Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 13
(1990)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd5662. 1642 maart 31. Van N. van Reigersberch.Ga naar voetnoot1Mijnheere, De verhinderynge compt uyt Hollant dat de ambassade, die bij de ander leden van de Generaliteyt was goetgevonden, niet voort en gaet, hoewel sijne Hoocheyt het seer garen hadde gesien. Dan veele steden, uyt advisen van den heer JoachimiGa naar voetnoot2 sijnde geïnformeert dat de intercessie van desen staet bij het parlament van Engelant niet aengenaem wesen soude, alvoren de ambassade te decerneren waren garen geïnformeert hoe het nu bij het parlament soude worden genomen. Apparent dat bij eenyge d'ombragiën oock in consideratie commen, vreesende meer voor het recht van den conynck als voordeel van de kerck soude worden gesoricht. Die alle beletselen wel wilden affsnijden, slaen voor de ambassade te decreteren om het parlament te bedancken, dat hem gunstych heeft getoont de princesse voor haer twaelff jaren uyt het rijck te laten gaen,Ga naar voetnoot3 ende met die inleydynge soude men connen sien off met vrucht verder conde worden gegaen sonder peryckel te loopen van een rebuyt, ende oordeelen dat beter als met verlies van tijt d'occasie van goet te doen te versuymen, alsoo de saecken in dat rijck, naer de gemeene advisen seggen, meer ende meer verwijderen. De gedeputeerde van het parlament aen den conynck waren wederom tot Londen gecommen, blijvende sijne Majesteyt persisterende van de administratie van wapenen sonder limitatie van tijt in handen vari het parlament niet te stellen.Ga naar voetnoot4 De resolutie van bij refuys van hetselffde de administratie van het rijck aen het parlament te nemen hebben sij den conynck voorgelesen, daerop sijn Majesteyt sonder van voornemen te veranderen seyde dat het was een stoute resolutie, protesterende op Godts oordeel noyt veranderynge in de religie voorgehadt te hebben. Ende alsoo de gedeputeerde seyden dat sodanygen weygerynge van den conynck het parlament in groot achterdencken brachte, repliceerde den conynck dat sulcke instantiën sijne Majesteyt, die men van sijne royale macht wilde despouilleren, geen minder achterdencken en bracht. Nu moet men sien off bij het parlament, gelijck den conynck is geseyt dat bij continuatie van weygeren soude geschieden, die resolutie sal worden gepubliceert, in welcken gevalle sijne Majesteyt heeft verclaert sijne justificatie mede te sullen bekentmaecken aen alle de werelt. Wat dan resteert, is licht te besluyten: hetgene Caesar den Rubicon hebbende gepasseert in 't werck stelde ende bij andere die sachter wilden gaen met veranderynge van staet is versuympt. Die des conyncx saecken hier patrocineren, seggen advisen te hebben dat heele provintiën haer voor sijne Majesteyt verclaren ende LesleGa naar voetnoot5 heeft geschreven voor den conynck uyt Schotlant 20000 mannen soude brengen, willen oock men geloove den conynck tot Lonnen soude commen ende hope was tot accommodement. De coninginne toont in hare propoosten groot misnijgen tegens de Engelsche ende sal door het slepen van de ambassade het credyt van ons NeeffGa naar voetnoot6 bij haer Majesteyt geen grooter aensien crijgen. Maer veele beginnen die alliantie verder in te sien ende en toont de genegentheyt bij veele steden haer oock niet seer groot om hare liberaliteyt bij occasie van het huwelijck | |
van prins Willem hooch te extenderen.Ga naar voetnoot7 Voor de coninginne wort gelt op juweelen tot acht ten honderden voor interest tot Amsterdam gesocht, maer alsoo niemant voor de betalynge wil staen, wort niet veel gevonden. Hier doet men bij de bewinthebbers nieuwe instantie tot affmaeckynge van het different van Ambo[i]naGa naar voetnoot8 ende dat het gelt daervan aen de coninginne soude worden gegeven. Met expiratie van het octroyGa naar voetnoot9 dat nu met dit jaer eyndicht, schijnt off men op de bewinthebbers meent veel te vermogen ende sullen den Compangie vremde conditiën voorcommen. Maer sij laten haer weynych aen prolo[n]gatie te sijn gelegen ende tonen off haer indifferent waer den handel voor yder open worde geseth, ende soodoende sullen verst commen. Van secours van scepen voor Portugael is inclinatie ende sonder groote assistentie kan den conynck niet bestaen. De Nederlantse troupes clagen seer, worden niet betaelt ende den conynck van Spaengien haer gevende vrijen pas om in sijn dienst off door sijn lant naer huys te commen, verlopen een groot deel. Ses maenden subsidie is voor den croon van Sweden geconsenteert.Ga naar voetnoot10 De lantgravinne van HessenGa naar voetnoot11 worden bij de keyser avantagieuse conditiën voorgeslagen, daertoe den adel seer inclineert die tot Cassel is vergadert, waer hem den grave van Eversteyn mede vint onder pretext van uyt Oost-Vrieslant meerder volck te sullen gaen haelen. De intelligentie tusschen den grave van Guebrian ende Eversteyn is op verre naer de beste niet ende de lantgravinne de ligue verlatende, gelijck men hier apprehendeert, soo soude de croone Sweden het pack alleen in Duytslant dragen. De pasporten tot Hamburch geformeert,Ga naar voetnoot12 desadvoueert den keyser, soo eenyge meenen, omdat sij wel sien dat vrede elders sijnde gemaeckt het oorlogen door Portugael in Spaengien te hevyger soude aengaen ende sulckx tot handelynge vooralsnoch cleyne apparentie is. Heeft uEd. andere consideratiën, die wilde ick wel weten. Desen lesten Martii 1642. | |
Adres: Mijnheer/mijnheer de Groot, raedt ende ambassadeur van de coninginne ende croone van Sweden bij den alderchristelijcksten conynck. Bovenaan de brief schreef Grotius: Rec. 10 April. En in dorso: 30 [sic] Martii 1642 N. Reigersberg. |
|