Algemeen letterkundig lexicon
(2012-....)–Anoniem Algemeen letterkundig lexicon– Auteursrechtelijk beschermdcantilenaEtym: It. cantilena = lied. In de Romeinse tijd een denigrerende benaming voor een afgezaagd lied, maar in de Middeleeuwen gebruikt voor kerklied (cantilena romana, zoals er in Rome gezongen wordt, i.t.t. cantilena Francorum, zoals de Galliërs zongen), voor het chanson de geste (Albericus Triumfontium: ‘ut in cantilena dicitur’ d.w.z. ‘zoals in het lied gezegd wordt’), en zelfs voor sprookjes. De term dankt zijn bekendheid aan La Cantilène de sainte Eulalie (881), de oudste tekst in de volkstaal gevonden in Frankrijk. Het gaat om de Romaanse transcriptie van een Latijnse kerkzang ter ere van de H. Eulalie. De naam is blijven voortleven in het woord ‘cantilene’: gedicht dat zangerig bedoeld is. Menig klankgedicht van Guido Gezelle (1830-1899) en Paul van Ostaijen (1896-1928) zou als cantilene betiteld kunnen worden. Bekend is het expliciet als cantilene aangeduide gedicht ‘Vera Janacopoulos’ uit de bundel Tuin van Eros (1932) van Jan Engelman (1900-1972), dat grotendeels gedragen wordt door effecten op het gebied van ritme en rijm. Lit: M.P. Dion (red.), La Cantilène de sainte Eulalie. Actes de colloque de Valenciennes (1990) R. Lievens, ‘Een pseudo-mystische cantileen’ in Ons geestelijk erf (1993), p. 66-68.
|
|