Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 12
(1986)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermdBijlage no. 21 Bij no. 5155
| |
PicolominiGa naar voetnoot2 alleen schult geven wil dat den gemaecten aenslach, die soo wel beleyt was, op den generael Bannier niet beter gesuccedeert sij. Bij mijne voorgaendeGa naar voetnoot3 heb d'oorsaeck, waerdoor sulcx versuymt, geallegeert. Nu wert allom sterck wederom gesproocken van de nieuwe armee, die den generael ArnhemGa naar voetnoot4 op sich genomen heeft te formeren, sullende daerover als generael van den churvorst van SaxenGa naar voetnoot5 ende als veltmar.al van den keyser commanderen. Men schrijft dat hij door sijn reysen in Polen, Denemarcken ende totte churvorsten des rijcx sooveel gelts tewegegebracht heeft, dat de voorss. armee niet alleen binnen seer corten tijt can op de beene gebracht, maer oock eenen geruymen tijt onderhouden worden. Hij is voor weynich dagen met sijne principaelste officiers bij den churvorst van Saxen tot Dresden geweest, aldaer het aen geen drincken op het goet succes van haer dessein, 'twelck men presumeert aenvangs op Meckelenburch ende vandaer op Pomeren ende de Marck Brandenburch om de Sweetsen de quartieren te benemen ende daeruyt te jagen, gericht te sijn, gemancqueert heeft. Dat de churvorst van BrandenborchGa naar voetnoot6 de garnisoenen van Custryn, Peits ende Spandau, die voor desen soowel aen den keyser als aen den churvorst met eede sijn verbonden geweest, sich nu alleen heeft sweren laten, maect aen 't keyserlijck hoff vreemde gedachten, vresende voor accommodatie. Maer men hoopte dat des keyss. ambassadeur, de grave van Martinits,Ga naar voetnoot7 die tegenwoordich sich bij haer churv. Dht. bevint, sulcx diverteren werde. Den 11. deses heeft sich dat casteel Wilstadt, daerinne den baron van OisonvilleGa naar voetnoot8 80 mannen voor garnisoen gelaten, met accort opgegeven; sijn alsoo alle sijne conquesten tenietgegaen. Uuyt Regensborch van den 10. deses wort geschreven dat men op denselven dach den ertshertoch LeopoldGa naar voetnoot9 neffens de beide generalen Picolomini ende GeleynGa naar voetnoot10 -velicht om door des keysers authoriteyt hare differenten t'accommoderen - aldaer was verwachtende, ende hadde de generael WaelGa naar voetnoot11 ordre becomen sich tot d'armee te vervoegen om deselve te commanderen. Aen 't keyserlijck hoff was eenen courier van den churvorst van Saxen aen den ertshertoch Leopolt met brieven aengecomen, bij dewelcke hij versoect dat men den vijant wilde vervolgen, belovende op sulcken val sijn gants lant in de wapenen te brengen tot assistentie der keyserlijcke armee. Men meent dat aen den veltmar.al Wael tot dien eynde de ordre soude gegeven werden. Brieven uyt het lant van Lutsenborch refereren dat de generael major BeeckGa naar voetnoot12 2000 te voet ende 600 peerden van sijn volck naer Sedan gesonden heeft. Ceulen, den 17.en April 1641. | |
Bovenaan de brief staat: Bilderbeeck.Ga naar voetnoot13 |
|