Alle de brieven. Deel 2: 1676-1679
(1941)–Anthoni van Leeuwenhoek– Auteursrecht onbekendGepubliceerd in:
| ||||||
Korte inhoud:Nadere onderzoekingen aangaande erythrocyten, in het bijzonder over de vormverandering daarvan. Over proeven met bloedtransfusie door Regnier de Graaf. Observatie van melk. Onderzoek van sputum. Over de ontwikkeling van vlooienlarven. Herhaling van het onderzoek van levende wezens in water en peperinfusie. | ||||||
Opmerkingen:In zijn ‘Missive’ van 17 Dec. 1698 noemt Leeuwenhoeck dezen brief den 23sten! | ||||||
Letter No. 37 [23].
| ||||||
Published in:
| ||||||
Summary:Further examination of the red blood-corpuscles, especially of the changes in their form. Regnier de Graaf's experiments on blood-transfusion. Observations of milk. Examination of sputum. The development of larvae of fleas. Repeated observations of living creatures in water and in an infusion of pepper. | ||||||
Remarks:In his letter of December 17th 1698 Leeuwenhoeck calls this letter his 23rd. | ||||||
Roberto Hooke.
Delff in Holland den 14e jann: 1678.
Mijn Heer.
U:Edts seer aengenamen vanden 30. 9mb.r is mij eerst den 8. jannuarj ter hant gecomen, waer in gesien het groot gevallen, en danckbaerheijt vande geheele Coninckl. Societeit, over mijne geringe ontdeckingen, over welcke eer en beleefthedenGa naar voetnoot1, ick ten hooghsten danckbaer ben, en seer gedienstel.Ga naar voetnoot2 versoeck off U:Edt die goetheijt gelieft te hebben, omme de gantsche Coninckl. Societeit van mijnent wegen seer onderdanich te groeten, Inde selve UEde missive, en wort geen mentie gemaect, van mijne observatien vanden 2. Xmb.r nieuwe stijlGa naar voetnoot3 mede geaddresseert aen sijn Edt de Heer Brounker, en daerom in twijffel ben, off deselve wel mocht sijn te recht gecomen. En nademael U.Ede segt, wat observatien ick toe sende, met een danckbaer gemoet,Ga naar voetnoot4 de vermaerde Societeit sal aengenaem sijn, soo heb ick goet gedacht, dese mijne ondersoeckinge U.Ede ende der selver geleerde Hrn Philosophen toe te laten comen. Ga naar margenoot+Sedert dat ick geschreven heb van t bloet van Palingh, en Ael,Ga naar voetnoot5 en heb ick niet ledigh gestaen, met het bloet te besichtigenGa naar voetnoot6, dogh meest van mijn bloet, dat ick sedert eenigen tijt, seer veel onvermoeijl. heb besigtigt, na dat ick het selvige alle bedenckel. beweginge hadde aen gebragt, onder welcke observatien, ick wel heb gesien, dat de globuli van mijn bloet, sodanige figuer hadden aengenomen, als ick voor desen geseijt heb, dat de globuli bloet | ||||||
[Roberto Hooke.
Delft in Holland, January 14th, 1678.]
Sir,
Yours of the thirtieth of November I received not till January, [8th], whereby understanding the kind reception of my former by the R.S. I here return my acknowledgment to that illustrious Company for their great civility: but I wonder that in your Letter I find no mention made of my Observations of the second of December, St. No.Ga naar voetnoot1 [also addressed to Lord Brouncker,] which makes me doubt whether the same came to your hands. Since you assure me that what I send of this nature will be acceptable to the renowned Society, I have adventured again to send you some of my farther Enquiries, to be communicated to that learned Philosophical Company. Ga naar margenoot+Since I wrote of the Blood of Eels, and of young EelsGa naar voetnoot2, I have not been idle to view Blood, but especially my own, which for some time I have indefatigably examined, after that I had put it into all conceivable motions. Among which Observations I well saw that the globuli of my own blood took the same figure which I formerly mentioned, that the Globules of the blood of Eels | ||||||
van Ael, en Paling, hadden gehadt,Ga naar voetnoot7 en sulcx siende heb ick weder getwijffelt, aende oorsaeck vande smert, die het bloet, van Ael en Paling, het oogh aen brengt. Dese mijne verhaelde menichvuldige observatien van mijn bloet, heb ick tot geen ander eijnde gedaen, dan omme was het mogelijck te observeren, de delen waer uijt, de globuli bloet bestonden, Jn dit observeren, heb ick de globuli bloet, veel buijghsamer bevondenGa naar voetnoot8 als ick deselvige mij voor dato hadde ingebeelt, Ick heb mij de globuli bloet verscheijde malen voor het gesigt gebragt, dat deselve wel drie mael soo langh waren uijt gereckt, als de axe vande selve sijn, sonder dat de blaesjensGa naar voetnoot9 die de superfitie vande globuli maeckte ontstucke braecken; en heb oock daer beneffens gesien, dat de globuli bloet, in het voorbij en door malcanderen passeren, omme haer buijghsaemheijt, veelderhande figueren aen namen,Ga naar voetnoot10 ende dat deselve in een ruijmer plaets comende, haer voorgaende globositeitGa naar voetnoot11 hadden, dat een uijtnemende vermaeck was, omme te aenschouwen. Als oock mede dat daer de globuli bloet, wat veel bij malcanderen waren, ende alsoo kout wierden, hoe dat deselvige met den anderenGa naar voetnoot12 vereenigden, en maeckten alsoo een materie die seer effenGa naar voetnoot13 was, daermen (om soo te spreecken) geen delen in bekennen konde, op die manier, als off wij ons in beelden te hebben, een schotel waer in lagen eenige globili (!) gemaect van Was, en datmen de schotel op een groot vuier hadde geset, waer door de globuli Was, schielijck waren gesmolten, Uijt welcke samen lopinge, off vereeninge vande globuli, heb ick bij mij vast gestelt, dit de redenen te sijn, | ||||||
appeared of to the eyeGa naar voetnoot3: upon seeing which I doubted again at the cause of the smart which the blood of the Eels causes in the eye. These my many times repeated Observations of my own blood I made to no other end, than if it were possible, to observe the parts out of which the Globules of the blood consisted: With observing this, I found the globulous blood much more pliableGa naar voetnoot4 than I did imagine the same before. I have at several times bended these Globules before my eyes, that they were three times as long as broad, without breaking [the vesiclesGa naar voetnoot5 which form the surface of the globules]Ga naar voetnoot6: and besides I saw that the Globules of blood in passing by and through one another, did, by reason of their pliableness receive many sorts of figuresGa naar voetnoot7, and coming thence into a larger place, they recovered their former globulosity which was a very great pleasure to observe: and withal, that the Globules of blood coming many together, and growing cold thereby, came to unite, and made a matter very smooth, wherein there were no more parts distinct to be taken notice ofGa naar voetnoot8, much after the same manner as if we supposed a Dish filled with balls of wax set over a [big] fire, by which they would quickly be melted together, and united into one mass; by which uniting of the Globules, I concluded | ||||||
van het accidentGa naar voetnoot14, dat men het coude vuierGa naar voetnoot15 noemt, en oock mede dat, wanneermen door koudeGa naar voetnoot16 hant, off vingeren, comt te verliesen, dogh ick geeff dit anderen over. Ga naar margenoot+En heb oock eijntel. tot mijn groot genoegenGa naar voetnoot17, seer naecktGa naar voetnoot18 voor de oogen gestelt, hoe dat de globuli bloet, van binnen weder bestonden uijt globulo (!), die beslooten lagen, in het verhaelde taije blaesje; En heb oock veel devoirenGa naar voetnoot19 aen gewent, omme het getal vande seer kleijne globulo (!), daer uijt ijder globulus bloet bestaet, na te speuren, en heb eijntel. mij selven vast ingebeelt,Ga naar voetnoot20 te connen sien, dat ijder globulus weder bestont, uijt 6. distincte globulen, die niet minder buijgsaem waren, dan de eerst geseijde globuli, want veeltijts sagh ick seer klaer, hoe dat de kleijne globuli, haer voegden, en schickten, na de figuer, die het blaesje, ofte eerste globulus bloet, hadde aen genomen,Ga naar voetnoot21 want als het eerste globulus, in lengte lagh gestrect, soo lagen de innerlijcke globuli, mede in lengte, en dus quam een globulus bloet, te ver- | ||||||
this to be the reason of the accidentGa naar voetnoot9 which is called the cold fireGa naar voetnoot10, and of that also which causes the hands or fingers to be lostGa naar margenoot+ by cold: but I leave this to others. To my great satisfaction I finally saw very clearly that the blood-globules internally consisted of globules enclosed in the before-mentioned tough vesicle]Ga naar voetnoot11: and withal, I took much pains to observe the number of the same very small globules, out of which the greater Globules do consist: that at last I strongly imagined, that every of the greater Globules consisted of six smaller Globules, no less pliable than the aforesaid: for oftentimes I saw very clearly how the small Globules joyned and adapted themselves according to the figure the Vesicle or larger GlobuleGa naar voetnoot12 at length had takenGa naar voetnoot13, [for, when the first globule lay stretched out, the internal globules were also stretched; | ||||||
toonen,Ga naar voetnoot22 als off het uijt 3. à. 4. draatgens, was te samen geset, Ick heb aende eerst geseijde globuli bloet, sodanige krachtige beweginge gebragt, dat de blaesjens ontstucken barsten, en alsdan verspreijden haer de kleijne globuli mede uijtsteeckende naect,Ga naar voetnoot23 Dese eerste globuli bloet, kan ick soo naect en groot sien, als off wij met ons bloote oogh, met groote naeuwkeuricht aenschouden de geschoote kuijt-greijnenGa naar voetnoot24 van kabbeljaeuw. Ga naar margenoot+Ontrent 9. à. 10. jaren geleden, opende Dor de Graeff Sar in mijn bij wesen, een vena van een Hont, en tapte uijt deselve ader den Hont soo veel bloet aff, tot dat den Hont als Flaeuw lagh, en alsdoen opende hij weder een arterie, van een tweeden Hont, en bragt door vogel-schagten, uijt de arterie vande tweede Hont, het bloet, inde vena vande eersten Hont, (waer door den eersten Hont, weder Herstelt wierd) en dat soo langh, tot dat den tweeden Hont, mede Flaeuw was:Ga naar voetnoot25 als wanneerGa naar voetnoot26 de gemelte de Graaff Sar door een spuijt, warinne koeije-melck, inde arterie vanden tweeden Hont spuijte, jn gedachte sijnde,Ga naar voetnoot27 den tweeden Hont, soo int leven te houden, (seggende de melck is bloet)Ga naar voetnoot28 maer soo ras en was de | ||||||
thus a globule of blood appeared to be composed of three or four threads]Ga naar voetnoot14. Moreover, I put the greater Globules into so violent a motion, that their Vesicles burst in pieces, and then the lesser Globules appeared plainly to be scattered. This first Globule I can see as plainly and great, as with the naked eye one should look upon the eggs or spawn of a Cod-fish. Ga naar margenoot+About nine or ten years since Dr. GraffGa naar voetnoot15 opened in my presence the vein of a Dog, and let out so much blood that the Dog grew faint; then he opened the Artery of another Dog, and by a pipe [by means of a quill] transfused the blood of this second into the first, whereby the first was recovered, [and continued this till] the second was faintGa naar voetnoot16. Then the said Doctor injected back into the Artery of the second, a quantity of Cows milk, supposing thereby to preserve the second dog alive, saying, milk was bloodGa naar voetnoot17: but no sooner was the milk put into the artery, but the | ||||||
melck, niet inde arterie vande Hont gebragt, off den Hont die storff. En nademael meest doorgaens het seggen is, dat melck,Ga naar margenoot+ bloet is. Soo sal ick de delen vande melck, voor soo veel als die bij mij, tot noch toe is geobserveert, verhalen. Ick heb voor desen geseijt,Ga naar voetnoot29 dat de melck bestaet uijt globuli, drivende door een dunne, clare waterachtige materie, die wij weij noemen, maer gelijck de eerste globuli bloet,Ga naar voetnoot30 alle bestaen, uijt een ende deselvige groote, soo is het contrarie met de melck, want die globuli bestaen, uijt verscheijde grootheden, en soo veel grootheden, als wij ons connen inbeeldenGa naar voetnoot31 datter sijn, tusschen het kleijnste santge, en een steentge soo groot als een geerst greijntge, uijt soo veelderhande grootheden, bestaen de globuli melck, die alle seer helder sijn, als off het cristal was, uijtgesondert, dat door deselvige dreven, eenige irreguliere deeltgens, dogh meest hellende na deGa naar margenoot+ ronde kant, dese hadden een vetachtig wesen, en imagineerde mij, dat deselve, de booter was. Der selver irregulierht van dese globuli, beelde ick mij in, dat alleen hier in bestont, namentl. dat soo ras, als de geimagineerde globuli booter kout wierden, een stijver lichaem quamen aen te nemen, en wat aenstootingen, off aenraackingen, deselvige in het kout werden kregen, dat deselvige die behielden, en daerom irregulier waren. De verhaelde bijsondereGa naar voetnoot32 verschillende grootheden inde melck siende, heb ick mij ingebeelt, dat dus veroorsaect wierden. Ick stelde bij mij dan vast, datter melck-vatenGa naar voetnoot33 waren, die geen andere deelen in haer beslooten hadden, dan de materie, waer uijt gemaeckt wierden, de menichte van globuli, en dat deselve materie, soo langh die inde vaaten beslooten was, uijt een materie bestont, die seer effenGa naar voetnoot13, en glad was, sonder datmen daer inne, eenige delen soude connen bekennen, en dat deselve vaaten, haer quamen te loosen, off te storten, in vaaten, die in haer hadden, een geheele andere materie, strijdende, ofte gansch niet over een comende, met de eerst geseijde materie, dat ick stel de Weij te sijn inde melck, waer door dan comt te geschieden, dat de eerst geseijde, substantiele materie, als comt te schiften, en alsoo veelderhande grootheden, van globuli maeckt, Als bij exempel, men beelt sich | ||||||
dog died. And whereas 'tis commonly said that milk is Blood,Ga naar margenoot+ therefore I shall relate of what parts the Milk consists, so far as I have hitherto discovered. I have said heretoforeGa naar voetnoot18 that the Milk doth consist of Globules swimming in a thin clear watery matter which we call Whey: but as the great Globuli of BloodGa naar voetnoot19 are all of the same bigness, so in the Milk they are quite differing, being of as many sizes and magnitudes as we can imagine, between the smallest sand, and [a pebble the size of] a barley cornaant. ; all of them being as clear as Crystal; save only that through and between the same [float]Ga naar voetnoot20 some irregular particles for the most partGa naar margenoot+ rounded: these had a fatty substance, which I imagined to be the [butter]Ga naar voetnoot21: [I imagine that the irregularities of these globules only consisted in this: as soon as what I imagined to be butter globules became cold, they also became harder and thus retained any impression made by their being touched or bumped, the result being their irregular shape]Ga naar voetnoot22. Viewing the aforesaid differences [in size] of the Milk Globules, I supposed that [there are]Ga naar voetnoot23 Milk vessels [that] have no other parts included but the matter out of which they are all made [(that is to say) the numerous globules]; and that the same matter, so long as included in the vessels, consisted of one [even, smooth]Ga naar voetnoot24 matter, so that one could not distinguish parts; and that the same vessels discharging this uniform matter into other vessels, containing a substance of a quite differing nature [antagonistic to or at least not agreeing with the first mentioned matter], which I suppose to be the Whey, [whereby it] comes to be separated into these Globules of so differing magnitudes. This may be represented by having two | ||||||
in te hebben, speecksel, off Vet, die ick vergelijck bij de Weij, inde eene vaaten, ende de andere vaaten, die in haer hebben, de materie die de globuli maecken, vergelijck ick bij quicksilver, dit quicksilver, vermengende met speecksel, off Vet, sal separerenGa naar voetnoot34, in menichvuldige, in grootheijt verschillende globuli. off anders, wij hebben seeckere soorten van gommen, in Spieritus van Wijn, te smelten geleijt, welcke Spieritus van wijn, en gom, met den anderenGa naar voetnoot12 soo effen sijn vereenigt, dat daer geen deelen in te bekennen sijn,Ga naar voetnoot35 die ick vergelijck, bij de dicke substantiele materie, inde bijsondere vaaten gemaeckt, ende datmen dan vande selve gemengde Spieritus, eenige droppelen neemt, en giet die in een weijnich regenwater, welck water ick vergelijck, bij de Weij, inde bijsondere melck vaaten, dit soo sijnde, soo sal aenstonts, comen te geschieden, dat de gom, een ongelooffl. menichte, van seer heldere globuli sal aen nemen, en alsoo de vermengde, verhaelde materien, soo wit maecken, als off het melck selver was.Ga naar voetnoot36 En dus stel ickGa naar voetnoot37, dat het met de melck inde aderen toegaetGa naar voetnoot38 Ga naar margenoot+Men heeft mij oock te meermalen te gemoet gevoert, dat het vlees, uijt geen andere deelen en bestont, dan uijt geronnen bloet,Ga naar voetnoot39 doch wat devoiren ick heb aen gewent, soo heb ick de eerste bloetdelen, inde vlees striemen niet connen sien, maer sodanige deeltgens, die inde eerste globuli bloet beslooten leggen.Ga naar voetnoot40 Ga naar margenoot+Voorleden soomer eenige weecken sieckelijck gaende, wierde ick veel Fluijmen quijt, die groen, seer taeij, en suijer inde keel op quamen, en tot noch toe continueren, dogh op verre na soo veel niet, als voor desen, en eenige vande gene die ick smergens | ||||||
vessels filled, the one with [saliva or] Fat, representing Whey; the other with Quicksilver, resembling the uniform matter of the Milk: these blended together, the Quicksilver will be separated into small Globules of differing magnitudesGa naar voetnoot25. Or further, it may be explained by a dissolution of some gums in Spirit of Wine, [which spirit of wine and gum are so equally mixed that the separate parts cannot be recognizedGa naar voetnoot26 and that I compare them with the thick matter in the special vessels;] a drop of which being put into rain water (which I compare to Whey) the Gum becomes separated immediately into an incredible number of small clear Globules, which makes it appear also as white as Milk it self: and thence I suppose that the whiteness of Milk hath the same causeGa naar voetnoot27. Ga naar margenoot+I have been often minded by some, that flesh was nothing else but clodded bloodGa naar voetnoot28; yet for all my endeavours I was never able to find the first particles of blood in the fibres of the flesh, but only such as are contained in the first GlobulesGa naar voetnoot29. Ga naar margenoot+The last Summer being sickly for some weeks, I voided much Flegm, which was green, tough, and acid in the throat, which yet continues; but nothing near so much as before: and some of it which I voided in the morning was of so heavy a matter, that it | ||||||
loosde, waren soo stoffswaerGa naar voetnoot41, dat deselve int water soncken; de redenen van haer stoff-swaerheijt ondervond ick te bestaen, uijt oorsaeck, dat deselve niet vermengt waren, met lugt belletgens, die meest doorgaens inde Fluijmen vermengt sijn, bij dit voorval heb ick mijn Fluijmen, verscheijde malen geobserveert, en deselvige bevonden te bestaen, uijt een taeije slijmige vochtigheijt, vermengt met veel globuli,Ga naar voetnoot42 en hoe deselve Fluijmen, taeijer en dicker waren, hoe de globuli in grooter menichte waren, De globuli maeckten oock de groene couluer inde Fluijmen,Ga naar voetnoot43 deselve globuli waren van een ende deselve groote, als de eerste globuli bloet, ende inder daet het bloet selffs, en alleen nu maer een andere couluer vertoonde,Ga naar voetnoot44 want gelijck ick hier vooren geseijt heb, dat ijder globulus bloet, in haer beslooten hadden 6. distincte kleijne globuli, soo konde ick het selvige getal, noch netterGa naar voetnoot45 bekennen, inde globuli fluijmen,Ga naar voetnoot46 dan inde globuli bloet, uijt oorsaeck, om dat de blaesjens, die de eerste globuli fluijmen maeckte, saghter en brooser waren, dan die geene van het bloet, de oorsaeck hier van jmagineerde ick mij, was, om dat de blaesjens vande globuli fluijmen, al eenige bedervinge hadde aen genomen,Ga naar voetnoot47 vorders lagen inde taeije lijmachtige materie vande Fluijmen, mede vermengt, veel seer dunne vliesjens, en gelijck ick voor desen geseijt heb,Ga naar voetnoot48 hoe dat onse opperste ongevoelige Huijtge, continuel. van boven afschilfert, en van onderen weder aengroeijt, insgelijcx imagineer ick mij, dat het met de binnenste Huijtgens, van Slock- | ||||||
sunk in the water: the ponderosity of it I found to proceed from its not being filled with airy bubbles, which most Flegms are mixed with. [On this account]Ga naar voetnoot30 I observed my Flegm very often, and found it to consist of tough slimy moisture, mixt with many GlobulesGa naar voetnoot31; and the tougher [and thicker] the Flegm was, the greater was the quantity of Globules; and from them also proceeded the green colour of itGa naar voetnoot32. All these Globules were of one and the same bigness with the first Globules of the blood; and [were indeed the very blood], but only of a different colourGa naar voetnoot33: for as I observed the greater blood Globules to consist of six lesser, so here I could see them more plain; [because the vesicles forming the first flegm globulesGa naar voetnoot34 were]Ga naar voetnoot35 more slender and tender than [those] in the blood: the reason whereof I suppose to be that the vesicules of the Flegm Globules had already received some kind of corruptionGa naar voetnoot36: besides, there was mixt with the tough part of the Flegm great quantity of very thin cuticles: and in the same manner as I have heretofore explainedGa naar voetnoot37 how our [outermost, insensitive] cuticle is supplied underneath, as the upper part is rubbed offGa naar voetnoot38, so I suppose the inner cuticles of the gullet aspera | ||||||
darm, GorgelGa naar voetnoot49, Longe pijpenGa naar voetnoot50, ende etc. toegaet, ende dat dit de schilfertgens sijn, als boven verhaelt.Ga naar voetnoot51 Als mede dreven door deselve eenige weijnige deeltgens, die ick omme haer kleijnheijt, geen figuer konde geven, dogh ick sagh deselve eer voor vierkant dan ront aen.Ga naar voetnoot52 Ga naar margenoot+Ick heb inde na somer vloij-wormen opgeslooten, om datseGa naar voetnoot53 haer omspinnen souden, en eenige van dese spinsels, heb ick sedert weijnige dagen, ontstucken gebrooken, als wanneer uijt ijder vande selve, een vloij quam springen, Dogh deselve omme de koude waren seer traegh, en vielen veeltijts op sij, dit siende stelde ick vast, dat de Vloijen die int na jaer niet uijt comen, een gantsche winter, in haer gespin blijven leggen, en wanneer maer warmte vernemen, alsdan uijt het gespin dat sij gemaeckt hebben, (doen sij nogh wormen waren) comen.Ga naar voetnoot54 Ga naar margenoot+Twas mij oock aengenaem te verstaen, dat UEle ende de geheele vermaerde Coninckl. Societeit, hadden gesien, in soo een kleijne quantiteit water naulijcx een stoff groote, soo een overGa naar voetnoot55 menichte dierkens, Als oock mede was het mij aengenaem te verstaen, dat de dingen, die UEle mochten voorcomen, mij sullen toe gesonden werden, die ick met verlangen sal te gemoet sien. Ga naar margenoot+Ick kan mede niet naerlaten te adverterenGa naar voetnoot56, dat ick de kleijnste soort van dierkens, die ick voor desen geen figuer heb connen geven,Ga naar voetnoot57 nu seer naeckt en klaer haer gedaente kan bekennen, en om het vermaeck, dat ick voor mijn selven schep, inde menichvuldige aengename maecksels, met hare bewegingen, die soo nu en dan int water comen, soo heb ick den 4e deser lopende maent, als wanneer het hart vroor 1/3 gestooteGa naar voetnoot58 peper, en 2/3 hoogh regenwater, in een schoon glaesje gedaen, ende dat den eersten nacht in mijn slaepcamer geset, des anderen daeghs het weer versagt | ||||||
arteriaGa naar voetnoot39, [bronchi, etc.]Ga naar voetnoot40 are taken off by the FlegmGa naar voetnoot41. There [floated]Ga naar voetnoot42 also, through the Flegm some other particles, which from their smallness I could not assign them a figure, but I conceived them rather [square]Ga naar voetnoot43 than roundGa naar voetnoot44. Ga naar margenoot+[In autumn I enclosed some flea grubs that they might spin cocoons]Ga naar voetnoot45 and within these few days I broke some of these Webs, when from each of them [jumped a flea]Ga naar voetnoot46, which from the cold were very weak, and were unable to stand; by which I conceive that those which came not out in the latter part of the year, remain the whole Winter in their Webs, till the warmth makes them come out [of the cocoonsGa naar voetnoot47 which they span when they were still grubs]. Ga naar margenoot+I was pleased to understand that your self and the Society had seen in so small a quantity of water as [a particle of dust]Ga naar voetnoot47a, so great a number of Creatures; as also, that I shall be partaker of what you shall observe, which I shall with longing desire expect. Ga naar margenoot+I cannot but mention that that small sort of Creatures which I heretofore could give no description ofGa naar voetnoot48, I now see their figure. And for the pleasure I take in the various pleasing shapes, with their motions, which do now and then appear in the water, I have the fourth of this month, when it froze hard, [filled a small clean glass with pounded pepper to a third of its height, adding two third of rain-water]Ga naar voetnoot49, which I set the first night in my Bed-chamber; the next day, the weather being milder, I set it in my [closet]Ga naar voetnoot50, and | ||||||
sijnde op mijn comptoir geset, en binnen 3. mael 24 uren, ontdeckten, ick soo een groot getal, en soo onbegrijpel. kleijne dierkens, dat het in een Mensch sijn gedachten, niet en is te brengen,Ga naar voetnoot59 en na mijn oordeel, waren de meeste soort, veel meer dan 1000. mael dunder, dan een Hair van ons Hooft, en drie à. 4. mael soo langh als dick, deselve maeckten met haer achterste deel van haer lichaem, veeltijts soo een snelle voortgangh als off wij een snoeck door het water sagen schieten, dogh ijder schootGa naar voetnoot60 bestont in lengte meest doorgaens omtrent, een halve hair breet,Ga naar voetnoot61 de andere soorten, daer van eenige nogh kleijnder waren, sal ick haer gedaente,Ga naar voetnoot62 om dat het al te langh schrijff-werck soude sijn, staeckenGa naar voetnoot63. Alleen moet ick seggen, dat ick veeltijts in peperig water, dat wat langh gestaen heeft, onder de extraordinaireGa naar margenoot+ kleijne dierkens, Aelkens heb gesien,Ga naar voetnoot64 die haer maecksel, en bewegingh, soo volcomen hadden, als de groote Alen, dese waren na mijn oogh, wel duijsent mael dunder als een hair van ons hooft, en bij aldien hondert van dese aeltgens, in lengte, achter den anderen in langte lagen gestreckt, de langte niet en souden bereijcken van een volwassen Aelken, die inden asijn sijn. Off UEde dese verhaelde soorten van kleijne dierkens mede door UEd[es] microscope sijn ontdeckt sal ick tsijnder tijt gaerne verstaen. | ||||||
in three times 24 hours discovered so great a number, and so unexpressible small Creatures, that 'tis hard to be conceived; and according to my judgment, the most of them were much less than a thousandth part of the thickness of the hair of ones head, and three or four times as long as thick; the which made, with the hinder part of their body, ofttimes so swift a progress, as when we observe a Pike shooting through the water, and every shoot was in length most times about half a hairs breathGa naar voetnoot51; [the figures of the other sorts of creatures, whereof some were even less, I shall pass over, else 'twould take all too long a-writing]Ga naar voetnoot52; only I shall say, that ofttimes in pepper-water which hath stood somewhat long, among the very small Creatures, I have seen a sort of smallGa naar margenoot+ EelsGa naar voetnoot53 which had their shapes and motions as perfect as great ones: these were to my appearance a thousand times thinner than the hair of ones head, and that if 100 of these small Eels were laid in length one behind another, the whole length would not extend to the length of the [adult] Eel in vinegar: Whether you have also observed these small Creatures with your Microscope, I shall be glad to understand. | ||||||
Mijn Heer, het sal mij oock aengenaem sijn te verstaen, off mijn missive van dato den 2e Xmb.rGa naar voetnoot3 als hier vooren vermelt, te recht is gecomen, en hoe die observatien, de seer geleerde Heeren bevallen, ende daer beneffens, den ontfang van desen, afbreeckende (omme niet al te veel over hoop te halen) blijve na presentatie van mijn geringen dienst
Mijn Heer.
UEdele ten Hooghst verplichten Dienaer.
Antonj Leeuwenhoeck
To Mr. Robert Hooke
MR. Leeuwenhouks
| ||||||
I would willingly also be informed whether my Letter of the second of December mention'd above be come to your hands, and how those Observations do please the Gentlemen of your Society; and also to understand the receipt of this. [Breaking off (for fear of bringing up too many things) I remain, offering my slight service, Sir,
Your very obliged Servant
Antoni Leeuwenhoeck.]
[To Mr. Robert Hooke,
[MR. Leeuwenhouks
|
|