Van Andreas tot Zacheüs. Thema's uit het Nieuwe Testament en de apocriefe literatuur in religie en kunsten
(1997)–Louis Goosen– Auteursrechtelijk beschermdRafaël,een »engel, wordt in het Oude Testament alleen in het boek Tobit vermeld. Daarin begeleidt hij als reisgezel de jonge Tobias, geneest hij diens bruid van duivelsbezetenheid en de oude Tobit van blindheid. Hij wordt daar ook een van de zeven engelen genoemd, die de gebeden van de vromen voor God brengen (12,15). In de Ethiopische vertaling van de Semitische apocriefe apocalyps Boek van Henok (ca. 170 v.C.) gold hij als een van de vier aartsengelen, als engel van het (definitieve) oordeel over de mensen en vooral als de genezer van wonden en ziekten. In het Nieuwe Testament wordt Rafaël niet genoemd. Zijn naam, een enkele maal als eigennaam in het Oude Testament (1 Kron. 26,7: Refaël), betekent ‘God heeft genezen’.
Volgens een rabbijnse overlevering looft en verkondigt Rafaël de komende messias en beschermt hij de zielen van de gestorvenen. In de christelijke traditie wordt Rafaël aartsengel (Epistola apostolorum ca. 150 uit Azië, Egypte of Syrië) en ‘engel der genezing’ (Origenes ca. 200) genoemd. Hij werd vanwege zijn aardse daden de patroon van artsen | |
[pagina 257]
| |
en apothekers, van reizigers en zwervers. Zijn attributen zijn een reisstok, een jongen aan de hand (Tobias) en een vis (Tob. 6,1-5). Men viert het feest van de engel op 24 november. Uiteraard komt Rafaël het meest voor in de vele malen uitgebeelde geschiedenis van Tobit en Tobias: onder meer een fresco uit de 3e eeuw in de Domitilla-catacombe te Rome, een kapiteel ca. 1060 met de visscène in het Panteón de los Reyes te León, het paneel met de reis 1464 van Piero Pollaiuolo of de tekening met de genezing van Tobit ca. 1636-40 van Rembrandt in het Amsterdams Historisch Museum. Met »Michaël en »Gabriël fungeerde hij vanaf de 6e eeuw als hemelse assistent bij de troon van God of van Jezus (fresco ca. 1075 in het koor van de Sant' Angelo in Formis bij Capua). Als hij aan de Drie-Koningen-schrijn uit 1181-91 in de dom te Keulen de ‘arma Christi’ (»Jezus) draagt, zou dat ingegeven kunnen zijn door een reminiscentie aan zijn functie als ‘engel van het oordeel’ (vgl. de engelen met de ‘arma’ bij vrijwel elk Laatste Oordeel). Waarom nu juist Rafaël op het reliëf met de kruisiging 1178-79 van Benedetto Antelami aan de dom te Parma de vrouw, die de joodse synagoge voorstelt, de kroon onterend van het hoofd stoot, is niet duidelijk. Het is Rafaël aan wie Vondel, die hem meerdere begeleidersfuncties in het Oude Testament toedicht, in de Gysbrecht van Aemstel 1637/38 de rol gaf de protagonist aan te sporen onder zijn veilige hoede voor het noodlot te buigen en de stad te verlaten. Rosenberg 1986. |
|