Briefwisseling van Hugo Grotius. Deel 3
(1961)–Hugo de Groot– Auteursrechtelijk beschermd1099. 1626 oktober 6. Aan N. van ReigersberchGa naar voetnoot4.(Mon frère,) (De uwe van den X?) XI is mij over vyer dagen ter handt gecomen. | |
Wij hebben hyer een gedeputeerde (van den coning) van DenemarckenGa naar voetnoot1, dye bij den cardinael hoope werdt gegeven van secoursen ... (Car)letonGa naar voetnoot2 heeft vrij wat hoogh gesproocken van de insolentie van de Franchoysen in .... (da)erentegen wordt instantie gedaen op de wederstelling van het voor ...... (pr)oselijten volgens de huwelijcksche voorwaerden door sterck aen ......s. BassompierreGa naar voetnoot3 is alrede gegaen nae Engelant om te ...... Evenwel hoopt men, dat alles metter tijdt ten beste sal ...... beleyt van de coninginne-moederGa naar voetnoot4, die niet heel wel is ...... haere dochter meest alle haere juwelen hebben afge ....... sij niet meer behouden en heeft dan de waerde van 10.000 ........ dat zij daer gecomen was, hebbende de waerde van ......... Den cardinael doet hem zeer bewaeren met 40 ofte ....... VendosmesGa naar voetnoot5 zijn gebracht au bois de Vincennes ende ...... Ick heb gesien een secreet stuck van de examinatie ........ gedaen aen ChalaisGa naar voetnoot6, waerbij de jongste Vendosme ....... en wordt beswaert, oock LonguevilleGa naar voetnoot7 ende MontmorencyGa naar voetnoot8. Dan sooveel men can mercken is het desseing geweest jegens den cardinael, niet jegens den coning. Ick worde verseeckert, dat MonsieurGa naar voetnoot9 aen den prins van Orangie had geschreven, alsoock aen Engelant ende Savoye. Hij en is noch niet wel gecontenteert ende wordt metter tijdt swaericheyt gevreest. Ick vinde uyt de voorseyde examinatie, dat de princen verstaen, dat haer daeraen gelegen is, dat de huguenotten niet en werden verdruckt als dye de princen doen subsisteren. De heer PijnackerGa naar voetnoot10 is hyer gecomen van Algier; vertouft hyer wat; is bij mij geweest ettelijcke mael. Ick heb hem de visite wederom gegeven. Heeft met mij propoosten gehouden nopend de religie ende staet, dye schenen aengeleyt te zijn om mijn uyt te hooren ende rapporten te doen. Ick heb mijne discoursen gemaeticht, maer can niet weten, hoe hij dye sal verhaelen. Hij sal uE. buyten twijffel aenspreecken daer zijnde gecomen. Mijn huysvrouw is vol pijns, soodat sij niet wel en slaept. De irresolutie van de twee doctoren is oorsaeck, dat wij op morgen noch een derde sullen ontbieden ende syen wat te doen staet. God wil sijnen segen daerover verleenen ende uE. met alle de vrunden houden in genaedige beschutting. Den VIe Octobr. XVIcXXVI tot Parijs. UE. dienstwillige broeder
| |
Adres: Mijn Heer Mijn Heer Reigersberg, raedt in den Hoogen Raedt. In 's Gravenhage. Port. |
|