Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 3
(1961)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd1254. 1628 april 29. Aan N. van ReigersberchGa naar voetnoot6.Mon frère, Van Rochelle is de opinie, dat, soo daer geen ontset van Engelant en comt, - waertegen men sich soo zeer prepareert als mogelijck is -, de stadt soude mogen houden tot September, omdat men kennisse becomen heeft, dat daer wat [meer] vivres in is, dan men gemeent hadde. De paus middelertijd recommandeert seer de saecke van den hartogh van MantuaGa naar voetnoot7, dye nu zeer sterck aen alle canten wordt geattacquert zijnde MontenegroGa naar voetnoot8, een Spaensche commandeur, gevallen in het hertoghdom van Mantua selve, behalven de trouppen, dye alrede waeren in het Montferrat. Men verwacht hyer monsr. d'EspesseGa naar voetnoot9 ende word bij monsr. DefiatGa naar voetnoot10 ende andere zeer gearbeyt ten eynde mr. de HajesGa naar voetnoot11 hem succedere. De geruchten hebben alle dese dagen sterck geloopen tot naedeel van de guarde des sceauxGa naar voetnoot12, gelijck off ChasteauneufGa naar voetnoot13, voor desen de Préaux, zijn plaetse soude hebben, doch daervan en is noch niet seeckers, maer wel, dat monsr. de MarillacGa naar voetnoot14, broeder van de guarde des sceaux, - ende misschyen dat daerdoor hijselve - niet wel en staet bij de cardinaelGa naar voetnoot15. | |
De princesse van MantuaGa naar voetnoot1, daer 's conincx broederGa naar voetnoot2 amoureux van is, heeft aen de coninginne-moederGa naar voetnoot3 gerecommandeert de saecke van haer vader: de coninginneGa naar voetnoot4 heeft begeert zij in een clooster haer voor een tijd soude retireren, gelijck sij oock heeft gedaen seggende oock veel lyever haer voor altijd in een religie te willen begeven dan haers vader's saecke te verachteren. Evenwel heeft 's conincx' broeder haer op de wegh naegevolght ende gesproocken, 't welck de coninginne-moeder mishaeght, dye uytermaeten zeer ijvert over het huwelijck, dat sij voor heeft met de dochter van FlorenceGa naar voetnoot5. Onse ambassadeursGa naar voetnoot6 vorderen niet anders als particuliere saecken ende dat noch zeer slappelijck. Ick heb verstaen het gepasseerde tot AmsterdamGa naar voetnoot7 ten tijde den prins daer is geweest wel particulierlijck, verlang nae 't vorder. Ick heb hyer een caerte gezyen van Santvlyet ende 't gunt daerontrent is, gedruckt tot Antwerpen. Ick en weet niet, off men dye daer bij uE. mede heeft ende off dye goed is. Vaertwel met de vrunden. Den XXIX April XVIcXXVIII. UE. dyenstwillige broeder
| |
Tot Parijs. Men seyt hyer sterck, datter in Engelant handeling is met Spaegnie. | |
Adres: Mijnheer Mijnheer Reigersberg, raedt in den Hoogen Raide van Hollant. In 's Gravenhage. Port. 29. |
|