Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdestheticaEtym: Gr. aisthanomai = met de zintuigen waarnemen. 1. Leer van de zintuiglijke waarnemingen en emoties. 2. In afgeleide en nu gangbare betekenis (geïntroduceerd door A.G. Baumgarten in zijn studie Aesthetica, 1758): tak van de filosofie die zich bezighoudt met schoonheid en kunst. Men maakt onderscheid tussen esthetica als onderzoeksgebied van de esthetische beleving, overwegend psychologisch van aard, en die kunstbeschouwing die zich bezighoudt met de bestudering van de objecten, ergocentrisch van aard. Verschillende takken van de literatuurwetenschap bewegen zich op het terrein van de esthetica, zoals de receptie-esthetica, de stijlleer, en de analyse van afzonderlijke werken. Het streven wint veld om bij het onderzoek een aparte plaats toe te kennen aan de auteurspoëtica en aan opvattingen en codes bij critici en recipiënten (vgl. esthetisch object). Dit streven vindt zijn grond in de erkenning dat de bepaling van wat esthetisch respectievelijk literair waardevol is, (mede) tot stand komt door de artistieke gerichtheid die is ingebed in een literair-culturele situatie en door de artistieke erkenning die berust op het feit dat auteurs, uitgevers, critici, literatuurhistorici en literatuurdocenten op een gegeven moment aan een bepaald geschrift de sociale status geven van een literair geschrift (canon-1). Lit: D. Cooper (red.), A companion to aesthetics (1992 M. van Nierop e.a. (red.), Mooie dingen: over de esthetica van het object (1993) N. Schneider, Geschichte der Ästhetik von der Aufklärung bis zur Postmoderne (1996) M. Jimenez, Qu’est-ce que l’esthétique? (1997) H. Adler (red.), Aesthetics and Aisthesis. New perspectives and (re)discoveries (2002) B. Gaut & D. Lopes (red.), The Routledge companion to aesthetics (2005) J.J. Tanke & C. McQuillan (red.), The Bloomsbury anthology of aesthetics (2012) P. Guyer, A history of modern aesthetics, 3 dln (2018).
|