst in rood krijt. In de Phil. Trans. zijn van de groote teekeningen slechts gedeelten afgedrukt. Zoowel in de Hollandsche als in de Latijnsche drukken, de Phil. Trans. en Hoole's uitgave staat een figuur 3B afgedrukt, die bij het manuscript niet voorkomt (zie Plaat XLVIII, fig. 3B). Leeuwenhoecks overzichtsteekening der jaarringen is in Hoole gewijzigd tot een natuurgetrouwe weergave van een schijfje hout. De verticale strepen en cijfertjes bij de jaarringen zijn weggelaten. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Letter No. 54 [29].
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Published in:
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Summary:Some brief remarks on the germinal spot of the egg and on grasshoppers. Ample description of the vessels in oak-, elm-, beech-, willow-, elder-, ebony-, and boxwood, and in straw. Discusses the circulation of water in trees and calculates the quantity of water which is absorbed. Continues his observations on spermatozoids, this time of the perch, the bream, the roach and the tench. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Figures:Five drawings are in pencil; the others are red-chalk sketches. In the Phil. Trans. only parts of the larger drawings are printed. In the Dutch as well as in the Latin editions, the Phil. Trans., and Hoole's edition there is a figure, 3B, which is not found in the manuscript (see Table XLVIII, fig. 3B). Leeuwenhoeck's synoptic drawing of the annual rings has been changed in Hoole into the faithful reproduction of a slice of wood. The vertical lines and the numbering of the rings have been omitted. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Delft den 12e jannuarij 1680.Ga naar voetnoot1)
Robert Hooke.
Mijn Heer.
Mijn laesten aen UEd: is geweest den 20e Novembr.Ga naar voetnoot2) waer in ick verhael mijne geringe consideratienGa naar voetnoot3) omtrent de steen graveel en jicht, die ick wil hoopen dat UEd: sal ontfangen hebben.Ga naar voetnoot2) UEd: recommandeert mij in UEd: aengenamen vandenGa naar margenoot+ 17 Octobr. te examineren de vruchtbare en onvruchtbare eijeren.Ga naar voetnoot4) Jck heb de Vleckiens van verscheijde eijeren geobserveert,Ga naar voetnoot5) maer daer inne nietGa naar voetnoot6) aen merckens waerdigh konnen sien.Ga naar voetnoot7) Jck sal sien wat gelegentheijt mij sal te vooren komen, omme mij te konnen verseeckeren, dat een eij al eer ick het examineer onvruchtbaer is. Ga naar margenoot+De Sprinckhanen omtrent dese Stadt sijn seer kleijn, en daer bij seer weijnich, daer ick vertrouwGa naar voetnoot8) datse in uwe landen seerGa naar voetnoot9) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Delft. January 12th 1680Ga naar voetnoot1).
Robert Hooke.
Sir,
My last letter to you was that of November 20th in which I told you about my slight contemplations on calculus, gravel and gout, and which I hope you will have received. You recommend me in your welcome letter of October 17th to examine fecund andGa naar margenoot+ sterile eggsGa naar voetnoot2). I have observed the spots of several eggsGa naar voetnoot3), but have not been able to see anything remarkable in them. I will see whether it is possible to be certain that an egg is not fertile before I examine it. Ga naar margenoot+The grasshoppers in the neighbourhood of this town are very small and few in number, whereas I believe that in your country | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
groot sijn, want de onse en sijn niet grooter, als de lengte van een nagel van ons hant.Ga naar voetnoot10) Onse natie is soo danich dat schoon ijemant van seer geringe conditie,Ga naar voetnoot11) ja selfs in onse Godts HuijsenGa naar voetnoot12) was gestorven, men niet lijden soude, dat men in een doot lichaem soude snijden,Ga naar voetnoot13) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
they are very large, for ours are not larger than the length of a nail of one's handGa naar voetnoot4). The character of our nation is such that if a person of low state, or even an inhabitant of an alms-house should die, one would not be permitted to anatomize the dead bodyGa naar voetnoot5). For this reason I do | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
dierhalven sie ick geen gelegentheijt, omme na te spueren off de kalckachtige materie inde aderen leijt.Ga naar voetnoot14) Hier nevens sende ick UEd: eenige observatien omtrent het Hout.Ga naar voetnoot15) Ga naar margenoot+[No.] 1. fig: 1:Ga naar voetnoot16) ABCD. vertoont een stuckie eijckenhout,Ga naar margenoot+ dat ick door een van mijn microscopen, soo veel als het mij mogelijck was heb afgeteickent en begrijpt in ons bloote oogh soo groot als fig: H. FF: FF. alwaer bruijne strepen haer vertoonen, sijn de separatien vande wasdom,Ga naar voetnoot17) die het hout int najaer maeckt, om dat wanneer de wasdom afneemt, soo maeckt het hout alhier een uijtstekentGa naar voetnoot18) vast hout, versien met seer kleijne vaaten, soo danich dat de selvige beswaerlijck sijn te bekennen, en oversulcxGa naar voetnoot19) haer vertoonen als off het bruijne streepen waren. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
not see my way to investigate if the chalky matter is in the veins.Ga naar voetnoot6) I enclose some observations on woodGa naar voetnoot7). Ga naar margenoot+[Nr] 1 fig. 1 ABCD shows a piece of oak, drawn by me asGa naar margenoot+ well as possible through one of my microscopes. To the naked eye it has the size of fig. H. FFFF where you see the brown lines, are the limits of growthGa naar voetnoot8), which the wood makes in autumn, for when the growth diminishes, the tree makes a very firm wood, provided with very small vessels, which can hardly be discerned and consequently show like brown lines. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
tusschen de verhaelde FFFF. is beslooten het hout dat den Boom om de circumferentie in dickte in een jaer heeft toe genomen. Dit hout heeft vijff der leij vaten, te weten drie der leij op gaende, en twee der leij vaaten die horisontael loopen. EEE. sijn seer groote opgaende vaaten, die alle jaren in dit hout int voor jaer gemaeckt worden, als de wasdom int selvige komt, dese vaaten sijn van binnen gevolt met blaesiens,Ga naar voetnoot20) die uijt seer dunne vliesiens bestaen, en die alhier in een vande grooteGa naar margenoot+ vaaten over langhs met fig: 2: IKLM.Ga naar voetnoot21) sijn aen gewesen. De tweede soort van opgaende vaaten,Ga naar voetnoot22) die veel kleijnder sijn die bestaen mede uijt seer dunne vliesiens, welcke vliesiens gestippelt sijn met deeltgens die mij door een gemeen MicroscopeGa naar margenoot+ als globulen voor quamen, als fig: 3: ON.Ga naar voetnoot23) alwaer een vande selve vaaten over langs is door sneden wert aen gewesen. De derde soort van op gaende vaaten, die seer kleijn en in groote menichte sijn, die bestaen mede uijt seer dunne vliesiens.Ga naar voetnoot24) Deselvige sijn fig: 3: PQ.Ga naar voetnoot25) in lengte afgeteickent.Ga naar voetnoot26) Alle dese opgaende vaaten die in het verhaelde kleijne stuckie hout sijn, dat omtrent 1/90. van een quadraat duijm in sigh be- | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Enclosed in FFFF is the tree's circumferential increase in wood in one year's time. This wood has five sorts of vessels, that is to say three vertical, and two horizontal ones. EEE are very large vertical vessels which are annually made in this wood in spring, when it begins to grow. On the inside these vessels are filled with little bladdersGa naar voetnoot9), consisting of very thin films. Here they are indicated as fig. 2 IKLM in one of the greatGa naar margenoot+ vertical vessels. The second sort of vertical vesselsGa naar voetnoot10), which are much smaller also consist of very thin films, pitted with particles, which, through an ordinary microscope, appeared to me like globulesGa naar voetnoot10) as isGa naar margenoot+ indicated in fig. 3 ONGa naar voetnoot11) where one of these vessels is cut open lengthwise. The third sort of vertical vessels, which are very small and numerous, also consist of very thin membranesGa naar voetnoot12), and are represented lengthwise in fig. 3 PQGa naar voetnoot13). All these vertical vessels in the small piece of oak (which measures about 1/90 of a square inch) number in my opinion at | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
grijpt,Ga naar voetnoot27) daer sijn na mijn oordeel wel 20000. vaaten in, soo dat in een eijcken boom wiens diameter 4. voet is begrijptGa naar voetnoot28) na mijn Calculatie, meer dan drie duijsent en 200. milioenen van opgaende vaaten,Ga naar voetnoot29) comt dan in een Boom diens diameter een voet is, 200. milioenen vaaten. Soo wij nu stellen, dat 10. van dese soo groot als kleijne vaaten, in een dagh een droppel water op brengen,Ga naar voetnoot30) (want ick stel vast,Ga naar voetnoot31) dat alle vaaten die inden boom sijn, vanden beginne dat sij gemaeckt werden, soo langh alsser Wasdom inden BoomGa naar voetnoot32) is, altijts sap op off neder brengen,Ga naar voetnoot33) maer alsGa naar voetnoot34) door de groote uijtbreijdinge vande wortel het water, waer uijt ick oordeel dat alle wasdom voort comt, niet en kan komen tot de wortel, die het voetsel midden inden boom moet brengen,Ga naar voetnoot35) off het selvige water, is door de wortelen waer door het heeft moeten passeren, van de deelen die door en met het water vermengt sijn, en tot voetsel en onderhoudinge van het hout soude verstrecken, berooft, waer door danGa naar voetnoot36) beeft (!) ick mij in,Ga naar voetnoot37) onder int binnensteGa naar voetnoot38) vanden Boom ordinair eerst komt te sterven:) Laet | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
least 20.000; consequently according to my calculation an oak-tree with a diameter of 4 feet, contains more than 3.200 millions of vertical vessels; a tree with a diameter of one foot will contain 200 millions of vessels. If now we suppose that in one day 10 of these great and little vessels will conduct one drop of water upward (for in my opinion all the vessels in a tree, from the moment they were first made, as long as the tree grows, will carry sap up and downGa naar voetnoot14), except when, owing to the wide spreading of the root, the water which, I believe, is the source of all growth, cannot reach this root which must carry the water into the middle of the treeGa naar voetnoot15), or when this water is deprived, by the roots through which it has to pass, of the parts mixed with and distributed through the water and serving the wood for food and maintenance, in consequence of which, I imagine, the lowest and inmost part of | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
nu 100 van dese droppelen een cubicq duijm uijt maecken, comt dan 200000. |0̷0̷|0̷ cubicq duijmen.Ga naar voetnoot39) dese duijmen gebragt tot voeten comt ruijm 115. rijnlantse cubicq voeten waer van 12. duijmen een voet sijn: en alsoo een cubicq voet weeght net 65 lb van ons Delfs waterGa naar voetnoot40) comt 7475. lb off 14. bordause OxhooffdenGa naar voetnoot41) water dat een boom die een voet diameters heeft, in een dagh sal konnen op brengen,Ga naar voetnoot30) Hier uijt blijckt dan, hoe weijnich nat ijder pijpie hout daer uijt de boomen bestaen, heeft op te brengen, soo deselvige alle nat op brachten, dogh ick imagineer mij dat veele van dese vaaten, het op gebrachte nat weder om laegh na de wortel brengen, ende alsoo een circulatie veroorsaecken, gelijck ick voor desen mede heb geseijt.Ga naar voetnoot42) Dese verhaelde op gaende vaaten storten doorgaensGa naar voetnoot43) haer sap in een ongeloofflijcke menichte van vaaten die horisontael inden Boom loopen, omme den boom continueel in dickte te doen toe nemen.Ga naar voetnoot44) Ga naar margenoot+ fig: 1. GGG.Ga naar voetnoot45) is een soort van vaaten die horisontael loopen, die int begin uijt het pitGa naar voetnoot46) vanden Boom voort comen, en naderhant in menichte uijt de op gaende vaaten haer oorspronck hebben, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
the tree will commonly die first). If 100 of these drops made a cubic inch, the result will be 200.000 |0̷0̷|0̷ cubic inchesGa naar voetnoot16). This comes to a little over 115 Rhineland cubic feet, a foot measuring 12 inches; and as a cubic foot weighs exactly 65 poundsGa naar voetnoot17) of Delft water, the amount of water which a tree of one foot diameter will conduct upward in one day comes to 7475 pounds or 14 Bordeaux hogsheadsGa naar voetnoot18) of water. It is evident from this how little water each pipe of wood of which the tree consists would have to carry up if all of them conducted water upward, but I imagine that many of these vessels again carry the water which has been conducted upward, down to the root, thus causing a circulation, as I have explained beforeGa naar voetnoot19). The above-mentioned ascending vessels constantly pour their sap into an incredible number of vessels that run horizontal through the tree, in order to make the tree continually grow in thicknessGa naar voetnoot20). Ga naar margenoot+Fig. 1 GGG is a sort of vessels that run horizontally and at first spring from the pith of the tree but afterwards in great numbers originate from the vertical vessels. These vessels show | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Dese vaten quamen mij dus te vooren als duijstere striemen,Ga naar voetnoot47) loopende en wijckende als krom gebogen meest doorgaens voor de groote vaaten, en om dese vaten mij naeckterGa naar voetnoot48) voor de oogen te stellen, heb ick het hout over langhs ontstucken gesneden, soo danich dat ick de verhaelde vaaten, seer netGa naar voetnoot49) over dwars quam door te snijden.Ga naar voetnoot50) Deselvige vaaten leggen niet meer dan 5. 6. á. 7 boven den anderen,Ga naar voetnoot51) die alhier tusschen de op gaende vaaten, PQON. staen af geteijckent.Ga naar voetnoot52) De tweede soort van horisontale vaaten, die in seer groote menichte bij den anderen leggen, doch op de eene plaets veel meer als op de andere plaets, die haer over langhs fig: 1.Ga naar voetnoot53) als AB. off CD. vertoonen.Ga naar voetnoot54) Maer als wij het Hout over langs aen stucken snijden, soo danich datmen dese vaten over dwars doorsnijt, sooGa naar margenoot+ leggen off vertoonen deselve in ons bloote oogh als fig: 4. RS.Ga naar voetnoot55) Dogh ick heb deselvige in haer lenghte op veele plaetsen, met krom gebogen verdeelingen geteickent, dat ick oordeelde klapvliesen te sijn,Ga naar voetnoot56) maer ick heb die mij soo naeckt niet konnen voor | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
like dark streaksGa naar voetnoot21), almost constantly giving way in a curve to the large vessels along which they run. In order to see these vessels more clearly, I cut the wood into pieces lengthwise, in such a manner that I very neatly cut across these vesselsGa naar voetnoot22). Not more than 5, 6 or 7 of them lay on top of each other. At PQON they are drawn in between the vertical vessels. The second sort of horizontal vessels, which lie in great numbers near each other but in one place much more densely than in another, are shown lengthwise in fig. 1 as AB or CDGa naar voetnoot23). But if we cut the wood in pieces lengthwise, so as to cut these vesselsGa naar margenoot+ transversely, they will lie or appear to the naked eye as fig. 4 RS. But in many places I have drawn them in their full length with curved divisions which I considered to be valvesGa naar voetnoot24); however, I could not so well discern them with the naked eye as they are | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
de oogen stellen als die hier geteickent staen, maer na dat ick deselvige soo nu en dan hadde gesien,Ga naar voetnoot57) heb ick die doorgaens gestelt,Ga naar voetnoot58) om dat ick die seer naeckt inden Olm hadde gesien, ten anderen om dat ick mij imagineerde, dat sonder dese klapvliesen, on mogelijck den boom in dickte soude konnen toe nemen, om redenen, door het groot gewelt, dat vereijst wort, om de Bast int voorjaer niet alleen van het hout te doen separeren, off los werden; maer oock de bast, soo langh alsser wasdom int hout is, die met gewelt te doen ontstucken schueren, en alsoo plaes maecken, om dat het hout in dickte soude konnen toe nemen, en bij aldien hier geen klapvliesen waren, soo soude het sap, dat tegen de bast, door de bewegingh vande sonGa naar voetnoot59) was gebracht, met het ondergaen vande son, als wanneer de bewegingh in het sap (beelt ick mij in) komt op te houden, weder te rugh gestooten werden, dat dan een vergeeffsen arbeijt soude veroorsaecken. JnGa naar margenoot+ dit kleijne af gebeelde stuckie hout fig: 3: TV.Ga naar voetnoot60) dat met root aertGa naar voetnoot61) is geteickent, (is door een vergroot glas twelck meerder vergroot als daer door de opgaende vaten geteickent sijn, om dat mij de vaaten distincter souden voorkomen)Ga naar voetnoot62) jn welcke kleijne spatie, meer dan 2000. vaaten sijn, en moet daerom oock aen d'ander sij bekennen, dat alsmen maer considereert,Ga naar voetnoot63) dat ijder van dese vaten 1/9 aesGa naar voetnoot64) gewelt doen om haer vochticheijt uijt te stooten, wat een groot gewelt, alle dese horisontale vaaten, alsdan te samen brengen, om̅eGa naar voetnoot65) de Bast van het hout te separeren, Laten wij stellen dat fig: 3.Ga naar voetnoot66) is 1/700 van een quadraat duijm, en dat int gantsche stuckie hout maer 2000. vatenGa naar voetnoot67) sijn, Comt | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
drawn here, but according as I had seen them now and then I have represented them constantly, for one reason because I had seen them very clearly in elmtrees, for another because I thought that the tree could not possibly increase in thickness without these valves on account of the great force required not only for separating or loosening the bark from the wood in spring but also for tearing the bark forcibly as long as the wood grows, so as to make room for the wood to increase in thickness; for if there were no valves the sap which has been driven against the bark by the motion of the sunGa naar voetnoot25) would be driven back again at sunset, when I imagine the motion of the sap somes to an end, which would cause fruitless labour. Ga naar margenoot+In this small piece of wood, represented as fig. 3 TV, drawn in red chalk (through a stronger magnifying glass because thereby the vertical vessels are drawn so as to become more visible) there are over 2000 vessels, for which reason it must on the other hand be owned that if each of these vessels uses 1/9 aceGa naar voetnoot26) of force to expel its fluid, we can understand what great force all these horizontal vessels collect for separating the bark from the wood. Let us suppose that fig. 3 is 1/700 of a square inch, and that there are only 2000 vesselsGa naar voetnoot27) in the whole piece of wood; then there | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
dan in een quadraet duijm 1400000 vaten, dat is 350000. asen, dit getal door 10240 gedeelt, want soo veel asen een pont uijt maecken,Ga naar voetnoot68) comt 34 lb ruijm voor het gewelt, vanGa naar voetnoot69) een quadraat duijm, dat de vaaten in soo danige kleijne stuckje hout
Wij weten dat tusschen het eijcken hout een groot onde[r]- scheijt is, t sij dat het op hooge, off in lage, off in koude off in warme landen is gewassen, en off het langhsaem off schielijck is groot geworden,Ga naar voetnoot73) wat dit af geteijckende hout aen gaet, het selvige was seer vast goet hout, en daer bij was het in wasdom seer wel toe genomen. Wanneer men alle houten in haer lengte komt te doorsnijden, soo danich, dat de snee vant Mes de horisontale vaaten, als van den anderen in lengte worden door klooft, soo kan het seldenGa naar voetnoot74) geschieden, dat de snee vant Mes de vaaten pertinent doorklooft, maer het Mes snijt meest doorgaens, soo wel de op gaende als | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
will be 1.400.000 vessels in a square inch, which makes 350.000 aces. This number, divided by 10240 - for so many aces go to a poundGa naar voetnoot28) - works out at a little over 34 pounds for the force of a square inch that the vessels in such a small piece of wood could
We know that there is a great difference in oak whether it grew in low or high, in cold or hot countries, and whether it grew slowly or rapidlyGa naar voetnoot30). As for the wood drawn here, it was very good hard wood, and had thriven well in its growth. When one cuts all sorts of wood lengthwise in such a manner that the horizontal vessels are, as it were, separated lengthwise by the incision, it will rarely happen that the knife thoroughly cleaves the vessels, but almost in every case the knife cuts both | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
horisonsale (!) vaaten schuijns door, het welck dan een vals gesicht komt te geven,Ga naar voetnoot75) even als of de op gaende, en horisontale vaaten, soo door malkanderen waren gevlochten, als lijnwaet off oock wel als mandewerck, en om de horisontale vaaten dwars te door snijden, moetmen sigh in beelden,Ga naar voetnoot76) datter een snee vant Mes is gegaen, doorGa naar voetnoot77) het centrum van den gantschen Boom off tack, en dat de tweede snee om dese vaaten als geseijt is, over dwars te doorsnijden, moet geschieden off gaen parallel met de eerste snee.Ga naar voetnoot78) Jck heb de gedaente van het hout, hoe wel ick gansch niet teickenen kan, na mijn vermogen met root krijt op het papier gebracht, en het selvige door een ander met swart krijt laten na teijckenen, maer alsooGa naar voetnoot79) ick het selvige wilde afdrucken, en het papier daer toe wat te nat nemendeGa naar voetnoot80) is het te merendeel bedorven,Ga naar voetnoot81) en al hoe wel het na geteickende seer netGa naar voetnoot82) was, soo sende ick echter het gene dat ick met root krijt selfs hebbe geteickent hier medeGa naar voetnoot83) uijt in sichte om dat de kleijne afgebeelde | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
the vertical and the horizontal vessels obliquely; this would leave a false impression as if the vertical and the horizontal vessels were twined together like linen or basketry; and in order to cut the horizontal vessels transversely, we must imagine, that one cut of the knife went transversely through the centre of the whole tree or branch, and that the second cut must run parallel to the first in order to cut these vessels transversely according to what was said aboveGa naar voetnoot31). Though not at all a great draughtsman, I have put the aspect of the wood to paper in red chalk to the best of my ability. I had a copy made in black chalk by another man, but when I tried to print it, I made the paper a little too wet and thus mostly spoiled itGa naar voetnoot32). Though the copy was very accurate, I yet send you enclosed my red-chalk drawing, because the little vessels figured | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
vaaten, aldaer kleijnder staen, ende met de natuer van het hout beter over een komen. Ga naar margenoot+No. 2. fig: 1:Ga naar voetnoot84) ABCD. is een afgebeeld stuckie Olm Hout,Ga naar margenoot+ dat in ons bloote oogh soo groot is als fig: E. dat mede desen Boom in een jaer in dickte heeft toe genomen. AD. en BC. vertoonen mede de op houdinge vande wasdom int na jaer. De kleijne opgaende vaaten die in menichte bij den anderen tusschen de groote vaaten leggen, sijn in dit hout kleijndr als int Eijcken Hout, en daer beneffens bestaet ijder pijpie uijt een swaerder en dicker vlies, als wel de pijpiens van het Eijcken Hout doen. AB. en CD. vertoonen de horisontale vaaten in haer lenghteGa naar voetnoot85) Ga naar margenoot+Fig: 2. FFFF.Ga naar voetnoot86) vertoonen de horisontale vaaten over dwars door sneden, en de geene die alhier seer weijnich bij den anderen leggen (dat imagineer ick mij) dat vaaten sijn, die uijt de op gaende vaaten eerstGa naar voetnoot87) sijn voort gecomen, daer in tegendeel de vaaten die veel bij den anderen leggen, haer begin van over veel jaren hebben,Ga naar voetnoot88) en in getal bij den anderen soo veel sijn als die worden sullen.Ga naar voetnoot89) GGGG. vertoonen de seer kleijne opgaende vaaten in haer lengte.Ga naar voetnoot90) HH. vertoont een vande groote opgaende vaaten in lengte midden doorsneden, doch als wij deselvige naeuwkeuriger observeren sien wij dat die bestaen uijt seer dunne vliesiens, beseth met slangs gewijse draatgens, vertoonende duijstere vleckiens, op haer op gaende boghiensGa naar voetnoot91) als fig: 3.Ga naar voetnoot92) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
in it are smaller and agree better with the nature of the wood. Ga naar margenoot+Nr. 2, fig. 1 ABCD is a small piece of elm, to the naked eyeGa naar margenoot+ as large as fig. E which also shows how much the tree increased in thickness in one year. AD and BC also show the cessation of growth in autumn. The little vertical vessels, which lie in great numbers near each other among the large vessels are smaller in this wood than in oak, and, moreover, each pipe consists of a heavier and thicker membrane than the pipes in oak do. AB and CD show the horizontal vessels in their full lengthGa naar voetnoot33). Ga naar margenoot+Fig. 2 FFFF show the horizontal vessels transversely cut; and I imagine that those of which only a few lie together are vessels that have recently originated from the vertical vessels, whilst on the other hand those vessels which lie near each other in great numbers, originated many years ago and have already obtained the number that later on will be reached by the othersGa naar voetnoot34). GGGG show the minute vertical vessels seen lengthwiseGa naar voetnoot35). HH shows one of the large vertical vessels cut in two lengthwise; but if we look at it more closely we shall see that it consists of very thin membranes covered with serpentine threads showing dark spots on their ascending curves as in fig. 3Ga naar voetnoot36). | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onder dese Boomen sijnder verscheijde, die uijt haer dicke stam eenich op gebracht sap ontloopt, de welcke bij de gemene man Pissers genaemt werden,Ga naar voetnoot93) dit sap heb ick inde soomer op verscheijde tijden en in verscheijde jaren geobserveert en heb daer in gesien verscheijde seerGa naar voetnoot94) kleijne dierkens, die ick mij niet en konde in beelden dat uijt het hout waren voort gecomen, maer dat deselvige off uijt de delen van het Hemel water, off uijt de deelen van den dauw haer eerste oorspronck hadden.Ga naar voetnoot95) Ga naar margenoot+No. 3. fig: 1: ABCD.Ga naar voetnoot96) is een af geteickent stuckie BoeckenGa naar margenoot+ hout dat omtrent soo groot in ons bloote oogh is, als fig: F. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Among these trees there are several from whose thick stems some of the sap runs that has been carried up; the common people call such trees ‘pissers’Ga naar voetnoot37). I have examined this sap in summer at various times and in various years and have seen in it several very little animals; I could not imagine that these had come from the wood, but thought that they originated from parts of the rain or of the dewGa naar voetnoot38). Ga naar margenoot+Nr. 3, fig. 1 ABCD is the picture of a piece of beech, to ourGa naar margenoot+ naked eye about the size of fig. F, which also shows how much | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
datGa naar voetnoot97) insgelijcx den Boom in dickte in een jaer heeft toe genomen, en waer inne men mede seer naeckt aen AD. off BC. des Wasdoms begin en afnemingh kan bekennen. Jn dit hout vertoonenGa naar voetnoot98) twederleij op gaende vaaten, alsGa naar voetnoot99) groote en kleijne, en beeld mij oock in datter twee der leij horisontale vaaten sijn, die seer kleijn sijn, waer van eene soort als EEE.Ga naar margenoot+ maer 1.2.3. en meer beneffens den anderen leggen, die fig: 2.Ga naar voetnoot100) over dwars sijn doorsneden en met HHH aengewesen. De tweede soort die wijt van een leggen, als na proportie D. van G. leijt, en in haer lengte met DC. sijn afgeteickent. Dese vaaten sijn mede seer kleijn, naer advenant de opgaende vaaten, en leggen seer veel bij den anderen, sijn mede over dwars door sneden en met fig: 2: II.Ga naar voetnoot101) aen gewesen. KKKK. sijn de groote opgaende vaaten, in haer lengte door sneden, die ick mede meest doorgaens heb gesien dat met deeltgens beset waren, die men door een gemeen vergroot glas voor globulen soude aensien.Ga naar voetnoot102) Ga naar margenoot+No. 4. fig: 1. ABCD.Ga naar voetnoot103) is een afgebeeld stuckie Willigen hout,Ga naar margenoot+ dat omtrent soo groot in ons bloote oogh is, als fig: F. Het selvige bestaet mede uijt twederleij op gaende vaaten, als kleijne en groote vaaten, waer van de groote mede beseth sijn met deeltgens die men voor globulen soude aensien,Ga naar voetnoot104) inde selvige sie ick leggen schuijnse streepen, die ick mij voor desen heb in gebeeldGa naar voetnoot105) datGa naar margenoot+ klapvliesen waren,Ga naar voetnoot106) als fig: 2. in een vande selvige op gaende vaaten die met G. sijn aen gewesen afgeteickent.Ga naar voetnoot107) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
the tree increased in thickness in one year, and in which one can see very distinctly at AD or BC the beginning and the decrease of the growth. In this wood appear two sorts of ascending vessels, that is to say, large and little ones; and I imagine that there are also two kinds of horizontal vessels, which are very small. One sort of these,Ga naar margenoot+ as at EEE, lie beside each other, numbering 1, 2, 3 and more, and are cut transversely in fig. 2 at HHH. The second sort which lie far asunder in proportion as D lies from G and are drawn in their length at DC, are also very small vessels in comparison with the ascending ones and lie closely together in very great numbers. These are also cut transversely and are represented in fig. 2: II. KKKK are the large vertical vessels, cut lengthwise, which I have nearly always seen covered with particles that, seen through an ordinary magnifying glass, one would take to be globulesGa naar voetnoot39). Ga naar margenoot+Nr. 4, fig. 1 ABCD represents a piece of willow, to the nakedGa naar margenoot+ eye about as large as fig. F. It also consists of two sorts of verticalGa naar margenoot+ vessels, large and little ones. The large ones are also covered with particles that one would take for globules. I can discern in them slanting lines, which before this I took to be valvesGa naar voetnoot40). They are represented in fig. 2 in one of those vertical vessels indicatedGa naar margenoot+ by G. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
DeseGa naar voetnoot108) kleijne opgaende vaaten bestaen uijt uijtnemende dunne vliesiensGa naar voetnoot109) die mij on mogelijck waren soo Fijn met root krijt na te volgen, als het wel behoorde. Jck heb in dit hout maer eene soort van horisontale vaatenGa naar margenoot+ gesien, die in fig: 1:Ga naar voetnoot110) met EEE. in haer lengte sijn afgebeeld, dese vaaten sijn seer weijnich in getalGa naar voetnoot111) naer advenant de horisontale vaaten die mij tot noch toe in andere houten sijn te vooren gecomen, deselvige leggen seer weijnich in lengte, en daer bij maer een breet bij den anderen. Ga naar margenoot+fig: 2: HHH.Ga naar voetnoot112) alwaer deselvige vaaten over dwars sijn doorsneden en tusschen de op gaende vaaten die in haer lengte sijn af geteickent worden aen gewesen. Jn een vande groote opgaende vaaten fig: 2: GG.Ga naar voetnoot113) heb ick mede aen gewesen dat deselvige beset sijn met deeltgens die men voor globulen aensiet maer de selvige sijn van uijtstekendeGa naar voetnoot114) kleijnte. Ga naar margenoot+No. 5. fig: 1.Ga naar voetnoot115) is een stuckie Elsen hout welcke breete omtrentGa naar margenoot+ soo groot is, als een Verckens haer in ons bloote oogh, Het selvige bestaet mede uijt twee der leij opgaende vaaten, waer van de kleijnste soort uijt uijtstekendeGa naar voetnoot114) dunne vliesiens bestaen,Ga naar voetnoot116) ende de grootste soort uijt vliesiens die van deeltgens beset sijn,Ga naar voetnoot117) van uijt nemende kleijnte, en diemen mede geen ander naem als globule kan geven. Tusschen AB. ende CD. is het gene den Boom in een jaer in wasdom heeft toe genomen,Ga naar voetnoot118) EEEE. sijn de vaaten die horisontael loopen. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
These little vertical vessels consist of extremely thin membranesGa naar voetnoot41) which I could not possibly trace in red chalk as finely as they ought to have been drawn. In this wood I have seen only one sort of horizontal vessels,Ga naar margenoot+ represented lengthwise in fig. 1 at EEE. In comparison with the horizontal vessels that I have till now seen in other sorts of wood, they are very few in number and have only slight lengthGa naar voetnoot42), lyingGa naar margenoot+ rather broadwise near each other, as in fig. 2 HHH, where these vessels are cut transversely and where they are represented lengthwise in between the vertical vessels. In one of the large ascending vessels, fig. 2 GG, I have also indicated that they are covered with particles which one would take for globules, but these are extremely small. Ga naar margenoot+Nr. 5, fig. 1 is a piece of alder, about as broad as a pig's bristleGa naar margenoot+ is to our naked eye. It also consists of two sorts of vertical vessels, the smallest of which consists of extremely thin membranesGa naar voetnoot43), while the largest consists of films covered with extremely small particlesGa naar voetnoot44), which one can only call globules. Between AB and CD is the tree's growth in one year. EEEE are the horizontal vessels. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+fig: 2: FF. sijn de groote op gaende vaaten in haer lengte doorsnedenGa naar voetnoot119) HH. sijn de kleijne op gaende vaaten. GG. sijn de horisontale vaaten die alhier overdwars sijn doorsneden. Ga naar margenoot+Nò. 6. fig: ABCDEF.Ga naar voetnoot120) is een stuckie swart Mauritius ebbenGa naar margenoot+ hout,Ga naar voetnoot121) dat door een vergroot glas is geteickent, dat veel meerder vergroot als waer door de andere houten sijn af geteickent, na de mael de vaaten, men door een gemene vergrooting niet wel en kan ont decken, en dit af gebeelt stuckie hout, waer in haer vertoonen omtrent 1100. opgaende vaaten, en is niet grooter dan dat het met een gemeen sant kan bedeckt werden. Mijn voornemen was wel int eerste om dit hout grooter af te teickenen, na de mael ick desselfs afnemen int najaer, en toe nemen int voorjaer socht aen te wijsen, maer in mijn ondersoeckingen quam mij in gedachten, dat mijn arbeijt tot dien eijnde vergeeffs was, om dat soo danich hout in een Climaet wiert groot gemaecktGa naar voetnoot122) daer het altijt wasdom hadt,Ga naar voetnoot123) want het Eijlant Mauritius leijt weijnich graden benoorden de tropicus Capricornus.Ga naar voetnoot124) Jn dit hout stel ick vast, dat vier der leij opgaende vaaten sijn. GGG. sijn groote opgaende vaaten, waer van eenige in haer | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+Fig. 2 FF are the large vertical vessels cut lengthwise. HHGa naar margenoot+ are the small vertical vessels. GG are the horizontal vessels cut transversely in this case. Ga naar margenoot+Nr. 6, fig. ABCDEF is a piece of black Mauritius ebonyGa naar voetnoot45), drawn through a magnifying glass which magnifies many times more than those through which the other sorts of wood have been drawn, because one cannot discern the vessels by ordinary magnification; and this little piece of wood in which we can see about 1100 vertical vessels is so small that it can be covered by an ordinary grain of sand. My first intention was to draw this wood larger as I wanted to indicate the decrease (of its growth) in autumn and its increase in spring, but in the course of my investigations the thought occurred to me that my labour in that direction was vain, as such wood grows in a climate where the growth is continuousGa naar voetnoot46), for the Isle of Mauritius is situated only a few degrees north of the tropic of capricornGa naar voetnoot47). I find that there are four sorts of vertical vessels. GGG are large vertical vessels, some of which had apparently | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
schenen gehadt te hebben, een vloeijgeGa naar voetnoot125) materie,Ga naar voetnoot126) die int verdroogen op verscheijde plaetsen schenen t samen gestremt teGa naar margenoot+ sijn, als fig: 2: I.I.Ga naar voetnoot127) alwaer een vande groote vaaten, overlangs is doorsneden, wert aengewesen. Ga naar margenoot+fig: 3.Ga naar voetnoot128) is mede een vande groote vaaten, (dat noch door een meerder vergrootende glas is geteickent), het welcke veel doorschijnender was dan het voorgaende, mede beset met uijt nemende kleijne deeltgens Ga naar margenoot+De tweede soort van op gaende vaatenGa naar voetnoot129) die doorgaens geplaest leggen tusschen de horisontale vaaten, ABC. ende HH.Ga naar voetnoot130) sijn mede op veel plaetsen, ten dele gevolt met een swarte materie. De derde soort van opgaende vaatenGa naar voetnoot131) die volgen de circumferentie vanden Boom, en sijn BE. off CD. De vierde soort van op gaende vaatenGa naar voetnoot132) sijn die gene die ruijts gewijs tusschen de groote op gaende vaaten beslooten leggen, dese vaaten sijn van een vast hout, naer advenantGa naar voetnoot133) de vaaten van andere houten Want het kleijne rontge dat int wit staet,Ga naar voetnoot134) is alleen de open heijt van ijder op gaende vaatge, en het wit daer in het ront staet is het hout dat het pijpie off vaatge maeckt,Ga naar voetnoot135) en dese vaaten sijn soo dicht en vast in een geschickt, dat het selvige een hout schijnt te wesen, op die manier, als off wij ons quamen in te beelden, dat kleijne gaatgens seer regulier, in een vast hout geboort waren, | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
contained liquid matterGa naar voetnoot48) which, while drying up, seemed toGa naar margenoot+ have coagulated in various places, as seen in fig. 2 II, where one of the vessels, cut lengthwise, is shown. Ga naar margenoot+Fig. 3 is also one of the large vessels (drawn through a still stronger magnifying glass) which was much more transparent than the preceding one. It is also covered with very small particles. Ga naar margenoot+The second sort of vertical vesselsGa naar voetnoot49), usually situated between the horizontal vessels, ABC and HH, are also in many places partly filled with black matter. The third sort of vertical vesselsGa naar voetnoot50) follow the circumference of the tree and are indicated by BE or CD. The fourth sort of vertical vesselsGa naar voetnoot51) are those which lie enclosed, rhombic, between the large vertical vessels. These vessels are of a solid wood in comparison with other sorts of wood, for the little round spot in the white is only the aperture of each ascending vessel and the white surrounding the round spot is the wood which forms the pipe or vessel. These vessels are so closely and tightly arranged that the whole appears to be one piece of wood, as if we imagined that little holes had been drilled very regularly in solid wood. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+Fig: 2. KKK. sijn de horisontale vaaten overdwars doorsneden, waer van ickr twee fig: I.Ga naar voetnoot136) in haer lengte met, ABC. en HH. heb aen gewesen. Fig: 2: LL. sijn de kleijne opgaende vaaten in haer lengte van den anderen gesneden.Ga naar voetnoot137) Ga naar margenoot+No. 7: fig: 1.Ga naar voetnoot138) is een stuckie Palmen houtGa naar voetnoot139) door het selvigeGa naar margenoot+ vergroot glas geteickent, als het Mauritius Ebben hout, en hoe naeuwkuerigh ick dit hout doorsoght, soo konde ick geen veranderinghGa naar voetnoot140) gewaer werden, en daerom heb ick mede soo een kleijn gedeelte geteickent, dit hout en heb ick niet konnen sien, off het bestaet uijtGa naar voetnoot141) twederleij opgaende vaaten, als groote vaaten, en tusschen de groote vaaten kleijne vaaten, de groote vaaten bestaen mede uit vliesiens, sijnde deselve beset met uijtstekendeGa naar margenoot+ kleijne deeltgens,Ga naar voetnoot142) als in fig: 2.Ga naar voetnoot143) alwaer de groote vaaten in lengte sijn doorsneden, met EEEE. sijn aen gewesen. De kleijne vaaten haer hollicheden komen seer na over een met de hollicheden vande kleijne vaaten, int Mauritius Ebben hout, en in fig: 2: FF. over lengte gesneden sijnde, aengewesen.Ga naar voetnoot144) AB. ofte CD. sijn de horisontale vaaten, die in haer lengte, haer dus vertoonen, en over dwars doorsneden sijnde, in fig: 2.Ga naar voetnoot145) met GG. aen gewesen. Ga naar margenoot+No. 8. fig: 1. ABCDEF.Ga naar voetnoot146) is het afbeeldsel van een seer kleijnGa naar margenoot+ stuckie stroo over dwars af gesneden, soo datmen aen het deel vande circumferentie AF. wel bij sigh selfs kan afmeten, hoe groot het selvige is. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+Fig. 2 KKK are the horizontal vessels cut transversely, two of which I have shown in fig. 1, lengthwise at ABC and HH. Fig. 2 LL are the little vertical vessels lengthwise cut asunder. Ga naar margenoot+Nr. 7, fig. 1 is a piece of box-woodGa naar voetnoot52), drawn through theGa naar margenoot+ same magnifying glass as the Mauritius ebony. However carefully I examined this wood, I could not discover any changeGa naar voetnoot53) for which reason I have drawn such a small part. I have not been able to discover whether this wood consists of two sorts of vertical vessels, that is to say large vessels and, in between these large vessels, small ones. The large vessels also consist of membranes coveredGa naar margenoot+ with excessively small particlesGa naar voetnoot54) as shown in fig. 2, where the large vessels cut lengthwise, are shown at EEEE. The hollows of the little vessels closely agree with those of the little vessels in Mauritius ebony, figured, cut lengthwise, in fig. 2 FF. AB or CD are the horizontal vessels seen lengthwise, and shown in fig. 2 at GG, cut transversely. Ga naar margenoot+Nr. 8, fig. 1 ABCDEF represents a very small piece of straw,Ga naar margenoot+ cut transversely, so as to enable everyone to find its size by the part AF of the circumference. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ABEF. is de bast van het stroo,Ga naar voetnoot147) dat in ons oogh seer gladt is, en blinckt, het selvige bestaet meest doorgaensGa naar voetnoot148) uijt uijtstekende kleijne vaaten,Ga naar voetnoot149) en eenige die wat grooter sijn, die ick daer in soo naGa naar voetnoot150) heb afgebeeld als het mij doenlijck was. GGGG. sijn de vaaten waer uijt de binnenste deelen van het stroo ten merendeel bestaet,Ga naar voetnoot151) dese vaaten sijn 4. 5. à. 6. sijdich, al na dat deselvige in haer maecksel komen te schicken.Ga naar voetnoot152) HHH. sijn vaaten die tusschen de verhaelde vaaten in loopen,Ga naar voetnoot153) deselvige sijn ront om beseth metGa naar voetnoot154) kleijne vaatgens. Jn dese vaaten heb ick het sap, (ten tijde vande wasdom int stroo) seer schielijck sien neder vallen, in die selfde tijt wanneer ick inde vaaten met GG. aen gewesen het sap sagh om hoogh brengen,Ga naar voetnoot155) welck op gebrachte sap, dat meestGa naar voetnoot156) uijt globulen bestont, en wanneer dese globulen de klapvliesen quamen te passeren, alwaer dese vaaten op haer naeust sijn, soo veranderden de verhaelde globulen in Conos gewijse gedaente tot ter tijtGa naar voetnoot157) deselve in een ruijmer plaets quamen, en dan de gedaente van een globule weder aen namen. Ga naar margenoot+fig: 2.Ga naar voetnoot158) sijn de op gaende vaaten in haer lengte af gebeeld, en die in fig: 1:Ga naar voetnoot159) met GG. sijn aen gewesen. 1.1.1.1. sijn de plaetsen daer de klapvliesen sijn, en de vaaten op haer naeuwst sijn. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
ABEF is the bark of the strawGa naar voetnoot55), which, to our eyes, is very smooth and shining. It consists for the greater part of very small vesselsGa naar voetnoot56) and of some that are a little larger, which I have tried to figure as accurately as possible. GGGG are the vessels of which the inner parts of the straw mostly consistGa naar voetnoot57). These vessels have 4, 5, or 6 sides, depending on how they were arranged when first formed. HHH are the vessels in between the above-mentioned vesselsGa naar voetnoot58). They are round and covered with little vessels. I have seen the sap in these vessels (during the growth of the straw) descend very rapidly, at the same time when I saw the sap in the vessels GG conveyed upwardGa naar voetnoot59). The sap, conducted upward, consisted mostly of globules; whenever these globules passed the valves where these vessels are narrowest, they changed into a conic form, till they came to a more spacious place and again took their globular form. Ga naar margenoot+Fig. 2Ga naar voetnoot60) represents the vertical vessels seen lengthwise indicated by GG in fig. 1; 1111 are the places where there are valves and where the vessels are narrowest. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+ Jck heb in mijn missive vanden 25. April geseijt vande menichvuldige dierkens inde hom (anders het mannelijck saet) van kabbeljaeuw en snoeck, Jck heb mijne speculatienGa naar voetnoot160) vervolgt en geobserveert de hommen van groote en kleijne Baers, jtem van Brasem, en Voorn, als oock mede van Zeelt. op die tijt als de vo̅o̅r̅n̅Ga naar voetnoot161) visschen haer hom schooten, en hebbe daer inne mede soo een ongeloofflijcke menichte van dierkens sien leven, als in mijn voorgaende missive vermelt. Doch alsoo de verhaelde visschen, niet op eene tijt haer hom schieten, soo heb ick de dierkens uijt verscheijde visschen tege[n]Ga naar voetnoot162) malkanderen niet konnen examineren, omme was het mogelijc[k] te sien, offr eenich verschil in groote off maecksel was; maer soo veel mijn gedachten toe draegt,Ga naar voetnoot163) moet ick seggen, datter geen verschil in en was, en bij aldien eenige Heeren genegen mochten sijn, omme dese mijne speculatien na t[e] volgen, soo gelieven deselve verdacht te sijn, datse de tijt wel moeten waer nemen, als de verhaelde visschen haer hom schieten, Want op die tijt is haer hom die aenden uijtgangh geplaest is, seer dun en waterigh, soo dat de dierkens alsdan seer langh konnen leven, en deselvige bewegen haer oock op die tijt boven gemeen, daer in tegendeel als de hom sodanich is gestelt, dat die noch niet volkomen rijp is, en dat wij die met geweltGa naar voetnoot164) uijt de vis moeten drucken, soo kan men beswaerlijck de dierkens sien leven.Ga naar voetnoot165) Dit sijn dan mijne geringe observatien die ick UEd: voor dees tij[t] heb goet gedacht mede te deelen. Mijn gedienstich versoeck is off UEd: mij gelieft te adviserenGa naar voetnoot166) vanden ontfangh van desen, en van mijn voorgaende missive, en daer beneffens hoe dat dese mijne afgetekende houten UEd: ende UEd: geleerde Heeren PhilosophenGa naar voetnoot167) bevallen, en off die soo waerdich sullen geoordeelt werden, datse UEd: sal laten drucken, Jck sal oock de transactien | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+In my letter of April 25th I mentioned the numerous little animals in the milt (or male semen) of cod and pike. I have examined the milt of large and small perch, of bream, of roach and also of tench at the time when fish milt, and have seen there also as incredible a multitude of living animalcules as mentioned in my previous letter. But as the above-mentioned fish do not milt at the same time I have not been able to compare the little animals from different fishes, in order to find out, if possible, if there was any difference in size or shape. But as far as I remember I cannot but say that there was no difference. If any of the Gentlemen should like to imitate my investigations, they should bear in mind that they must carefully watch the time when the above-mentioned fish milt, for at that time the soft roe near the aperture is very thin and watery, and so the little animalcules live very long. At that time they are also uncommonly mobile, while on the contrary, when the milt is not yet quite ripe and we must forciblyGa naar voetnoot61) press it from the fish, we can hardly see that the little animals liveGa naar voetnoot62). These, then, are the slight observations which I have thought fit to communicate to you for the present. I humbly request you to acknowledge the receipt of this letter and of my previous missive and also to let me know how yourself and the Philosophers like my drawings of the different sorts of wood, and whether they will be judged worthy of printing. Also, I will look forward to | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
waer van UEd: mentie maeckt in UEd[:] laeste missive volgens UEd: belofte, als oock mede die van[de] heer Nehemias Grew. met verlangen te gemoet sien. Blijve mijn Heer na presentatie van mijn geringen dienst en groetenisse aen UEd: geleerde Heeren Philosophen.
Mijn Heer
UEdts. seer onderdanigen en verplichten Dienaer
Antonj Leeuwenhoeck
Ga naar margenoot+BCD.Ga naar voetnoot168) is de circumferentie van een geimagineerden Eijcken, Essen, etc. BoomGa naar voetnoot169) de welcke 18. kringen heeft en daerom 18. jaren Out is, soo datGa naar voetnoot170) alle jaren den Boom een kringh toe neemt (te weten ijder laeste jaer wert de grooste kringh gemaeckt, doch niet alleGa naar voetnoot171) even groot, maer al na dat het een vruchtbaer jaer is,) enGa naar voetnoot108) al hoe wel ick verstaen heb dat de verstandigeGa naar voetnoot172) Heeren Malphigius en Nehemias Grew, seer geleerdelijck daer omtrent hebben geschreven,Ga naar voetnoot173) neem ick echterGa naar voetnoot174) de vrijmoedicheijt, de vaaten in het hout, voor soo veel die mij bekent sijn, aen te wijsen,Ga naar voetnoot175) en alleen maer een kleijn stuckie hout, uijt den gantschen Boom te vertoonen, als niet twijffelende, off men sal daer door de rechte geschapenheijt van een gantsche boom | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
receiving the Transactions mentioned by you in your last letter, and which you and Mr. Nehemiah Grew promised to send me. I remain, Sir, after offering you and the learned Philosophers my slight services and greetings,
Your very humble and obliging servant
Antonj Leeuwenhoeck.
Ga naar margenoot+BCDGa naar voetnoot63) is the circumference of an imaginary oak, alder etc. which has 18 rings and consequently is 18 years old, because every year the tree increases by one ring (that is to say, every time last year's ring is the largest, but not of the same size every year, depending on its being a fruitful year). And although I understand the learned Gentlemen, Malpighi and Nehemiah Grew, have very eruditely written about thisGa naar voetnoot64), I yet take the liberty to indicate the vessels in the wood, as far as these are known to me, and to show only a small piece of wood taken from the entire tree not doubting butGa naar voetnoot65) this will enable us to imagine the true | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
sigh konnen in beelden,Ga naar voetnoot176) en soo danich stuckie hout, waer van eenige figueren hier nevens gaen, sullen wij ons verbeelden te sijn inde 15. kringh E. dogh meest doorgaens kleijnder. enGa naar voetnoot176) wanneer wij een door gesaeghden Boom glad laten schaven, soo sullen wij meest doorgaens striemen sien komen uijt het Centrum vanden Boom A. loopende na de circumferentie vanden Boom, B. dat vaaten sijn, die het op gebrachte sap na de Bast brengen, als bij de nevensgaende figueren breder. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
structure of the whole tree.Ga naar voetnoot66) And such a piece of wood - some figures of which I enclose - we must imagine to belong to the 15th ring, E, but to be mostly smaller than E; and when we plane a tree, which has been sawn across quite smooth we shall always see veins issuing from the centre of the tree, A, and running towards the circumference, B, which are vessels that conduct the sap that has been conveyed upward, to the bark of the tree, as is shown circumstantially in the accompanying figures. |
|